VII: Nog meer ongelukkige gebeurtenissen

412 37 15
                                    

{Dit hoofdstuk kan een paar scheldwoorden bevatten... een paar maar XD Alhoewel... best veel geweld...}

>>>---------->

Niemand werd de leider zonder de meeste slechte moralen van een rat te hebben. Het enige dat telde waren de meest brute regels. Wees loyaal of wees slechter, dat was de manier waarop ze het regelde, dacht Will, terwijl hij de groep criminelen bekeek vanuit de schaduwen. In dit geval was de naam van de rat Jerrel. 

Jerrel rustte tegen een dikke stam, met een gezicht van niks anders dan nonchalance, alsof hij rustig op een vriend wachtte op een lente dag, een appel in de hand. Hij was niet helemaal ontspannen, zijn lichaam was daar te gespierd voor, maar het stond niet strak. 

En op de een of andere manier was dat, hem zo gerelaxt zien, niet gedeerd door misdrijven die hij gepleegd had, de reden dat Will's geduld opraakte. 

"Verdomme," zuchtte Halt. Hij wist dat Will zijn emoties niet onder controle zou hebben. Hij wist dat hij uiteindelijk geblindeerd zou worden door een vijf gangen menu van wraak, dat bitter, maar toch voldoendend smaakte. 

Ze hadden afgesproken elk aan een kant van de open plek te wachtte, totdat de perfecte gelegenheid zich voordeed. Het liefst wanneer de bandieten een beetje verspreid waren, had Halt gezegd, niet wanneer ze allemaal op een kluitje stonden. Dan pas zouden ze aanvallen, samen, en ze hopelijk zo erg verrassen dat de weerstand niet zo groot zou zijn. 

Maar daar stond zijn vroegere leerling, buiten de schaduwen, vol in het zicht, duidelijk zichtbaar en zonder boog - alleen zijn twee messen, maar die zaten nog in de schede. 

"Jerrel!" riep Will. De zogenoemde man keek verrast op. 

"Goedemorgen, jager," groette hij, terwijl hij opstond, "Had niet verwacht dat jij langs zou komen." Een paar van de bandieten pakten hun wapens en kwamen een paar stappen dichterbij, maar een opgestoken hand van Jerrel maakte dat ze still bleven staan. 

"Geen grappen, Jerrel," zei Will, "Ik weet wat jullie de afgelopen paar weken gedaan hebben en ik ben hier om te vertellen dat dat afgelopen is."

"Is dat zo?" Jerrel's wenkbrauwen schoten overeind in gespeelde verbazing. "Waarom? Wat heb ik ooit gedaan dat je daar zo staat, zo vol boosheid?"

"Je hebt een vrouw vermoord," antwoordde Will. Zijn stem was emotieloos, maar zijn ogen stonden ijskoud. Jerrel haalde zijn schouders op. 

"Dat klopt," gaf hij toe, "Wel meer dan een, eigenlijk."

"Meer dan twintig jaar geleden," ging Will verder. "Jij en je vriend verraste haar, de dag nadat ons leger dat van Morgarath voor de eerste keer verslagen had. Je vertelde haar dat haar man dood was en dreigde haar en haar baby ook te vermoordden als ze niet meewerkte. Je hebt haar later alsnog gedood."

Jerrel lachte hardop nu hij het zich weer herinnerde. "Dat klopt helemaal. Maarre, ik had deze hele affaire achter me gelaten en ik stel voor dat jij hetzelfde doet - ik weet niet waarom je dat nog niet gedaan heb, eigenlijk."

"Ze was mijn moeder," zei Will. De boosheid in zijn stem was zo duidelijk als wat. Jerrel haalde opnieuw zijn schouders op, als om te zeggen 'Ja, en?'.

"En je bent helemaal hierheen gekomen om me dat te vertellen?" vroeg hij. Will schudde zijn hoofd. 

"Luister. Niemand sluit zich aan bij zo'n groep als deze zonder zijn ziel verloren te zijn. Niemand gaat naar een monster voor leiderschap tenzij het hun enige kans is. Nou, ik geef jullie nu een andere kans. Als jullie je wapens neerleggen, dan zorg ik ervoor dat jullie een eerlijk proces krijgen. Dat is alles wat ik kan doen."

De Grijze Jager; Een Emotioneel VerhaalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu