Hoofdstuk 15

12 2 1
                                    

Terwijl ik zo dichtbij de twee engelen sta valt het me op hoe tijdloos hun gezicht lijkt.  Beiden staren me aan met hun zilveren ogen en het lijkt alsof ze mijn hele leven overlopen.  Uriel likte even aan zijn bovenlip voor hij de stilte verbreekt.

Zijn imposante armen stonden gekruist voor zijn gespreide witte vleugels.  Ineens schiet er door mijn hoofd of hij eveneens als Asra een staart heeft.

"Jonathan," klinkt de bulderende stem, "je staat vandaag voor De Rechters die zullen oordelen of je aldanniet geschikt bevonden wordt om je tijd door te brengen in het hiernamaals."

"Jij bent geen gewone geest," zegt Nathaniel ineens.  Hij heft zijn hand op en legt Uriel het zwijgen op. 

Nathaniel staat recht en gebruikt zijn andere hand die haar naar mij uitstrekt.  Ik voel hoe mijn lichaam omhoog getild wordt en hoe de grond langzaam verder van mijn voeten verwijderd wordt.  Voor een kort ogenblik zweef ik in het ijle. 

"Een gewone geest," zegt Nathaniel, "blijft normaal gezien verder zweven, maar jij zou, als ik het goed heb, nu moeten vallen."  Op het ogenblik dat hij 'nu' zegt, sluit hij zijn andere hand en ik stort neer waarbij ik mijn handen en knieën gebruik om me te beschermen.

"Wat krijgen we nu?"
Uriel kijkt bezorgd en kijkt van mij naar Nathaniel en terug.  Hij steekt zijn hand vooruit met een gestrekte arm.  Zijn handpalm staat loodrecht op zijn arm en er komt een blauwe gloed uit voort dat een projectie geeft in het midden van de ijle lucht enkele meters verder.

Het lijkt wel geadvanceerde cinema en ik zie op de projectie hoe ik omvergereden word, hoe ik sterf, hoe ik door de man heen sla, hoe mijn ogen zilverwit oplichten en lichtstralen uit mijn open mond komen terwijl ik alles wat rondom me staat naar achteren blaas met de energiestoten die uit mijn lichaam voortkomen, ik zie hoe ik een teleportatie draaikolk creeer, ik zie hoe ik Guys gezicht tot appelmoes sla en ik schrik van de blinde razernij die weerspiegeld wordt in mijn zilverwitte ogen, ik zie hoe ik me tegen Asra verzet en haar enkele meters verder gooi, ik zie hoe ik de basketbal op en neer beweeg en hoe ik mijn hand op mijn vaders' schouder zet.

Nathaniel grijpt het papier van Abraham vast en kijkt stug naar wat er op het papier geschreven staat.  Uriel blijft naar beelden uit mijn leven kijken en ik zie de pesterijen die in een onafgebroken loop zich blijven herhalen.  Hij maakt van zijn open hand een vuist en het blauwe licht wordt opnieuw opgeslorpt door zijjn hand.  Met zijn blik naar beneden gericht, slaakt hij een lichte zucht en ik meen een walgende blik in zijn ogen te zien, terwijl hij het woord: "Mensheid" uitspuwt.

Nathaniel geeft het blad aan Uriel.

"Wat heb je hierop te zeggen?"

Ik kijk de Aziatische engel aan en steek mijn kin vooruit.
"Waarop?"

Uriel moeit zich en slaat met zijn vuist op de tafel.

"Op die emotionele instabiliteit die je vertoont, misschien?  Je hebt een hele straat in gevaar gebracht net na je dood.  Je mag van heel veel geluk spreken dat je Asrael bij je in de buurt had of we hadden deze conversatie niet eens nodig gehad.  Je bent een wandelend gevaarte, een tikkende tijdbom..."

Nathaniel borduurt er genadeloos op verder en zijn stem verheft zich bij elke zin.

"Ik kan het niet geloven dat Hij nog steeds na al die jaren, zoveel vertrouwen stelt in jullie ras.  Wij zijn onze strijd tegen het kwaad aan het verliezen en de mensheid doet niet liever dan zijn troepen te versterken.  Het is zelfs zo erg geworden dat meer en meer we kiezen voor de vernietiging dan jullie naar het vagevuur of de hel te sturen....  Elk menselijk wezen valt vroeg of laat ten val aan haat en woede... net zoals Morgenster!"

Uriel wordt krijtwit bij het horen van die naam.

"Nathaniel!  Hoe durf je?"

"Uriel! Hoe durf ik?  Hoe durf jij nog steeds te doen alsof hij niet alomtegenwoordig is?  Kijk naar de tijd sinds Michael is verdwenen.  Slag op slag heeft Morgenster gewonnen en wij verliezen engel na engel.  En ik heb geen zin om hem nu ook nog eens dit exemplaar te geven dat duidelijk beschikt over krachten die hij niet zou mogen hebben!  Waar ik trouwens met jou een hartig woordje over moet spreken, Asrael!"

De sfeer wordt ineens heel grimmig en ik voel hoe de vijandigheid helemaal ten top stijgt.  Net op het moment waarop Nathaniel zijn verdict wil uitroepen, hoor ik de zwarte engel sissen en ik kijk vol spanning toe wat er gebeurt.

Uriel strekt zijn vleugels en ik sta met open mond naar de discussie tussen beide engelen te kijken.  Uriels' ogen lichtten wit op net zoals ik deed op de projectie die hij liet zien.  Hij rijst omhoog en kijkt gespannen naar de ramen die net onder het dak hangen.

Ik draai me om en ik zie dat Asra eveneens omhoog gegaan is, haar vleugels gespreid en haar staart die een zwaard hanteert, een vlammend zwaard.  Ik staar gebiologeerd naar het zwaard en voel hoe de sluimerende kracht binnenin mijn lichaam langzaam de controle over mijn geest neemt.  Het laatste wat ik hoor is de massale versplintering van het grote glasraam waar Uriel gebiologeerd staat naar te kijken en ik glijd weg in de tijd.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Oct 25, 2016 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

De Volle LeegteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu