De vlucht

806 56 4
                                        

Hermelien

Ik had er genoeg van. Het was nu een maand geleden dat Draco me geknuffeld had en we hebben sindsdien geen woord meer tegen elkaar gezegd.
Ik besloot daar verandering in te brengen.

Draco vertrok met Nor voor zijn dagelijkse vlucht om het kasteel en ik liep hem achterna.
"Draco! Wacht."
Hij draaide zich om en keek me vuil aan.
"Wat wil je Griffel?"
"Ik wil met je spreken." ik wachtte even, maar hij antwoordde niet dus ging ik verder: "Ik weet niet waarom je me gekust hebt en ik weet niet waarom het na die knuffel zo slecht gaat tussen ons maar ik wil het goedmaken."
"Vergeet die kus en laat me gerust."
"Dat gaat niet."
Eindelijk bleef hij staan.
"En waarom dan niet?"
"O-omdat ik je nodig heb."
Hij keek me aan, een traan rolde over mijn wang. Hij kwam dichter bij me staan en veegde de traan weg.
"Je hebt mij niet nodig, Hermelien. Ik ben slecht voor je. Ik ben een klootzak. Je moet bij me weg blijven voor je eigen goed."
Zijn gezicht betrok, hij meende wat hij zei, maar wou het niet zeggen.
"Ku-kunnen we niet gewoon vrienden zijn en normaal met elkaar om gaan. Voor Nor?"
Hij glimlachte.
"Ja dat kunnen we proberen. Voor Nor."

Hij nam mijn hand en trok me mee terwijl hij de trappen afsnelde. Hij liep naar buiten en stond stil. Hij liet mijn hand los en zei: "Vertrouw je me?"
"Nee."
"Goed zo."
Hij sprak een spreuk uit en ik was geblinddoekt. Ik voelde een warme adem op mijn oor. "Blijf hier staan, oké?"
"Oké." ik beet op mijn lip. Ik had kriebels in mijn buik. Ik hoorde hem weg stappen en een minuutje later was hij terug. Hij drukte iets in mijn hand. Een bezem.
"Ga erop zitten."
"Draco, ik haat vliegen!"
"Ga erop zitten en vertrouw me."
Ik ging op de bezem zitten en meteen schoten mijn voeten van de grond. Ik gilde.
"Hermelien het is oké, je hangt ongeveer een meter boven de grond."
Ik trilde, ik haat vliegen.
Ik voelde zijn warme adem weer in mijn nek, hij was achter me komen zitten. Hij plaatste zijn handen voor de mijne op de bezem en ik voelde zijn koele huid tegen het mijne.
"Hou je goed vast."
Hij duwde zich af en we schoten omhoog. Ik slaakte weer een gil. Zijn buik drukte tegen mijn rug en de kriebels werden met de seconde erger. We bleven stil hangen in de lucht.
"Ik ga nu je blinddoek afdoen."
"Nee!"
Hij deed het toch. Ik knipperde met mijn ogen tegen het licht en keek om me heen. We hingen boven het meer. Het was prachtig. Het kasteel was even groot als mijn hand en ik kon verder zien dan ooit. Ik keek naar beneden en werd duizelig.
Zo hoog!
Draco lachtte en zei: "Kijk Nor."
Nor leefde zich helemaal uit in de lucht, hij achtervolgde onschuldige vogeltjes.
Ik voelde Draco's warme adem weer. "Dit is hoe ik alles vergeet. Als ik vlieg hoef ik niet meer te denken. Hoef ik niet meer te denken aan jou. Hermelien, je maakt me gek." Hij kustte me in mijn nek. Een rilling gleed langs mijn ruggengraat naar beneden.
"Draco?"
"Mmhm?"
"Ik denk niet dat vrienden elkaar kussen."
Hij schoot weer naar beneden en landde op het dak van de astronomietoren.
Ik stapte van de bezem.
"Wil je me volgende keer waarschuwen als je een duikvlucht gaat maken?" lachte ik.
Hij was ook van de bezem gestapt en kwam voor me staan.
"Hermelien ik... ik kan het het niet."
Hij stapte terug op zijn bezem en vloog weg.
Ik keek hem na. Wat was er juist gebeurd? Alle kriebels van daarnet waren plots verdwenen. Ik kreeg een brok in mijn keel en stormde de trappen af.
Ik liep zonder erbij na te denken. Ik liep en bleef lopen.
Uiteindelijk kwam ik uit bij de Griffoendor leerlingenkamer. Ik wou naar binnen gaan maar besefte opeens dat ik het wachtwoord niet wist, dus ging ik voor de deur zitten. Hoe laat was het? 10 uur 's avonds?
Na een halfuur besloot ik terug te gaan naar mijn kamer, ik had tenslotte morgen les. Ik stapte het portretgat door en zag Malfidus op de zetel zitten, hij speelde met een snaai.
Hij keek me aan. Ik liep direct naar mijn kamer, ik had geen zin in een discussie.

Draco

Ze keek me aan en liep snel door naar haar kamer.
Ik wou dat ik alles kon vertellen. Al mijn gevoelens. Ik was verloren vanaf ik de traan zag rollen over haar wang. Dus besloot ik om haar mee te nemen op mijn bezem, gewoon om haar ook dat onbeschrijfelijk gevoel te geven.
Maar natuurlijk liep niet alles zoals gepland. Toen ze voor me op de bezem zat voelde ik kriebels, overal. Ik voelde elke zenuw tintelen, ik was extra gevoelig voor elke kleine aanraking.
Dan vertelde ik haar hoe ik me voelde, ik vertelde haar waarom ik zo graag vloog. Ik rook haar huid en zonder erbij na te denken gaf ik haar een kus.
Dat had ik niet moeten doen.
Ik haatte haar. Ik haatte haar om wat ze met me deed. Ik haatte haar omdat ze zo mooi is.
Ik haatte haar, ik haatte haar, ik- ik haatte haar niet.
Ik kon het gewoon niet. Ik ben een lafaard, een klootzak.
Gefrustreerd sloeg ik met mijn vuist op het houten salontafeltje.

Angel And Devil Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu