Hoofdstuk 8

31 6 0
                                    

Ken je die leegte. Die onbeschrijflijke stilte in je hoofd. Die ondraaglijke stilte die je vanbinnen verscheurt. Ik lig in bed, maar slapen gaat niet. Ik voel niks, denk niks, wil niks. Soms twijfel ik of ik hier wel hoor te zijn. Ik sleepte mezelf door het leven, omdat ik dacht dat Larissa dat wilde, maar wat als dat niet zo is. Ik besefte het toen Deemi zei dat ze niks kon zeggen, Larissa had me specifiek ergens buiten proberen te houden. Maar waarom? Was ik ongewenst in ons vriendinnengroepje?Misschien is die stilte in mijn hoofd toch niet zo erg, als het die gedachte maar weg houd. Ik draai me nog een keer om. Ik sluit mijn ogen en laat me omringen door de stilte. Langzaam val ik in slaap.

Alles is zwart. Ik loop rond, maar kom niet verder. Ik kijk, maar ik zie alleen maar zwart. Plotseling verschijnt er een licht puntje in het zwart. De leegte is veranderd in een tunnel, met aan het einde een zee van wit licht. Zacht gelach en vrolijke geluiden klinken vanuit het witte licht. 'Ga maar.'. Ik schrik op. Larissa. Ze staat naast me, ze draagt een prachtige witte jurk en haar mooie bruine krullen vallen over haar schouders. ' Riss!', roep ik huilend. ' Ik heb je zo gemist.'. Larissa lacht, het is een fijne, warme lach. 'Ik heb jou ook gemist lieverd.', zegt ze. 'Maar nu is het allemaal voorbij.'. ' Voorbij? Hoe bedoel je voorbij?', verbaasd kijk ik haar aan. ' Voorbij met alle geheimen en raadsels.' , antwoord Larissa. ' Kom mee!', roept ze en ze wijst naar het witte licht. 'Als je meegaat is alles eindelijk voorbij en kunnen we dit allemaal vergeten.'. Langzaam wordt ik meegevoerd naar het einde van de tunnel. 'Wacht!', roep ik een paar meter voor het licht. ' Ik ben nog niet klaar! Ik wil nog zoveel weten. Wat is er met je gebeurd en wat is er gebeurd die middag bij de Starbucks en waarom mocht Deemi niks zeggen?'. 'Lieverd, nog een paar passen en niks van dat alles doet er nog toe.', ze probeert me mee te trekken, maar ik blijf staan. 'Ik wil het weten! Anders wil ik niet mee! Waarom mocht Deemi me niks zeggen?'. Larissa zucht en legt haar handen op mijn schouders. 'Ik heb je koppigheid gemist Simi', fluistert ze. 'Maar je moet kiezen, wil je antwoord op je vragen? Dan moet je terug.' Ze wijst naar het begin van de tunnel, die gehuld gaat in een dreigende zwarte mist. 'Maar je kan het ook achter je laten en met mij meegaan, we horen samen Simone. Als je meegaat zal je nooit meer verdriet hebben, en we zullen gelukkig zijn. En het belangrijkste, onze geheimen blijven verborgen, niemand hoeft iets te weten te komen. Alsjeblieft ga nou mee.'. Ik kijk nogmaals achterom. Nee, ik wil niet terug naar de duisternis. Ik pak Larissa's hand en zet dapper een stap naar voren. 'Simone! Oh mijn meisje. Houd toch vol alsjeblieft!', klinkt het ineens. Meteen sta ik stil en draai me om, de stem kwam vanuit het begin van de tunnel. 'Kom, niet naar luisteren, dat is onzin.', zegt Larissa en ze geeft een klein rukje aan mijn arm. 'Oh god, wees bij haar astublieft, zorg voor onze Simone en help haar, oh heer, astublieft!', deze stem klinkt zacht en licht. Ik draai me verder, ik staar roerloos naar de zwarte mist. 'Oh Simone! Het spijt me zo dat ik je niks vertelde, het spijt me zo! Ik zal je alles vertellen echt waar! Maar wordt nou toch alsjeblieft wakker!', klinkt de derde stem. Dan herken ik ze. Mijn moeder. Esra. Deemi. Ze praten tegen me, ik moet terug! Ik begin terug te lopen. 'Nee!', schreeuwt Larissa huilend. 'Ga niet weg! Alsjeblieft!'. Maar ik luister niet. Ik sluit mijn ogen en ren de duisternis in.

Fel wit licht schijnt in mijn ogen. 'Ze is wakker! Oh god! Dank u wel! Oh Simone!'. Esra verschijnt in het licht. Es, je bent er, wil ik zeggen, maar iets zit in mijn keel, ik hoest. Een verpleegster verschijnt naast Esra. 'Ach kind, kom maar ik zal de beademing even losmaken', zegt ze. 'Esra!', schreeuw ik, zodra ik bevrijd ben van de beademing. Mijn stem klinkt schor en onvast. 'Oh lieverd!'. Mijn moeder verschijnt en aait over mijn hoofd. Naast haar staat Deemi, zij zegt niks. De verpleegster komt weer, ze zet het bed waarin ik lig omhoog en schud mijn kussens op. Ik herken de ziekenhuis kamer meteen. Toen ik vijf was had ik een keer mijn arm gebroken en was toen flauw gevallen van de pijn. Ik schrok me toen dood toen ik wakker werd in de smetteloze witte kamer, ik dacht dat ik dood was. 'Mama, waarom ben ik hier?', ik kijk mijn moeder aan. Ze is bleek en heeft diepe kringen onder haar ogen. 'Oh lieverd, je lag in coma voor wel twee dagen, we waren zo bezorgt, Esra heeft zelfs voor je gebeden en we hebben de hele nacht aan je bed gezeten.', ratelt mijn moeder. 'Coma? Twee dagen? Wat is er gebeurt?',

'Het gebeurde toen we al sliepen.', begint mijn moeder haar verhaal. 'Er kwam een inbreker lieverd, en jij hebt hem waarschijnlijk betrapt.'. 'Ik heb wat!', roep ik uit. 'De inbreker kwam binnen door een baksteen door jou slaapkamerruit te gooien.', vervolgt mijn moeder onverstoorbaar. 'Hij gebruikte vervolgens diezelfde baksteen om jou te slaan toen je wakker werd.'. 'Ww..wat, ben ik in een coma gemept met een baksteen?!'. 'Ik was diep in slaap en vond je daarom pas de volgende morgen, je had toen al heel veel bloed verloren.', mijn moeders onderlip trilt. 'Het was bijna te laat, ik was zo dom om niets te horen. Als het een grotere wond was geweest dan....dan..', de tranen stromen over haar wangen. Ik pak haar hand. 'Mam, ik ben niet doodgebloed oké, ik ben er nog, levend en wel.'. 'Dat weet ik liefje.', snift mijn moeder. 'En je wil niet weten hoe dankbaar ik daarvoor ben.'

Mijn moeder is samen met Esra wat gaan eten. Deemi staart naar de grond. 'Moet jij mij niet iets vertellen?', merk ik op. 'Nn....niet dat ik weet.', antwoord Deemi. 'Oh werkelijk!', lach ik hard. 'Het laatste dat ik me namelijk herinner is jij die het vertikt me te vertellen wat er bij de Starbucks was gebeurd!'. 'Ja.', geeft Deemi schoorvoetend toe. 'En ik vind dat...', midden in mijn zin vliegt de deur open. Rennende voetstappen. En daar staat hij, àlweer! Verscholen achter een enorme bos rode rozen, staat Thomas!

SchrikWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu