Tien jaar later...

86 4 1
                                    

Ik ben Desteny Novarosa, 16 jaar. Tenminste dat is mij verteld, ik heb geen idee meer door wie. De eerste zes jaar van mijn leven kan ik niet herinneren, en de laatste tien jaar was voor mij meer een wasmachine. Ik herinner me nog maar een paar dingen, maar het busje zette me hier af, met een tas. Ik kijk door het zware gotische hek naar het gebouw wat er achter verscholen ligt. Ik hang mijn tas over mijn schouder en open langzaam het hek, het sluit zicht vanzelf achter me en ik kijk niet achterom. Ik heb nooit achterom gekeken. Bij de deur staan al twee mensen te wachten. De kleine mollige man met het vette zwarte haar neemt gelijk de tas van me over, hij buigt onder het gewicht. Vreemd, ik had helemaal geen nota genomen van het gewicht van de tas. 'Als het te zwaar is kan ik hem wel voor u dragen.' Zeg ik voor ik het echt besef. De andere man begint zachtjes te grinniken, hij draagt een maatpak, is waarschijnlijk ook de directeur van het internaat. 'Doe toch niet zo gek, Desteny.' Zegt hij, ik trek een wenkbrauw naar hem op. 'O, ik zal me even voorstellen. Ik ben meneer Delgamo, de directeur. Dit hier is de congierge, Vincent de Wal.' Ik knik, maar ziet hij dan niet dat mijn tas te zwaar is voor die oude man. 'En daarbij, hij redt zich wel.' Vincent knikt bevestigend, maar ik geloof hem niet. 'Verder wil ik je welkom heten op het internaat. Ik zal je naar je kamer brengen.' Hij gaat me voor naar binnen, de hal in. Ik neem alles in me op, we lopen vier trappen op en kwamen uiteindelijk uit op de zolder. Er is een gemeenschappelijke badkamer en er zijn acht kamers. Wordt mij vertelt, vier jongens aan de rechterkant, vier meisjes aan de linkerkant. Ik heb de kamer het dichtste bij de badkamer, dus aan het einde van mijn gang. Vincent de Wal zet mijn tas in de kamer neer en verlaat de zolder. 'Regelboekje vind je op het bureau. Er is geen uniform, maar je dient je wel netjes te kleden.' Ik knik. 'Ik hoop dat je je hier snel thuis gaat voelen, tot ziens.' En ook hij verlaat de zolder. Dat was raar. Ik loop de kamer in die ik toegewezen heb gekregen. Ik sluit de deur achter mij. Je kunt zien dat er veel aandacht aan de kamer is besteeds, sowieso, overal straalt de luxe vanaf. Ik laat me op bed vallen, natuurlijk is het een bed van de beste qualiteit. Ik voel me hier misplaatst. Ik zucht en begin mijn tas uit te pakken, daarna pak ik het regelboekje van mijn bureau en ga weer op bed liggen om dat snel even door te nemen voor de brunch.

Ik loop de trappen af naar de eetkamer, dankjewel plattegrond, ik kijk snel even rond in de eetkamer om niet stil te blijven staan. Toch sta ik te lang stil en alle gesprekken vallen stil en alle blikken worden op mij gericht, ik vraag me af wat zij nu zien... Nee, dat doe ik niet, ik negeer de blikken. Ik loop naar een tafel achteraan, er zitten vier mensen aan en ik ga er bij zitten. Waarom? Omdat zij niet praten, maar ook niet kijken. Het eten wordt gelukkig snel geserveerd en alle gesprekken beginnen weer. Ik bekijk de vijf mensen aan de tafel, vier jongens, een meisje. Zij zijn anders, ik ben apart. 'Je bent nieuw.' Zegt de jongen die links naast mij zegt verbaasd, hij heeft zwart haar en groene ogen. Hij is lang en heeft een stevige bouw, ergens lijkt het alsof ik hem ergens van herken, maar dat kan niet. Ik heb nog nooit mijn leeftijdsgenoten gezien. Eigenlijk verbaasd het me dat het er zo veel zijn. Ik knik. 'Ja, ik ben nieuw.' Het is grappig om zo te praten, met leeftijdsgenoten, bedoel ik dan, vrijwillig, geheel zonder drang. Ik praat omdat ik het wil. 'Laat me mijzelf dan voorstellen, ik ben Conner.' Hij slaat zijn buurman vriendschappelijk op de schouder. 'Dit is mijn broer Homer, ja ja, van de Simpsons.' Ze lachen erbij. Homer lijkt op zijn broer, alleen bruine ogen, en volgens mij is hij kleiner. 'Naast hem zit zijn vriendin Zoraya.' Ze ziet er buitenlands uit, maar ergens weet ik dat ze dat niet is, met haar donkere bruine krullende haar, haar donkere blauwe ogen en haar ligt getinde huid. 'Dan heb je onze homo Stephan.' Hij heeft witblond haar en grijze ogen, hij heeft een tengere bouw, en zijn lengte helpt er ook niet echt bij, hij lijkt net een gebleekte grasspriet. 'En tenslotte onze nerd, Travis.' De jongen met bruine krullen, Travis, kijk verward op. Hij draagt een bril, een klein montuur, hij heeft een eendags baardje, zijn neus staat iets schreef, en hij is gemiddeld kwa lengte en bouw. 'Leuk jullie te ontmoeten.' Zeg ik met een lach op mijn gezicht. 'Ik ben Desteny.'

'Insgelijks.' Zegt Conner. 'Waar kom je vandaan?' Ik slik ongemakkelijk en neem snel een hap, spinazie blijkbaar. 'Of beter nog, wat brengt je hier?' Vraagt zijn broer. Ik heb serieus geen idee wat ik moet antwoorden. Waar kom ik vandaan? Wat brengt mij hier? Die laatste vraag kan ik beantwoorden met "het lot", maar dat doe ik niet. Ze kijken me afwachtend aan. Ik heb geen idee welk land dit is, of welke taal we spreken. Hoe moet ik die vragen beantwoorden, ik ken deze wereld niet. Ik ken de wereld waar ik op leef niet. Ik voel me net een baby die alles nog moet leren. Alleen kan ik lezen en schrijven, ik kan praten en heb motoriek. En dan laat de gedachte me niet los dat ik die twee broers ergens van ken. Ik besluit de waarheid te zeggen. 'Mijn geheugen is niet compleet, ik herinner me de afgelopen zestien jaar van mijn leven niet, het is net of ik net begin met leven.' Ze zijn verbaasd en laten dat ook merken. 'Is dat een ziekte?' Vraagt Travis, duidelijk homo. Ik schud mijn hoofd. 'Nee, dat is mijn verleden.' Gelukkig wisselen we vrij snel van onderwerp.

Volgens mij is dit een redelijk kort hoofdstuk, ik kan niet zien hoeveel woorden aangezien ik dit op mijn mobiel schrijf, dus let ajb ook niet op spel fouten. Laat me weten wat je van het verhaal vind, als je wilt, vote/like als je het leuk vind. Xx, thanks for reading

De geheimen van mijn leven.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu