Hoofdstuk 1

13 0 0
                                    


"Kom op nou, ik wil gezellig gaan wandelen!" riep Emma voor de zoveelste keer.

Liam zuchtte diep. Ieder weekend smeekte zijn vriendin hem om met haar te gaan wandelen, maar hij verzon dan meestal een smoes. Liam was niet lui, hij speelde voetbal en hield van wielrennen. Maar wandelen, nee daar had hij een hekel aan. Hij schoof wat dichter naar haar toe op de bank. Ze waren bij haar thuis en zaten tv te kijken op de bank.

"Laten we een eindje gaan fietsen." Opperde hij.

"Nee toe nou, ik wil een romantische wandeling." Zei Emma. "Op het strand, of nee door een bos!"

"Er is geen strand of bos in de buurt." Zei Liam verveeld.

Ieder weekend was het hetzelfde liedje.

"Nou dan gaan we ergens heen waar er wel een strand of bos is."

"Ik ga echt geen uur in de bus zitten om een wandeling te maken."

Opeens kreeg Emma een grote grijns op haar gezicht en een opgewonden twinkeling in haar ogen.

"Laten we een weekendje weggaan!"

"Wat...hoe bedoel je?" vroeg Liam met een opgetrokken wenkbrauw.

"Nou gewoon, ergens een kamer of huisje huren voor een weekend." Zei Emma met groeiende enthousiasme. "Wat vindt jij ervan?"

Liam keek naar de brede grijns op zijn vriendin haar gezicht. Hij kwam er niet meer onderuit, dat was duidelijk.

"Vooruit, maar dan wil ik Mike en Vanessa meevragen." Zei Liam.

Op die manier had hij tenminste nog enige kans op wat mannelijke activiteiten.

"Oke, maar die romantische wandeling doen we met zijn tweetjes." Zei Emma met grote, smekende ogen.

"Ja, ja schat, dat is voor ons tweeën." Zei Liam en hij gaf haar een snelle kus.

Binnen twee dagen had Emma alles al geregeld. Ze zouden een houten huis huren in een bos, vlakbij een klein dorpje. Het was twee uur rijden en na veel gezeur en gesmeek wilde Vanessa's moeder het viertal vrijdag middag wegbrengen, op maar een voorwaarde, Vanessa's moeder zou het weekend bij de kinderen blijven.

"Maar ma we zijn veertien." Zei Vanessa voor de zoveelste keer. "We kunnen heus wel op onszelf letten.

"O ja?" zei Vanessa's moeder met opgetrokken wenkbrauwen. "Net als die keer dat jullie twee heus wel de weg konden vinden naar jullie nieuwe school?"

Emma keek met een schuldig gezicht naar Vanessa. Twee jaar geleden op hun eerste schooldag in de brugklas kwamen ze op het idee om zelf naar de middelbare school te gaan omdat het voor schut zou zijn om met een ouder op te komen dagen. Nadat ze de bus waren uitgestapt hadden ze uren rond gelopen in de stad, en had Vanessa geopperd dat de dag toch al verloren was en waren ze gaan winkelen. Natuurlijk wisten hun ouders hier niks vanaf, die dachten dat ze al die tijd verdwaald naar de juiste weg hadden gezocht.

"Ja maar we zijn nu veel zelfstandiger!"

"Geen gezeur meer, ik ga mee of jullie gaan helemaal niet."

"Gast waarom heb je je rijbewijs nog niet joh!" grapte Liam toen hij Mike een vriendelijke stoot tegen zijn schouder gaf. "Dan hadden we geen bewaker bij ons."

"Uh omdat ik pas 14 ben misschien!" beet Mike hem toe.

"Nou jongens hou op met ruzie maken of ik draai om!" riep Vanessa's moeder van achter het stuur.

"O kom op ma niet alweer." Zuchtte Vanessa.

"Kom op Vanes, dit gaat leuk worden!" zei Emma.

"Nou wat je leuk noemt, het is niet jouw moeder die meegaat..." mompelde Vanessa chagrijnig.

"Wat had je dan verwacht, dat ze een stelletje kinderen van 14 alleen laten voor een heel weekend?" vroeg Liam. "Ze zijn veel te bang dat we de boel in de fik steken."

"Hoe ver nog mevrouw Boog?" vroeg Emma, voor de vijfde keer in een half uur.

Ze was zo enthousiast geweest dat ze de afgelopen twee nachten amper een oog dicht had gedaan en nu was ze zo uitgeteld geweest dat ze het eerste gedeelte van de reis had liggen slapen.

"Nog vijf minuutjes als het goed is." Zei mevrouw Boog.

Emma keek uit het raam. De bomen racete langs hun heen, althans zo leek het, in het echt was het natuurlijk andersom.

"Echt heel mooi hier." Zei Vanessa.

"Er is hier zelfs een grote vijver waar we kunnen vissen." Zei Mike.

De meiden zuchtte diep.

"Wat, jullie kunnen naar ons kijken." Zei Mike.

"Ja daar heb ik zin in ." zei Vanessa sarcastisch. "Kijken hoe jullie onschuldige dieren vermoorden met een haak."

Dat is waar ook...dacht Mike. Zijn vriendin is vegetarisch.

"Nou jongelui, dit is het denk ik." Zei mevrouw Boog

De auto stopte voor een blokhut. Het stond midden in de bossen, omringd door grote naaldbomen.

"Het is groter als ik verwacht had..." zei Emma toen ze uitstapten.

"Hey kijk de vijver is daarachter al!" riep Liam.

Hij en Mike pakten hun tas en verdwenen achter het huisje.

"Pppfff mannen!" mompelde Vanessa terwijl ze haar koffer uit de auto zeulde.

De blokhut bleek inderdaad heel ruim te zijn. De keuken en woonkamer bestonden uit een ruimte maar er waren drie grote slaapkamers. Mevrouw Boog kreeg bijna een hartaanval toen ze zag dat Mike en Vanessa een kamer wilden delen en gooide Mike's tas snel in de andere kamer.

"Zo meiden dat nachtkastje kan mooi als make-up tafel dienen." Zei ze snel.

Vanessa rolde haar ogen naar Emma en die moest snel haar lach als hoest camoufleren.

Nadat ze alles hadden uitgepakt liepen ze naar buiten.

"Wat een rust zeg..." zuchtte mevrouw Boog. "Misschien dat ik eindelijk eens tijd heb om mijn boek te lezen." Ze keek op haar horloge. "Maar laten we eerst maar aan het avond eten beginnen, het is al zo laat." "Meiden helpen jullie mee?"

Liam en Mike keken hoe de drie weer terug naar binnen gingen.

"Zouden er hier wel grote vissen zitten denk je?" vroeg Liam terwijl hij verlangend naar het water keek wat nog net zichtbaar was tussen de bomen.

"Vast wel, er zullen hier niet veel andere mensen komen dus die vissen kunnen goed doorgroeien."

Ze liepen naar het water toe, wat nu meer op een zwart gat leek nu de zon bijna onder was. "Ik ben eerder bang dat er veel wier op de bodem ligt."

Net toen ze om de laatste boom liepen zagen ze iets zwarts wegschieten aan de andere kant van de vijver. Mike maakte een sprongetje van schrik en greep Liam bij zijn arm.

"Laat los man, dat was gewoon een hert ofzo joh!" zei Liam geïrriteerd.

"Ik schrok ja!" zei Mike even geïrriteerd als zijn vriend. Met een snelle beweging streek hij zijn haar weer glad.

"Jongens eten is bijna klaar!"

Beide jongens maakten een sprongetje van schrik. Ze keken elkaar even aan en liepen toen terug naar het hutje.


De VijverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu