Het is 9 uur 's avonds, en ik word de kamer waar Hanna ligt nog net niet uitgeduwd. "Het bezoekuur is afgelopen." Meldt de verpleegster dwingend. Met tegenzin gaan Linda en ik naar huis. Ik stap weer naast haar in Linda's auto. Op een gegeven moment zie ik dat we helemaal niet naar ons huis rijden, maar richting het park. "We gaan bij mij eten." Zegt Linda vastberaden. "Ik trakteer."
Linda maakt pasta, en het voelt echt alsof ze de oma is die ik nooit gehad heb. Ik heb mijn oma's nooit gekend, ze zijn overleden voordat ik geboren was. Linda knijpt in mijn wangen en brengt me thuis. "Morgenochtend om 10 uur sta ik voor je deur om je op te halen." Ik lach naar haar. "Tot morgen!"De volgende ochtend schrik ik wakker van de deurbel. Ik open verbaasd mijn ogen tot spleetjes, en kijk versuft om me heen. Ik lig op de bank, en naast me ligt... Oh ja. Ik zie een fles wijn liggen, leeg. En nu ik beter kijk zie ik dat er op tafel ook nog een fles wijn staat, nog halfvol. Dan kijk ik op mijn horloge. Tien uur. Waarom belt iemand zo vroeg bij me aan? Dan weet ik het weer. Hanna. Ziekenhuis. Linda. SHIT. Ik gooi de wijnflessen de keuken in. Niet zo'n slimme actie, want ik hoor ze kapot vallen. Dan ren ik naar de deur, gooi hem open, en ren de trap op. Hijgend roep ik: "Kom maar binnen! Ben bijna klaar!". We weten beide dat ik absoluut niet bijna klaar ben, maar dat doet er niet toe. Dat soort dingen roep je gewoon als je te laat bent.
Ik schaam me dood. Mijn verloofde ligt in het ziekenhuis, en ondertussen zuip ik anderhalve fles wijn leeg om vervolgens te laat te komen bij het bezoekuur. Ik ben echt de slechtste vriendin ooit. Hoe kan ik nou straks Hanna's vrouw worden als ik er niet eens voor haar kan zijn als ze in het ziekenhuis ligt?
Ik trek een trui over mijn hoofd en spring op en neer om mijn broek aan te krijgen. In mijn haast doe ik mijn sokken binnenstebuiten aan, maar dat kan me niet schelen. Ik prop mijn voeten in mijn schoenen, en ren de trap af zonder mijn veters vast te maken. Dat was geen goed idee. Halverwege de trap struikel ik, en de rest van de treden glijd ik naar beneden. Linda komt er al aangesneld. "Gaat het?" Ik grijns. "Als je valt, ben je snel beneden, toch?"Zodra ik naar de keuken loop om wat water te drinken, zie ik dat er geen scherven meer liggen. Nergens. Niet van de borden, niet van de wijnflessen die ik naar de keuken gesmeten heb. Niks. Ik kijk Linda verbaasd aan. Ze haalt haar schouders op. "Straks sta je er nog in. Eén gewonde was wel genoeg, dacht ik." Ze zegt niets over het feit dat er twee kapotte wijnflessen in de keuken liggen. Ze zegt ook niets over het feit dat ik er waarschijnlijk niet al te fris uit zie. Daar ben ik haar dankbaar voor, want ik heb absoluut geen zin om van anderen ook nog eens te horen hoe onverantwoordelijk ik ben. Dat vertel ik mezelf vaak genoeg. Ik pak een haarelastiekje van de grond en maak een snelle knot in mijn haar. Het doet me denken aan hoe ik Hanna aan de keukentafel zag zitten terwijl ze de krant las. Ik glimlach. Linda onderbreekt mijn gedachten. "Zullen we maar gaan?" Ik knik. We stappen in de auto, en ik kruis mijn vingers. "Hanna, word alsjeblieft wakker vandaag." denk ik. "Ik heb je nodig."
Twintig minuten later staan we voor het ziekenhuis. Met trillende handen open ik de deur. Linda pakt mijn hand en knijpt er zachtjes in. Ik knijp terug. Aarzelend zet ik de eerste stappen richting de ingang van het ziekenhuis. Linda trekt me mee. "Kom, een beetje tempo, je verloofde ligt op je te wachten!" Ondanks mijn misselijkheid en bonkende hoofd zet ik het op een rennen. "Ik kom, Hanna!" Roep ik over het parkeerterrein. "En ik kom over een halfuur!" Puft Linda achter me. Ze heeft mijn hand losgelaten en loopt langzaam achter me aan. Ik houd mijn pas in, maar Linda jaagt me voort. "Hup, hup! Ik kom wel hoor." Ik draai me om en begin keihard te rennen. Zo hard heb ik nog nooit gerend, zelfs niet toen ik struikelde in het bos een tijdje geleden. Deze keer struikel ik weer bijna, maar deze keer over de traptreden voor de ingang van het ziekenhuis. Ik sta met een schok stil, en beklim de trap rustig. Zodra ik door de draaideur gelopen ben wil ik het eigenlijk meteen weer op een rennen zetten, maar ik ben bang dat ik tegen iemand met een gebroken been aanbots, dus ik doe maar wat rustiger aan. Met trillende handen open ik de deur van kamer 214. "Em?" Mijn hart maakt een sprongetje. "Hanna?" Ik duw de deur wat verder open, en zie dat Hanna hoopvol mijn kant op kijkt. Ik trek een sprintje en sla mijn armen om haar heen. "Au, au, au!" Protesteert Hanna. Ik laat haar abrupt weet los. "Sorry." Ze glimlacht naar me. O, wat heb ik die glimlach gemist. "Het is oké." Zegt ze. Mijn hart fladdert op en neer. Ik heb haar zo gemist. Ik buig me over haar heen en geef haar een kusje op haar mond. Ze slaat haar armen om mijn nek en kust me. Ik ga helemaal op in de kus. Zij ook, want we schrikken ons dood als we ineens gekuch achter ons horen. Ik draai me om. Linda! "Nou, volgens mij is iemand weer wakker." We grijnzen. Dan trek ik Hanna naar me toe, en geef haar nog een laatste kus voordat ik van het bed afklim en op een stoel naast haar bed ga zitten. Linda loopt naar het bed toe en steekt haar rechterhand uit om zich voor te stellen, maar Hanna's rechterhand zit in het verband. Ze steekt in plaats daarvan haar linkerhand uit. "Ik ben Linda." "Hanna." Antwoordt Hanna. "Ik heb al veel over u-" "Jou." verbetert Linda. "Over jou gehoord." Maakt Hanna haar zin af.
Er wordt op de deur geklopt. Iedereen kijkt om. In de deuropening staat een verpleegster. "Kom ik gelegen?" "Dat hangt er vanaf." Antwoordt Linda. "Kom je met goed of slecht nieuws?" De verpleegster glimlacht. "Goed nieuws, vermoed ik." "Nou, vooruit dan maar." Grapt Linda. De verpleegster kijkt Hanna aan. "We moeten nog even een paar laatste tests doen om te kijken of alles goed is, maar dan mag je naar huis!" We beginnen te juichen. Ik pak Hanna's gezicht voorzichtig vast en kus haar. De andere patiënten op de afdeling joelen, maar ik hoor het nauwelijks. Ik ga op in Hanna. Zij is het enige wat telt.
JE LEEST
Herfststormen en Kaarslicht
RomanceEen vervolg op het eerste boek over Emily en Hanna: Zomernachten en Roze Wolken. Vergeet niet te stemmen als je het boek leuk vindt, dat helpt mij enorm :). Veel leesplezier!