Verleden

31 6 2
                                    

10 jaar eerder
Drie jaar na het conflict tussen Jamie's ouders liep Jamie angstig achter haar broer aan. Ze was inmiddels negen jaar oud en voelde zich behoorlijk volwassen, maar op dit moment had ze wel weer in haar moeders armen willen liggen. Ze groef in haar herinneringen, op zoek naar het gezicht van haar moeder. Geïrriteerd schudde ze haar hoofd, waarbij tientallen regendruppels op de grond vielen. Ze moest niet meer zoveel aan haar moeder denken, er waren veel belangrijkere zaken.

Een koude druppel raakte haar nek en ze rilde. 'Liam! Waar gaan we naar toe?'
Haar broer keek niet op of om. 'Loop gewoon door!'
Jamie zette een holletje in om Liam weer in te halen. De rest van de tocht zei ze niets meer. Liam had wel duidelijk gemaakt dat ze dat niet moest doen, en ze wilde dolgraag gerespecteerd door hem worden.
Uiteindelijk kwamen ze aan bij een bouwvallig huisje. Het stond ergens een eindje van een wijk af en zag er verlaten uit. Toen Liam de deur open deed hoorde ze daarentegen lachende stemmen, en een walm van sigarettenrook kwam Jamie tegemoet. Met moeite hield ze haar hoest in, het was zwak om niet er tegen te kunnen. En zwak was absoluut niet hoe ze wilde lijken. Met een - voor haar gevoel - stoere uitdrukking op haar gezicht liep ze achter Liam het huis binnen.

Jongens joelden naar Liam toen ze hen zagen. Een van hen, een jongen met zwart haar en een piercing door zijn lip liep naar hem toe. 'Hé man. Kom je weer een jointje meedoen? En wie is die chick die je hebt meegenomen?'
Arrogant keek Jamie hem aan. Ze wilde iets stoers terugzeggen, maar terwijl ze nadacht wat cool over zou komen was Liam haar voor. 'Dit is mijn zusje. Ik kon haar nergens kwijt dus heb ik haar maar meegenomen.'
Verontwaardigd wilde Jamie een belediging terug snauwen. Liam had haar gewoon mee gesleept, hij had helemaal niet gezegd dat ze een last was. De jongen met het zwarte haar zei echter iets waardoor ze verward raakte: 'Ik moet je trouwens nog het geld geven van de overval zaterdag. Heb je je pistool bij je?'

Liam keek de jongen waarschuwend aan. 'Waar heb je het over, man? We zijn uit huis gezet, we willen hier alleen maar tijdelijk overnachten.'
De jongen keek peinzend. 'Hmm. Wat is je naam?'
Jamie schrok van de vraag gericht aan haar en wist even niets te zeggen. 'Eh... Jamie.' De jongens verderop in de kamer lachten hard en Jamie werd rood. 'Je weet toch wel hoe je heet!' gierden ze het uit.
'Ik ben Boaz,' zei de zwart-haarjongen. Hij gebaarde vaag naar de andere jongens. 'Ga maar bij hen zitten. Liam en ik moeten nog even praten.'

Ongemakkelijk nam Jamie plaats op het uiteinde van de bank. Een jongen die aan de andere kant zat floot naar haar. 'Lekker wijfie is 't hoor!' riep hij naar Liam en Boaz. Jamie voelde haar hoofd stikheet worden. Een blonde jongen vlakbij schoof naar haar toe. 'Ik ben Levi,' fluisterde hij zwoel in haar oor. 'En ik hou wel van meisjes zoals jij.' Zijn hand schoof via haar arm naar haar borsten, of eigenlijk twee minimale bobbels. Jamie verstijfde en duwde snel zijn arm weg.
'Niet doen,' fluisterde ze bang. Ze had het harder willen zeggen, maar haar stem deed niet wat ze wilde.
'Och kom nou, niet lullig doen,' zei de jongen hard en hij trok haar op zijn schoot. Het huilen stond Jamie nader dan het lachen, zeker toen zijn handen zich alweer rond haar borsten klemden. 'Hou op, alsjeblieft...'

'Levi! Wat de fuck man!' Jamie haalde opgelucht adem toen ze Liams stem herkende. 'Mijn zusje is niet bedoeld voor jou pleziertjes. Zoek maar ergens anders een hoer.' Toen keek hij Jamie streng aan. 'Jamie, ga naar boven. Meteen na de trap naar rechts, daar is een kamer. Ga maar slapen, of wat je ook wilt doen.'
Onder de gluiperige blikken van de jongens verliet Jamie de kamer. Boven aangekomen liet ze zich opgelucht op het bed vallen. De gebeurtenis speelde zich nogmaals af in haar hoofd en ze huiverde bij de gedachte aan Levi's aanrakingen. Gelukkig had Liam haar gered. Ze dacht aan wat haar broer had gezegd. Een hoer. Dat woord had haar vader ook gebruikt, toen hij drie jaar eerder haar moeder het huis uit stuurde. Nog geen week later waren Jamie, haar vader, Liam en Zara verhuisd. Alles was veranderd bij het achterlaten van hun moederstad. Ten eerste moest ze natuurlijk naar een andere school, supermarkt, huis, enzovoorts, maar er veranderde nog veel meer.
Jamie's moeder was er niet meer, wat Jamie zwaar viel. Hoelang heeft ze 's nachts wel niet liggen huilen? Tot haar zesde levensjaar had haar moeder haar opgevoed, met haar gelachen en haar getroost. En nu was ze ineens weg. Dat was niet te begrijpen voor zo'n jong meisje. Haar vader zorgde niet goed voor zijn kinderen. In de loop der jaren liep het steeds verder uit de hand. De kinderen gingen niet naar school en hingen rond op de straat. Dealen, kleine diefstallen en jointjes werden normale kost voor Liam en Zara. Jamie bleef wel aan de opvoeding van haar moeder denken, waarbij dat soort dingen onacceptabel waren. Maar op een gegeven moment kon ze het niet meer aan om de hele dag op de stoep te zitten en verlekkerd te kijken naar het eten van anderen. Vooral afgelopen jaar was ze steeds meer haar broer en zus na gaan doen.

De dagen gleden voorbij, overdag haalden - lees: stalen - ze eten op straat en 's nachts sliepen Liam en Jamie in huis. De avond was altijd het spannends, als Jamie en haar broer het huis binnenslopen en naar bed gingen. Als hun vader merkte dat ze binnenkwamen hadden ze een groot probleem. Om een reden die Jamie niet begreep werd hij altijd laaiend van woede. Vaak deed hij ze dan pijn, of stuurde hij ze het huis weer uit.

Jamie en Liam sliepen samen in een tweepersoonsbed, en heel soms kwam Zara er ook bij. Maar dat gebeurde zelden, want Zara zag haar jongere broer en zus haast nooit meer. Waar ze dan naartoe was was voor Jamie een raadsel. Althans, tot vanochtend. Want vanochtend werd er een groot deel van Zara's geheimen ontrafeld.

Het was een van de zeldzame nachten geweest waarin Zara ook thuis sliep. De drie kinderen wilden 's ochtends vroeg het huis weer verlaten, zoals gewoonlijk, toen hun vader plotseling al wakker bleek te zijn. Hij was heel verward, zag er dronken uit en zei onsamenhangende dingen. Toen hij zijn zoon en dochters zag werd hij wat wakkerder.
'Zo, jullie laten me weer in de steek?' zei hij met een boze klank in zijn stem. Hij stapte, met zijn hand langs de muur om evenwicht te houden, op hen af. 'Oh? Jij bent er ook bij vandaag?' zei hij, terwijl hij Zara hard naar zich toe trok.
En toen gebeurde het: bij de ruk aan Zara's arm kroop haar mouw een stukje omhoog. Op haar pols waren een aantal rode puntjes zichtbaar.

'Wat is dit!?' bulderde hun vader woedend. Hij trok Zara's mouw in een keer omhoog. Over haar hele arm waren wondjes zichtbaar. Jamie herkende het direct door haar ervaring op straat: het was afkomstig van een spuit. Een drugsspuit.

'Welke is het?' vroeg haar vader bars, doelend op het soort drug. Zara schudde haar hoofd en zweeg. Haar vader gaf haar een fikse stomp in haar maag. 'Antwoord als ik je iets vraag!' Hij gaf er meteen een rechtse achteraan. Zara's hoofd klapte naar achteren.
'Heroïne,' zei ze verslagen. 'Ik kan het niet helpen... Mick, hij heeft het me laten zien. Het geeft zo'n hemels gevoel.' Haar stem trilde op het einde.

'Wie is Mick?' vroeg Liam verbaasd. Jamie dook in elkaar, bang voor haar vaders reactie op zijn bemoeienis. Hij deed echter niets.

'Mijn vriend,' antwoordde Zara met haar ogen op de grond gericht.
Voor hun vaders doen was hij aardig rustig gebleven. Maar dat bleef niet lang zo. Hij ging helemaal door het lint, beukte zijn kinderen in elkaar en zette ze buiten de deur. Zijn eindzin was duidelijk: het was niet de bedoeling dat Liam, Jamie of Zara voorlopig nog een voet binnen het huis zouden zetten. Zara liet zodra de deur dicht was luchtig aan Liam en Jamie weten dat ze vertrok en nooit meer terug kwam. Ze pakte snel een spuit met vloeistof uit haar tas, zei droog 'doei' en verdween. Liam verbaasde Jamie nog meer door gewoon weg te lopen. Verbouwereerd was ze hem gevolgd, en nu zat ze dus in een huis vol met foute jongens.

Jamie rolde zich op tot een bolletje. Ze wilde dat ze gewoon weer zes was, en haar moeder haar een sprookje voorlas. Tranen liepen over haar wangen. Juist op het moment dat ze weer een beetje tot bedaren was gekomen, ging de deur open. Jamie schoot overeind, bang dat het Levi weer was. Tot haar opluchting liep Liam de kamer binnen.
'Hé,' zei hij droog, alsof er niets gebeurd was. Ze begroette hem en er viel een stilte.
Uiteindelijk slaakte Liam een diepe zucht. 'Luister, Jamie. Je moet je zo niet zo laten kennen. Je gedraagt je als een gemakkelijk slachtoffer. Als je zo door gaat overleef je deze wereld niet lang.'
'Wat moet ik dan doen?,' vroeg Jamie gegeneerd, Liam maakte dat ze zich nietig voelde.
'Weet ik veel!' riep hij uit. 'Scheld ze uit, geef ze een klap, bedenk wat. Maar wees niet zo'n doetje.'
Liams woorden deden Jamie veel pijn, ze deed zo haar best ook stoer te zijn, en dan zei hij dit over haar! Maar het zette haar wel aan tot een besluit:

Vanaf nu zou ze sterk zijn.

---

Heeyy,
Een veel groter hoofdstuk ineens! Ik wilde er veel in kwijt en plotseling zag ik dat ik al meer dan duizend woorden had, wat niet per se erg is :) (Het zijn er uiteindelijk 1732) Ik ben enorm aan het stressen voor dit boek, het moet zondag af zijn en ik wil nog drie hoofdstukken schrijven... Ik heb volgende week ook super veel toetsen waarvoor ik moet leren en zaterdag heb ik ongeveer de hele dag dingen voor viool (ja, ik speel dus viool ;p) en ook bijna geen tijd. Maar het gaat me lukken!
Hopelijk hebben jullie van dit lange hoofdstuk genoten, misschien zoveel voor een stem en/ of reactie?

Waarschijnlijk tot morgen,

Imre♠♣

JamieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu