Mijn broekriem was nog steeds los toen ik mijn kamerdeur openende. We waren in mijn jeugd binnengestapt, of meer wat er nog van over was. Op de muur waren de plekken zichtbaar waar vroeger de posters van de selectie van Ajax en Manchester United van 2009 hingen. De muurverf was licht verkleurd en de plakbandresten waren zichtbaar. De knuffels die ik vroeger had waren al sinds jaren weggestopt in een open blauwe vuilniszak die nog steeds onder de schuin lopende muur/dak stond. De dingen die nog wel sinds mijn jeugd stonden waren het IKEA tweepersoonsbed en hoekbureau wat ik voor mijn 15e verjaardag kreeg, de kledingkast met Quantom of Solace poster eraan, twee oude hockeysticks van The Indian Maharadja en een muur vol foto's van mijn oude hockeyteams, familie, klassenfoto's en de vriendengroep waarmee ik op examenreis naar Albufeira was gegaan. Mijn kamer aan de Garenmarkt had meer memorabilia van mijn tienerjaren, vaak ook om praktisch nut. In de oude boekenkast die vanwege de tint bruin beter in de overloop paste dan in mijn oude kamer of in Groden stond nu gevuld met een oude Philips radio met een cd-collectie die in 2010 het helemaal geweest zou zijn. Als je naar Mumford & Sons, Bon Jovi, Franz Ferdinand, Coldplay, The Black Keys en Kanye West luisterde verkreeg je vanzelf status. Sinds de komst en HO-verrekening van Spotify gebruikte ik het nooit echt meer. Verder was de kast gevuld met mijn studieboeken, een verzameling kookboeken van simpele maaltijden, almanakken en jaarboeken. Wat een knorrig woord, jaarboek. Het klinkt gewoon zo geperig. Dat is wel het verschil tussen GSHC en de corporale hockeyvereniging Voorwaarts, ook wel de studs genoemd op de kroeg. Het klinkt gewoon een stuk mooier als je bestuur uit een Praeses, Ab-actis en een fiscus bestaat dan uit een voorzitter, secretaris en penningmeester.
We gingen op het bed zitten. Er klonk een zachte plof van het matras. Ik had eerder een kraak verwacht dan een plof. Allicht waren het de verwachtingen van als je met iemand op je bed gaat zitten. Of niet zomaar iemand, je overwinning. Ik zou vanavond mijn deur verdienen. Wat een cliché eigenlijk dat je je deur moet verdienen. Mijn huis deed daar niet aan. Uiteraard zijn we allemaal seksueel actief, waarom dan gezeik om het te bewijzen? Waarschijnlijk komt het door Feuten de serie. Alles wat daarin gebeurt lijkt meteen een cliché, zo ook het mos dat je je deur moet verdienen. Van Kroeghuizen weet ik alleen dat Huize Aftellen en Huize Oom Tom eraan doet. Ironisch genoeg zijn dat dan wel weer heel prominente huizen. Celeste had de deur na achter haar gesloten. Celeste liet zicht achterover op haar rug vallen op het bed. Ik volgde haar voorbeeld waardoor we nu allebei op onze rug op mijn oude bed lagen. We keken elkaar aan met maar half open ogen. Blijkbaar is dat een soort Pavlovreactie van een bed. Je bent er niet meer helemaal voor honderd procent bij. De spanning was hierdoor anders. De spanning was sowieso al anders geworden, we waren immers op de plek van bestemming gekomen. Alles bouwt zicht op naar deze plek terwijl het hier pas eigenlijk begint. We lagen nog steeds op de Bordeauxrode dekbedovertrek elkaar aan te kijken. Een lichte strijd ontstond. Wie kon zich nu het langste inhouden. Celeste wist dat ik bijna bij het einde van mijn geduld was, ik had mijn riem al los. Ik wist ook dat Celeste zich niet echt langer in kon houden. Ze had mijn riem losgemaakt. De spanning leek weer een nieuw maximum te hebben bereikt. We bleven elkaar in de ogen kijken met een strijdbare maar toch verlangende blik. Ze bevloog me, dook haast op me. Ik had gewonnen. Beiden lagen we niet meer. Ik zat op mijn bed. Zij hing boven me. We zoenden nu met bewegingen die niet eerder op de avond waren geweest. Met mijn handen streelde ik haar handen. Ook hevig of heftig. Alles in dit moment leek of hevig of heftig te zijn. Silance for the storm bestond niet. Mijn handen grepen haar onderrug. Het leek een driftige beweging. Alles wat mogelijk was wilden we meteen doen. Alles tegelijk en door elkaar heen. Vanaf haar onderrug deed ik met mijn handen haar kruising tussen een trui en jurk uit. Ze deed gemoedwillig mee. Ze wilde dit ook. Het kledingstuk gooide ik snel naar de zijkant van de kamer. Geen idee waar het landde, het boeide me ook vrij weinig. De ochtend erop is het voor de gast altijd een kleine speurtocht op zoek naar zijn of haar kleren. Vaak om erachter te komen dat in de witte hemden vlekken van opgedroogd bier te vinden of om te ontdekken dat je broek toch wel vrij ernstig bezweet is.
YOU ARE READING
Clubgevoel
General FictionHet lijkt Boudewijn allemaal voor de wind te gaan. Hij zit in het laatste jaar van zijn bachelorstudie en heeft zijn vrienden binnen het studentencorps van de stad. Ook met zijn blonde lokken lijkt hij ieder meisje voor zich te kunnen winnen. Als da...