10.

9 2 1
                                    

'Dat was die ene vriendin van je zeker weer? Nou, dan kan ze wel alvast komen😏...'

Ik spring op. 'Bedoelt hij nu dat- dat...' iedereen is stil. En zo blijft het nog wel even. Todat Kim opstaat. 'Vraag 'm waar hij nu is' zegt ze vastberaden. 'We gaan er nu niet heen, Kim. Dat lost niks op.' Zeg ik, eigenlijk omdat ik het niet durf. 'Vraag het!' Zegt ze opnieuw. Ik kijk Nina aan. Ze knikt, zo van: doe maar, Kim weet vast wat ze doet. Ik begin te typen met trillende vingers en trillende handen, alles lijkt wel te trillen. Zó zenuwachtig ben ik.

'Waar ben je nu?'

Vraag ik hem. En hij is vrijwel meteen online. Dan typt hij terug.

'Hz?'

'Hij zegt "hoezo"' zeg ik. 'Zeg hem maar dat je hem wilt spreken ofzo. Hij is zo dom dat ie dat misschien wel gelooft.' Zegt Kim.

'Ik moet je spreken'

Stuur ik. Ik krijg weer een bericht terug.

'Kerkstraat heet het volgensmij. Ik ben je een stuk gevolgd en ben nu wat aan het rondhangen maar waarom rende je weg als je me nu wil spreken?'

'Je pakte me zo onverwacht vast en daar schrok ik van.'

Verzon ik. Nouja, dat was eigenlijk niet gelogen maar dat was niet de rede dat ik hem zogenaamd wilde spreken.

'Je bent nog bij die vrienden zeker'

Zegt hij dan.

'Nee, ben net thuis. Alleen.'

Bedenken we samen.

'Ik kom wel even langs, ik weet wel waar je woont hoor xx'

Kim staat op. 'Ik ga naar de Kerkstraat.' 'Nee!' Zeg ik. 'Je brengt jezelf in gevaar, Kim. Doe dat alsjeblieft niet.' Ze gaat toch maar weer zitten. 'Wilde je daarom weten waar hij was?' Zegt Nina. 'Ja, ik wil hem zo graag een stomp geven.' 'Stompen geven lost niks op, Kim. Zo maak je hem boos. Straks slaat hij terug. En als je hem erg verwond krijg je vast een straf.' Zeg ik. 'Oke dan, je hebt gelijk. Ik zal hem wel met rust laten. Maar nu weten we in ieder geval dar hij niet in deze straat is. Al is het wel dichtbij..' Nina loopt naar de deur. 'Moet je ook gaan?' Vraag ik. 'Nee, ik check even of hij echt niet in de buurt is buiten.' 'Goed plan.' Zeg ik. Ze loopt naar buiten door de voortuin en kijkt naar links en naar rechts. Dan horen we een gil. Nina rent weer snel naar binnen. Ik zit bij een klein raampje dus ik kan haar goed zien. Ze komt binnen met een verschrikt gezicht en gaat tegen de deur hangen. 'OP SLOT' roept ze. 'OP SLOT!' Kim pakt snel de sleutel van de garage en draait het slot snel op slot. 'Hij was daar! Hij fietste aan het eind van de straat! Straks heeft hij me gehoord!' Zegt Nina. 'Kom, we gaan hier achter zitten!' Zegt Kim die naar de bank wijst. We kruipen met onze 3 witte gezichten achter de bank. We zitten onder het raam. Ik ga langzaam met mijn hoofd omhoog om even te kijken. 'Hij is er nog niet'. 1 minuut later kijken we alle drie. Daar staat hij! Hij staat recht voor de garage op de weg. Hij kijkt richting het raam waar ze hun hoofd boven staken. Alle drie tegelijk bukken ze dus binnen 2 seconden weer naar beneden.

StalkerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu