Ahlam
7:30"Ahlam." Ik hum ongeïnteresseerd terwijl ik mijn blik heb gevestigd op de tv. "Ahlam!" Geïrriteerd draai ik me om. "Wat." Ik neem een hap van mijn cornflakes en kijk mijn moeder afwachtend aan. "Heb je misschien een tientje? Mijn sigaretten zijn op." Fronsend kijk ik haar aan. Die durft! "Ben je gek? We hebben nog niet eens boodschappen gedaan en jij wilt ons laatste beetje geld besteden aan sigaretten verdomme? Op je achterhoofd gevallen of zo? Ik werk me niet te pletter voor jou gewilde sigaretten!" Ik was al in een niet bepaald goed humeur. Dit kon er echt niet bij. Nog nooit ben ik zo tekeer gegaan tegen mijn moeder. Ik voelde me naar mijn verbazing opgelucht. Terwijl het hoofd van mijn moeder langzamerhand rood werd van de woede, draaide ik me om naar de tv. Mijn favoriete serie was bezig. "Hoe durf je zo een toon aan te slaan tegen je moeder? Je verdomd moeder!" Ik begin cynisch te lachen, maar laat het erbij. Ik heb geen zin in ruzie. "Mislukkeling dat je bent. Ik moest abortus plegen toen ik de kans had." Mompelt ze. De woorden die ik dagelijks hoor gaan de ene oor in en de ander weer uit.
Ach, het went.
-
14:59De laatste minuut van de les ging in. Van Aymane heb ik niets gehoord. Hij liet me op blauw wat te verwachten was. Het enige wat ik nog net in mijn tas kon proppen was het shirt, meer niet. "Maak opdracht 1 t/m 5 voor volgende week." Hoor ik meneer Ritsen roepen wanneer de bel gaat. Iedereen staat op en loopt de deur uit. Terwijl ze allemaal naar rechts lopen, loop ik naar links, richting de uitgang. Dit is al de tweede keer dat ik moet spijbelen, ook al is het dit keer voor maar 2 lesuren.
De stilte in de auto is om te snijden. Beide hebben we nog niets gezegd. Ergens vind ik het wel fijn. Het geeft me de tijd om na te denken. Hoe meer ik te weten krijg over mijn nieuwe werk, hoe erger ik vermoed dat het niet om pakketjes bezorgen gaat zoals ze doen bij PostNL. Dit is anders, heel anders. Zuchtend leun ik met mijn hoofd tegen het raam aan. Had ik maar een oudere broer die me zou kunnen helpen. Terwijl ik voor het huis kon zorgen, kon hij gaan werken. Nu ik het beide moet doen, is het nog zwaarder. Ik laat de gedachtes varen en focus me weer op de rit. Het duurt al best lang naar mijn gevoel. "Waar gaan we naartoe?" De nieuwsgierige kant in me, overmeesterde mijn geduld. Hij zucht geïrriteerd. "Kan je niet wachten? Je zult het zo zien." Zijn donkere ogen kijken me een seconde aan. Meer niet. Ik zucht. Was dit wel een goed idee? Moet ik hem wel vertrouwen?
"Heb je je spullen bij je?" Ik rol met mijn ogen. "Ik kon alleen mijn shirt mee brengen, meer niet." Hij knikt. "Dat is goed." Opgelucht knik ik. Ik had verwacht dat hij boos zou worden of zo. Weet ik veel, ik begrijp mannen sowieso niet. Ze worden boos om de meest domste dingen.
Na de rit die uren leek te duren, stapte ik de auto uit. Een groot gebouw is wat ik als eerst bespeur. Ik kijk een beetje om me heen. Nog nooit ben ik hier geweest. Ik wist niet eens dat het überhaupt bestond. De buurt is grauw en de lucht is grijs. Elk gebouw hier kan je niet eens een huis noemen. Meer een krot. Eng is een goed woord om het te beschrijven. Ik zou niet eens willen weten van wat voor mensen hier leven. Besef even dat dit er erger uit ziet als bij ons.
De geïrriteerde stem van Aymane, haalt me uit trance. "Kom je nog of ga je daar bijven staan." Jemig, wanneer is hij niet geïrriteerd? Zonder te protesteren loop ik achter hem aan. Hij loopt het gebouw in met mij op de hielen. "Boys?" Roept hij ineens hard. Ik deins achteruit van de schrik. Het was me nog niet opgemerkt dat hij zo een zware stem had.
Als hij niemand hoort zucht hij. Hij mompelt iets onverstaanbaars en loopt dan een trap op. Ik die hem natuurlijk achtervolgt, sta op mijn schoenveter waardoor ik val. Aan het einde van de trap kom ik tot stilstand. Licht kreunend van de pijn sta ik op. Het doet misschien pijn, maar de mentale pijn is nog altijd de meester. "Gaat het wel?" Ik knik en schud mezelf een keer door elkaar. Ik kraak mijn nek en loop dan weer achter hem aan. "Moet je niet naar het ziekenhuis of zo?" De bezorgdheid in zijn stem laat me hem verbazend aankijken. "Nee?" Zeg ik langzaam, nog steeds niet gelovend dat Aymane bezorgd was. Hij knikt waarna ik de gedachtes van de bezorgde Aymane laat varen.Alsof het wat boeit.
"Ze is er." Zegt hij tegen de groep jongens op de bank. Ze zien er meer uit als beesten dan als mensen. Zo te zien vechten ze om de controller, of zoiets. Na de zware stem van Aymane te horen, draait iedereen ons kant op. De blikken maken me nerveus maar dat laat ik niet zijn. "Ahlam, DeBoys, DeBoys, Ahlam." Ik loop naar de bank en steek mijn hand uit naar de eerste jongen. "Ahlam." Zeg ik waarna ik zijn hand schud. Hij die mij met glinsterende ogen bekijkt, verroert zich niet. Het enige wat beweegt zijn zijn kijkers, die over mijn lichaam heen glijden. Ik laat zijn hand meteen los en loop naar de volgende. "Sorry voor hem, zijn naam is Zakaria. Mijn naam is Wassim." Ik knik. "Ahlam, maar dat wist je denk ik al." Hij lacht terwijl ik de volgende jongen wil begroeten. "Nassim, de leukste hier." Hij knipoogt wat mijn ogen automatisch laat rollen. De laatste twee heten Farid en Hicham, maar die waren er niet altijd. Vandaar dat ik hen maar kort had kunnen spreken. Ze vertrokken namelijk niet eens 1 minuut na onze ontmoeting.
Twijfelend neem ik plaats op de bank. Ze lijken me aardig maar toch zint het me niet. Zoveel jongens, geen enkele dame. Nou ja, van wat ik tot nu toe heb gezien is er geen dame. "Dus.." Mompelt een jongen die zich had voorgesteld als Nassim. "Oké, Ahlam, we gaan." Dankbaar kijk ik Aymane aan bij het horen van zijn stem. Het was zo ongemakkelijk niet normaal. Ik sta op en glimlach naar de zogenaamde boys.
"Het word tijd voor je eerste klus, meisje."
[A/N]
Omdat jullie zo lief zijn zal ik proberen straks nog een deeltje te plaatsen. Maar ik zou het wel aardig vinden als jullie massaal gaan stemmen! Anders is het eigenlijk voor niets.
Bijna Eid😍😍😍
xoxo