'' But darling, my nightmares are not the problem. ''
Song for this chapter: Everybody wants to rule the world - Lorde (luister dit en het hele hoofdstuk wordt spannender/enger)
Hoofdstuk 8 ● Emily
Als ik vijf minuten thuis met mijn hoofd in m'n handen heb gezeten, hoor ik iemand op de deur kloppen. Ik hoef niet eens na te denken voor wie het is. Ik loop naar de deur en open hem voor de zekerheid toch nog voorzichtig. Ja hoor, Louis zonder achternaam staat voor mijn deur. ''Wat is er?'' Vraag ik beleefd. ''Je vertelde dat ik nachtmerries had,'' Begint hij langzaam, voordat ik knik. ''Misschien kan je eh..'' Hij stopt even en kijkt naar zijn handen. ''Wat kan ik?'' Vraag ik, ongeduldig.
''Laat maar.'' Zegt hij vlug en loopt snel terug naar zijn eigen appartement. What the fuck? Oké dan. Ik doe mijn deur oogrollend dicht en laat een diepe zucht uit mijn mond vliegen.
Ik heb die dag alleen maar wat spelletjes die standaard op mijn laptop stonden gespeeld. Ik heb mijn broer nog een keer ge'smst, maar kreeg geen antwoord. Ik ben naar de supermarkt gelopen, zodat ik een salade kon maken. Ik had gister helemaal niks gegeten in de avond en ik heb ook al geen ontbijt gehad. Dat was ook de rede dat ik de hele dag hoofdpijn had en ik was onwijs duizelig.
En deze nacht? Die ging precies hetzelfde. Ik werd wakker. Om 2:59. En nu heb ik het onthouden, welke tijd. Ik weet het nu zeker. Ik heb geen twijfel. Het is geen toeval meer. Louis zal elke nacht om 2:59 wakker worden, schreeuwend.
Nu ren ik boos, zonder pantoffels, zonder sleutel meegenomen naar zijn appartement toe. Ik open de deur met de sleutel onder de mat en ren woedend naar zijn kamer. Hij zit daar in de zelfde positie zoals een paar dagen geleden, en mijn woede maakt geen verandering. Ik spring op hem af en begin terug te schreeuwen. ''WAT IS ER MIS MET JOU?!" Schreeuw ik zo hard mogelijk, maar hij gaat maar door. ''WORDT WAKKER, SUKKEL!'' Ik geef hem een klap op zijn wang en zijn ogen schieten wijd open. Zijn aders worden duidelijk en zijn mond trekt nog iets verder open. Er komt een geluidloos geschreeuw uit zijn mond, alleen een kleine piep. ''Louis?'' Vraag ik, buitenadem.
Hij is wakker, denk ik. Hij wrijft in zijn ogen en ze worden weer normaal. Hij kijkt me bang aan, heel bang. Tranen stromen over zijn wangen en ik kijk hem geschrokken aan. ''Ik zag het, Emily. Ik zag hem.'' Huilt hij en trekt me in een knuffel. Ik weet niet wat ik moet doen dus knuffel hem terug. Wie bedoeld hij met hem? ''W-wat bedoel je? Wie zag je?'' Vraag ik en merk dat mijn stem enorm trilt. ''De duivel, ik weet het zeker.'' Wat. ''Duivel? Louis, geen tijd voor grapjes nu.'' ''Hij wilde in mij. Hij wilde me overnemen. Het was een man helemaal in zwart. H-hij had vleugels.'' Er stromen nog steeds een ontelbare hoeveeelheid tranen over zijn wangen en ik slik even.
Dit kan hij niet menen, dit is niet waar wat hij zegt. ''Louis, je bent veilig. Ik ben bij je.'' Vertel ik hem zo rustig mogelijk en omhels hem nog een keer. Wanneer ik hem loslaat is hij weer een beetje gekalmeerd en kijkt hij me na één minuut weer diep in de ogen aan. ''Emily,'' Zegt hij met een zwakke stem. ''Ja?'' Antwoord ik. ''Ik zie dode mensen.''
Mijn mond valt open. Oh mijn god. ''Emily,'' Ik knik, ademloos. ''Die nachtmerries zijn niet mijn probleem.'' Zegt hij en ik kijk hem aan. ''Het zijn de dode mensen die ik erin zie.'' Ik kijk hem aan alsof ik water zie branden, hij lult. ''Het zijn geen mensen.. Het zijn demonen.'' Ik frons. ''Ze willen in me.'' Vertelt hij verder en ik hap nog steeds naar adem. Het klinkt allemaal te raar om het bij elkaar te liegen. Plus, waarom zou Louis tegen mij liegen? ''Is het niet handig als we naar een psycholoog gaan?'' Stel ik voor, maar zijn ogen wijdden zich. ''NEE!'' Schreeuwt hij en gaat in het hoekje van de kamer zitten, met het laken om zich heen.
Hij knijpt zijn ogen dicht. ''Ze zijn hier.'' Fluistert hij, hard genoeg dat ik het kan horen. '''Ze zijn overal!'' Hij begint zijn handen op zijn oren te doen. Alsof hij iemand heel hard hoord schreeuwen. Maar ik hoor niks? Oh god. Ik loop naar hem toe en haal leg mijn handen op zijn wangen. Ik til zijn gezicht naar de mijne toe en kijk hem aan. Dit is niet Louis, er is meer aan de hand. Er zit een lang verleden voor iemand van rond de 20 achter deze prachtige ogen.
Langzaam laat hij zijn handen van zijn oren zakken en laat hij de laatste tranen uit zijn ogen springen. ''Er waren er duizenden.'' Ademt hij uit, ''Het waren er zoveel.'' Ik zucht diep. ''Ze gilden zo hard..'' Hij heeft hulp nodig, serieuze hulp. ''Louis, sta op.'' Hij kijkt me boos aan. ''Wat?'' Vraagt hij, terwijl hij opstaat. ''We gaan hulp zoeken.'' Ik meen het, dit is niet goed.
''NEE, EMILY, ASJEBLIEFT!'' Smeekt hij, terwijl ik hem mee probeer te sleuren. Maar hij kan zichzelf losrukken uit mijn greep, natuurlijk. ''Wacht,'' Zegt hij en ik kreun geïrriteerd. Ik hoef niet elke nacht om 2:59 - oftewel midden in de nacht - wakker te worden vanwege dit. ''Jij kan me helpen.'' Zucht hij en ik frons, wat the hell bedoeld hij hier mee? ''Blijf één nacht tot 2:59 wakker en volg alles wat er gebeurd.'' Legt hij uit, maar ik heb geen idee hoe ik hem dan kan helpen. ''Wat helpt dat jou dan?'' Vraag ik. ''Als je alles precies beschrijft dan kan ik herrinneren waar mijn droom over ging.'' Ik frons opnieuw, hoe? ''Oke?'' Vraagt hij, vol hoop. ''Oké, oké. Maar voor één nacht?''
''Voor maar één nacht.''
Louis was a great actor, he could keep her in his bed for the rest of his life, if he wants. Well, Louis wasn't the actor, but the demons inside him were the actors. They controlled Louis, without Louis himself noticing.
* * *
Nu gaat het echte verhaal pas beginnen! Ik ben heeeeel enthausiast voor dit verhaal ineens, omdat de echte spanning nu pas gaat beginnen. Het was een best heftig hoofdstuk en er komen nog meer ergere dingen. Louis ziet gewoon dingen die er niet zijn en ik ga binnenkort vast ook een stukje in Louis' point of view schrijven. Ik hoop dat jullie net zo excited zijn als ik! Vergeet niet te stemmen en te vertellen wat je van dit hoofdstuk vond. xx
JE LEEST
2:59.
Fanfiction* “Het appartement valt zeer in de smaak bij anderen, er is geen tikkeltje ergernis die je zal hebben als je hier woont.” “Waarom staat het dan al 2 jaar lang leeg?” Emily is verhuist naar een nieuwe stad voor een nieuw...