Inmiddels worden er meer kinderen wakker, en ze kijken allemaal verward en niet-begrijpend om hun heen. Want waar zijn we? We praten met elkaar en verzorgen elkaars wonden. We zijn erg hongerig en worden zwakker. Zo brengen we een dag samen door, we leren elkaar beter kennen en worden vrienden.
Ik bespreek veel met Nina, hoe ik me voel en hoe mijn leven is, of eigenlijk was, want ik weet niet of ik ooit nog terug kan gaan naar mijn normale leventje. Ik had een vader en een moeder, een zusje en een hond. Hier moet ik wel aan toevoegen dat ik dit niet als normaal beschouw hoor, ik voel me heel bevoorrecht dat ik ben opgegroeid in een degelijk huis met een leuk gezin. En dat ik een vader en moeder heb is normaal maar als ik bijvoorbeeld twee vaders had gehad dan was het ook normaal geweest. Voor mij tenminste, niet voor iedereen.
