Hoofdstuk 1

143 0 0
                                    


Ik ren de trap af naar beneden. M'n haar zit in een strakke staart zoals altijd, m'n make-up is lichtjes en nauwelijks te zien. M'n uniform is schoon en m'n tanden zijn netjes gepoetst. Klaar voor een dagje op mijn werk.

Als ik bij het bureau aan kom groeten de receptionisten mij meteen, ik glimlach vriendelijk en loop door. onder weg zie ik verschillende collega's op hun kantoor zitten, druk aan het werk met dossiers en hun computer. ik zwaai naar ze en ik gok dat ongeveer de helft terug zwaait. Ik gniffel even, iedereen is zo druk..

Eerder was het nooit zo, laat me je vertellen. De laatste tijd is, in de regio waar ik werk, de criminaliteit zeer toegenomen. Ik werk in Portland een stad in Oregon, althans in Portland staat ons bureau. Ik moet zeggen dat eerder alles makkelijker was. Niet alleen omdat de criminaliteit zichtbaar minder was, maar ook omdat we mensen te kort komen en ons gebied juist groter is geworden in loop der jaren.

Na een lange gang met verschillende kantoortjes kom ik aan op die van mij. Het leukste aan mijn werk is dat ik niet alleen agente ben maar ook op kantoor allerlei verantwoordelijkheden heb.
Wanneer ik binnen kom in het kantoor zit Sian al achter zijn bureau. Mijn collega heeft een lichtblauwe mok vast in zijn hand met wat lijkt op een toef slagroom. Ik begroet hem en ga achter mijn bureau zitten.

Sian lijkt erg druk en naast zijn begroeting praat hij weinig tot niet. Niemand heeft tijd voor collega's en gezelligheid. ik slaak een zucht en begin te typen op mijn scherm nadat ik ingelogt ben in het systeem. Twee uren schieten voorbij, twee uren met dossiers en telefoontjes. Even kijk ik naar Sian en als hij ook naar mij kijkt weet ik dat hij heel even pauze wil. Ik grinnik: "Wil je nog een kop warme chocolademelk?" Waarop hij nu grinnikt en knikt: "Met een flinke toef slagroom." Ik geef hem een glimlachje als teken dat ik het ga regelen. Ik pak de mok van zijn bureau en loop door de lange gang naar de gezamenlijke kantine.

Zodra ik bij het apparaat sta botst er iemand hard tegen de zijkant van mijn lichaam. Met een ruk draai ik me een kwartslag om. Een jongen met donker blonde haren en licht blauwe ogen kijkt me geschrokken aan. "Het spijt me, ik had je niet gezien, ik heb het ook zo druk, heb ik je..." ;Ratelt hij aan een stuk door. Ik geef hem een glimlach en onderbreek hem in zijn zin: "Nee, je hebt me niet pijn gedaan." Hij kijkt me aan: "Dit is mijn eerste werkdag. Ik ben nogal zenuwachtig en probeerde het goed te doen maar..."; Ratelt hij opnieuw. Ik onderbreek hem alweer: "Het is oke, het is maar een kleine botsing. De chocolademelk staat nog op z'n plek en ik sta op mijn plek. Je bent een nieuwe collega, voel je zo vrij om je voor te stellen" ;Zeg ik hem. Hij kijkt verschrikt. "Ik ben zo associaal, mijn naam is Dion. Mij zul je aan de balie vinden elke dag, vanaf volgende week." ;Zegt hij met toch best wel een beetje trots. Ik schud hem de hand die hij zojuist naar mij heeft uitgereikt. Hij is duidelijk blij met zijn baan hier. Ik geef hem een goedkeurende blik. "Mijn naam is Emmeline, maar iedereen noemt me Emme"

De koelkast die naast me staat word door Dion open gemaakt, hij pakt de slagroom. Intussen heb ik een lichtroze kopje gepakt met daarin mijn eigen chocomelk. "Ik ga naar huis, volgende week zie ik je. Tot snel Collega!" Zegt hij enthousiast. Ik groet hem en bedank hem nog snel voor het pakken van de slagroom.

Met 2 warme kopjes chocomelk met slagroom loop ik mijn kantoor binnen. Sian is alweer druk met de telefoon. "Nee mevrouw, nee, nee.. Ja dat klopt wel maar.." Hij gooit zijn armen in de lucht en ik kijk vol verbazing naar hoe druk hij zich maakt.

Dit wordt een lange dag..

Whenever.. (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu