Het witte tapijt

44 5 6
                                        

In woorden zullen zij beschrijven,

Hoe het land daarachter snel beschreven is.

De bergen gestreeld door eeuwige sneeuw,

Wolken hangen als de zoden van de hemel,

Onbeschreven stil, onbewandeld onbewogen,

Rotsen steken fier hun punten door het tapijt.

Zouden de voeten van de Goden, na een lange dag,

Vermoeid door al de goddelijke overmacht,

Lichtjes zakken door het tapijt.

De rotsen soepeltjes ontwijkend.

De zon verwarmt van boven,

De ruggen en de hoofden,

Van de bezoekers op het wolkendek.

Goden genieten van de rust.

Maar stel nou dat ze er niet zijn,

De Goden nooit bestaan zouden hebben,

Niet vroeger, maar ook niet nu,

Wie zou dan het tapijt doen laten zakken tot ons aardse bestaan?

Want 's morgens vroeg,

Als de zon een gouden licht verstraalt,

Wie doet dan het witte onbewogen wolkendek zo zakken,

Dat het ons, ordinaire aardse wezens, zelfs het zicht belemmert?

Wie laat de druppels van vergiffenis,

Op de bladeren af doen dalen.

Wie schenkt ons dan,

Hoop in zelfs de diepste duisternis.

Door: Sophie E.M. Ellens

Copyright 2014

Ik weet echt niet hoe ik dit geschreven heb, maar ik heb het echt niet gekopieerd. Ik zweer het. De laatste tijd voel ik me alleen een beetje high (ben niet aan de drugs ofzo hoor) en heb ik de neiging dit soort gedichten te schrijven terwijl ik niks met geloof heb (heb er geen moeite mee als mensen zelf wel geloven, maar ik ben gewoon niet zo opgevoed. Daarbij komt dat ik er ook geen behoefte aan heb om in een god te geloven, ik geloof al in mezelf ^-^ ). Na ja, dit moest ik even kwijt. Ik hoop dat je het toch een leuk gedicht vond.

Grosses bises,
Sophie E.M. Ellens

Mijn gedichtenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu