HOOFDSTUK 6

32 3 1
                                    

                        Let op: vanaf nu alleen maar in een hij/zij perspectief.

Langzaam maar zeker opende de deuren. Aran liet zijn blik naar buiten glijden voordat hij als eerste een stap uit de lift zette. "Dames ik weet niet hoe het met jullie zit maar ik ga hoor!" grijnsde hij. 

Caat en Sofie keken elkaar aan. Dit was niet helemaal wat ze verwacht hadden. De ruimte waar ze zich in bevonden leek al eeuwen oud. De muren waren opgezet met klei en stro en de vloer bestond uit los grind. Waar ze net vandaan kwamen was alles strak en netjes afgewerkt. Hoe kon dit hetzelfde gebouw zijn? Al aarzelend stapte Caat alsnog de lift uit. Ze vertrouwde Aran niet echt maar wist aan de andere kant ook vrij zeker dat hij niets echt geks met hun zou uithalen. En aangezien Caat ging, volgde Sofie ook snel.

Aran was al weggelopen en ging net de hoek om. De meiden liepen snel achter hem aan. Ze konden zich het niet veroorloven om hun gids kwijt te raken op deze vreemde plek. Maar al snel kwamen ze aan bij een deur achterin een lange gang. Aran pakte een sleutelbos uit zijn zak en opende hem. Nu stonden ze oog in oog met Jana. Ze zat op en stoel waar ze met haar handen aan was vastgebonden. Zodra het haar goed was doorgedrongen wie voor haar stonden begon ze te schreeuwen en spartelen in een mislukkende poging om vrij te komen. "Ik weet niet wat jullie verdomme hier doen maar jullie moeten nu weg! Die gasten zijn gek!" 

"Wowow wat gebeurd hier? Jana was is er aan de hand? Aran maak haar nu meteen los!" zei Caat. Aran liep naar voren om Jana te bevrijden maar het was tevergeefs. Er zat een slot op de handboeien waar hij geen sleutel voor had. "Aangezien jij degene bent die ons hier heeft gebracht kan je denk ik ook wel uitleggen wat er aan de hand is." begon Sofie tegen hem. "Waarom zij vast zit weet ik ook niet. Waar we zijn? Dat kan je beter aan hem vragen." 

De meiden keken alle drie op naar een jonge man die in de deurpost stond. "Aangenaam girls, ik had jullie al verwacht. Ik ben Taimangson Lawan. Maar noem me maar Tai. De namen zijn Caat en Sofie neem ik aan?" Caat en Sofie keken hem alleen aan en zeiden niks. "Goed, ik zal wel even vanaf het begin beginnen dan."

"Jullie zijn in het jaar 1767 in Thailand. Hoewel het nu Siam koninkrijk heet. Dat kan je trouwens vergeten. Dit klinkt misschien bizar maar Aran en ik waren ooit twee arme boerenjongens, geboren in deze tijd. Om te overleven zijn we monniken geworden in de tempel waar we op het moment in staan. En toen we, na jaren hier te hebben gewoond, plotseling een gang tegenkwamen met daarin die lift. Veranderde ons hele leven. Je zult het misschien al wel geraden hebben, maar die lift bracht ons naar jullie tijd. Maandenlang hielden we ons verborgen als keukenhulpjes in een hotel. Totdat onze Aran hier Sofie ontmoette. Perfecte kandidaat voor het plan. Uiterst geschikt. Is alles nu een beetje helder?"

Caat en Sofie keken elkaar aan en proestte het uit van het lachen. "Klinkt goed jongens. Nu zijn wij drieën in ieder geval uit de sleur." 

Aran en Tai zeiden beide niets. En Jana was degene die de stilte verbrak. "Ze zijn serieus. Ik ben boven geweest en heb het zelf gezien. Tai bracht me hier gister al toen jullie nog in de club waren. Dat is ook de reden waarom hij me hier heeft vastgemaakt. Ik flipte hem helemaal toen ik erachter kwam."

Nu wisten Caat en Sofie echt niet meer wat ze moesten zeggen. Een tijdreis van bijna driehonderd jaar? Hoe was dat überhaupt mogelijk?  Inmiddels waren ze naast Jana op de grond gaan zitten en lieten ze alle informatie even bezinken. Pas na vijf minuten keek Sofie op naar Aran. Hij glimlachte naar haar. Maar Sofie moest het niet hebben. Hij had hun bedrogen in zijn eigen stomme belang. En bovendien, het was toch allemaal onzin. Iets zoals tijdreizen bestond toch niet. Ze moesten vooral Jana vrij te zien krijgen en snel terug naar de lift.

Plots klonk er een harde knal. Het vijftal schrok en keken allen op uit hun eigen gedachten. Maar het was Tai die meteen de deur uit marcheerde om te kijken wat er gaande was. "Aran, maak die Jana los en zorg dat ze niet ontsnappen." riep hij nog net over zijn schouder.

Maar toen Tai na tien minuten nog steeds niet terug was, besloot ook Aran om even te gaan kijken. Hij keek even aarzelend naar het trio, bad in zichzelf dat ze er niet vandoor zouden gaan en liep met grote passen weg.


Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Feb 05, 2020 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

"254 Jaar Van Huis" (Nederlands/Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu