Epiloog

110 15 30
                                    

'Jonkvrouw Mordigan.'

Zacht gefluister maakt zijn weg binnen mijn oren en ik open mijn ogen. Een wit plafond vult mijn zicht. Aan het plafond hangt dezelfde lamp waar ik al jaren onder wakker word. Mijn deken ruikt alsof het pas gewassen is en voelt heerlijk zacht aan tussen mijn handen. De dekens naar mijn kin toetrekkend, draai ik mijn gezicht om in mijn kussen. Ik weet niet wat voor droom dit is, maar het zal me alleen martelen als ik de bekende dingen nog meer ga zien, straks verschijnen mijn ouders ook nog eens in deze droom.

De deken wordt ruw van me afgetrokken en kou kriebelt over mijn blote armen. 'Je komt te laat voor het bal!'

Verward schieten mijn ogen om me heen. Kyra staat streng met mijn dekens in haar handen, ze kijkt me geïrriteerd aan. Ik staar mijn persoonlijke dienstmeid verbaasd aan, komt ze me zelfs een preek geven in mijn droom? Ze heeft me talloze preken gegeven over hoe een dame zich moet gedragen, maar ze is ook de enige persoon die me een pauze zou geven als de wereld me even te veel werd.

'Echt ongelofelijk, jouw slechte gewoontes verdwijnen nooit.' Ze pakt de brug van haar neus vast in twee vingers en schudt afkeurend haar hoofd. Ik wil haar vragen wat er aan de hand is, maar ze trekt me al van het bed af waardoor ik op mijn wankelende benen terecht kom.

Mijn blik schiet rond in de kamer, het ziet eruit als normaal, alsof er niks is aangeraakt in de tijd dat ik weg ben geweest en ik vraag me even af of ik wel ben weggerend. Er is geen sprankeltje stof te vinden, niks is verplaatst sinds ik hier laatst was. Was de reis naar Mørket één grote droom?

Kyra trekt me uit mijn bed en duwt me voor de spiegel terwijl ze meteen een borstel oppakt. Een vermagerd meisje met korte haren staart me terug in de spiegel en ik weet dan dat het geen droom is geweest. Ik raak met mijn hand mijn uitgeholde wangen aan. In het spiegelbeeld zie ik dat de lucht achter de ramen donker is, ik heb geslapen tot de avond.

'Blijf van je gezicht af!' Kyra slaat mijn hand weg met haar borstel en ik schrik dan. Ik ben vergeten hoe strikt ze is met het opmaken. Ik moet altijd absoluut stilzitten en na de lange sessies heb ik meestal rugkrampen door haar. De herinneringen zijn altijd vervelend geweest, maar vandaag ben ik niets meer dan dankbaar dat Kyra me nog een keer opmaakt.

De laatste herinneringen die ik heb voordat ik wakker werd, was dat mijn hele lichaam aan het branden was, dat ik overal zwarte markeringen had. Mijn blik schiet naar mijn handen, maar ik zie er geen zwarte lijnen op. Dan pak ik de onderkant van mijn shirt vast en trek het omhoog tot mijn ribbenkast.

'Dat is niet hoe een dame zich moet gedragen!' corrigeert Kyra me dan, ze tikt weer op mijn hand met haar borstel waardoor ik de stof uit mijn handen laat vallen. Toch heb ik gezien wat ik wilde zien. De zwarte lijnen zijn weg uit mijn lichaam. Het enige spoor dat de schaduweter heeft achtergelaten, zijn drie donkere moedervlekken op mijn zij. Tranen springen in mijn ogen en mijn neus prikkelt vervelend. Ik leg mijn handen over mijn neus en mond heen. Ik wil niet huilen voor Kyra. Ik weet niet wat ik voel, een mix van blijdschap en verwarring, maar ook opluchting. Een traan ontsnapt uit mijn oog, maar ik laat hem geluidloos rollen.

Kyra stopt met de borstel door mijn haar te halen en veegt met een zakdoek de traan weg. 'Ik ben blij dat je veilig terug bent, jonkvrouw Mordigan.' Haar woorden zorgen ervoor dat de dam doorbreekt en ik laat al mijn tranen los, en Kyra staat klaar met haar zakdoek om me te helpen. Ik verberg mijn gezicht in mijn handen en snotter het eruit als een klein kind.

Zodra mijn hele huilbui voorbij is, gaat Kyra weer hard aan het werk met mijn haar en make-up. We merken allebei dat ik lelijker ben geworden door de reis heen, mijn gezicht lijkt uitgehold, alsof ik al jaren niet heb geslapen en mijn handen zijn een en al bot op dit moment. Het huilen heeft me rode opgezwollen ogen gegeven.

VoorbestemdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu