I Don't Like You Alpha!

We need to work

Pov Kate

Matt is met zijn soulmate aan het praten. Aiden en ik werken nu aan een hele lijst van de kinderen die gevangen zitten. We moeten eerst scholen bellen om te kijken of ze het willen. Aiden wou het bevelen maar dat moet niet van mij. Hunter en Noah komen binnen. "Waar voor wil je ons nodig hebben Adam?" "Nou meer Kate. Maar jullie gaan scholen af bellen met de vraag van dat hun rugues les willen geven." Zegt Aiden. "Waarom?" "Die kinder in de kekers moet ook hun leven genieten. Dus we geven ze een kans." Vertel ik. "Zo geeft Kate mij nog een kans." "Moest wel een spiegel gebroken te worden maar ja." Zeg ik. "En een hoop geschreeuw tegen me." Ik knik. "Op school?" "In de klas." Noah knikt.

De jongens zijn alle scholen in de buurt aan het afbellen. Ik ben een gebouw op het internet aan het inspecteren of het goed is om de kinderen hier heen te brengen als ze geen school hebben. Aiden is wat drinken halen. Hunter komt naar de bureau. "Alle scholen willen geen rogues. Wat moet we nu doen?" "Kijk naar mensen in het pack of ze docent willen worden. Bel ze op en zeg dat je een aanbod hebt. Ik kijk of het in de gebouw kan worden gegeven wat ik nu kan anders zoek ik nog veder." Zeg ik. "Je wordt een goede Luna." Ik moet glimlachen. Aiden komt binnen met het drinken. Hij geeft de jongens hun cola en mij me warme chocolade melk. Hij zet zijn koffie er naast. Aiden komt naast me zitten. Hij kijkt mee. "De scholen willen het niet dus we gaan nu kijken naar wat leraren die het willen. Ik kijk naar het gebouw waar in ze kunnen verblijven goed is om hun ook les in te hebben." "Dat is goed." Zegt Aiden.

Aiden brengt me nu terug naar huis want ik wou het omdat ik gewoon daar even wil slapen. We gaan wel vertellen wat Aiden en ik aan het doen ben. Ik bel aan. Wyatt doet open. "Mag ik weten hoe jullie het goed hebben gemaakt?" "Ja maar dan gaan we naar binnen want het is een groot iets." Zegt Aiden. Wyatt laat ons binnen. "Dus je vampieren vriendin is er ook." Mompelt Aiden. "Noem haar Rosslyn gewoon." Zeg ik. "Heyy kat." "Hey bloem." "Ik vind je niet aardig zo." "Wat lief." Zeg ik. Rosslyn geeft me een knuffel. "Je gaat het niet meer zo doen." "Wat niet zo doen?" "Je..." ik kijk haar sirieus aan. "Ik heb dat vandaag genoeg gehoord." "Ja. Eughh. Toen je weg ging werdt er nog over gepraat over dat." "Ja. Ik heb zelf besloten dat ik pas naar school ga als iedereen echt terug is." "Snap ik." Zegt Addison. "Maar vertel wat hebt Aiden gedaan om goed te maken met je. Heb het verhaal waar iedereen al gehoord en de spiegel. Vertel op." Zegt Addison hyper.

"Nou ik gaf Aiden een kans omdat hij die kinderen ook een kans geeft om goed te leven hier in de roedel. We hebben al een eind maar we moet het nog allemaal na kijken en alles." "En de scholen hebben geweigerd." Zegt Aiden. "Je hebt een keer gevraagd dan te bevelen." Zegt Liam verrast. Ik moet grinken. "Ja. Nou de jongens hebben het gevraagd. Aiden en ik hebben gekeken hoe en wat we gaan doen. We kijken morgen naar een gebouw waar ze in kunnen leven en daarna ga ik mee naar de kekers om de kinderen te vertellen." "Is dat wel goed?" "Ik wil zien hoe ze er nu bij zitten weten." Liam knikt.

*skip de dag*

Aiden tilt me van de trappen. "Je kijkt alleen naar de gevangen waar ik zeg waar je mag kijken want ik ken jou nu een beetje en je hebt een zwakte er voor. Sommige mensen horen hier echt te zitten." Ik knik. Ik pak me krukken weer aan. "Alpha wat doet een meisje zonder boeien hier beneden? Moet ik het pakken." Zegt een wachter die aan komt lopen. "Nee!" Gromt Aiden. "Okay Alpha. Naar welke kekers moet jullie?" "Ik ga naar de kinderen." "Alpha is dat goed? Vooral voor de oudste." Aiden gromt harder. "Aid kunnen we gaan nu?" "Je moet hem Alpha noemen." "Zij mag me zo noemen!!" Gromt Aiden. Hij is heel boos. Ik hinkel naar Aiden en ga tegen hem aan leunen. Aiden slaat een arm om me heen en reuk de geur die van me af komt. "Ga terug naar post!" Gromt Aiden. Ik hoor voet stappen weg gaan. Aiden slaat zijn armen meer over mij heen. "Ik weet dat je bang ben als ik grom. Ik was gewoon boos. Hij wou je hier in de cellen stoppen en dat kan niet. 1 Omdat je mij mate ben en 2 omdat je gewoon familie ben nu. Later ben je mij vrouw." Ik moet zacht blozen.

Aiden geef me een kus op me haar. Mij wolf gaat heel wild door me hoofd. "Kom we gaan." Aiden open de en meteen komt de geur van stank naar binnen. Ik trek een vies gezicht. "Hier zitten meeste kinderen." Ik knik en hinkel achter Aiden aan. Hij stop voor wat cellen. Ik zie mensen achter gedoken zitten. Ik glimlach zwak. Ik kijk Aiden lief aan. Hij pak een sleutel en doet een cel open. Hij knik dat ik naar binnen mag. Ik loop naar binnen en ga op de grond zitten. Ik dat ze me nieuwsgierig aan kijken. Aiden kijkt goed naar de kinderen. "Wat...komt...u..hier doen?" Hoor ik het kindje bang zeggen. "Ik geef jullie een tweede kans om goed te beginnen. Dat heeft me pleegzusje me goed laten zien. En mij wolf." "Is ze u mate?" Zegt er een en komt uit de schaduw. Aiden knik. "Je mag blij zijn dat ze dit niet toe sta." "Kan ik dan me zus zien?" "Ja. We zijn bezig met jullie huis en een school op te richten." Vertel ik. "Wat heeft u met uw been gedaan?" "auto-ongeluk." "Dat komt door me vader." Zegt Aiden. Het kindje komt naar voren. Hij ziet 7 jaar uit. "Kunnen we licht van de zon zien?" Vraagt de jongen. Hij is mager. "Ik beloof je. Je gaat het zien en anders zorg ik er voor dat jij het gaat zien." Zeg ik. De jongen kruipt mij kant op en geef me een knuffel. Ik sla me armen om me heen. "Komen me ouders halen?" Vraagt de jongen. Ik blijf stil. "Nee! Ze hebben ons weg gedaan. Uit de pack." Hoor ik een jongen boos zeggen. "En zodra we weer genoeg zonlicht hebben gezien. Komen we hier zitten." "Waarom denk je dat?" "Veel wachters mogen ons niet. Ze waar wel zo aardig om naast me broertje te plaatsen. Maar voor de rest niks! Zo ga jij ook worden." Aiden gromt waarschuwend. Ik steek me hand op dat Aiden niet moet grommen. "Waarom denk je dat ik zo ben?" "U bent de alpha's mate. Een van de gevaarlijkste. En mij lijkt u verwend." "Dat heb je verkeerd. Ik heb dit aan Aiden voor gesteld zo dat ik hem vergaf. Ik ben geschrokken wat hij heeft gedaan maar ik echt niet goed geleefd." "Vertel dan." "Ze heeft bijna haar leven opgeven." Gromt Aiden. De jongen blijft stil.