2.11

1 0 0
                                    

De avond was rumoerig en het was onrustig slapen. Anna krulde angstig op en probeerde aan goede dingen denken voor ze in slaap viel, maar alles in haar dromen belandde weer in een nachtmerrie.

In een nachtmerrie dat maar niet wilde stoppen. Anna zag bekende en onbekende gezichten, zwaarden, geweren en gehuil. En het stopte maar niet.

Tot het verdween.

De zon scheen door het raam en heldere stralen belandden op haar gezicht.

Anna was niet meer thuis.

Met haar hand voelde ze aan de ketting onder haar kussen die haar geruststelde. Aarzelend deed ze het diamantje om haar nek.

Ze draaide zich langzaam om en ging op de zijkant van het bed zitten. De houten planken op de grond waren ruwer bijgewerkt dan thuis en zorgde waarschijnlijk wel voor een aantal splinters op het voet.

Anna strekte haar armen uit om haar tas te pakken, maar ze kon het net niet aanraken. Ze liet zich dus maar vallen en het viel eigenlijk wel mee.

Het ontbijt in herberg was niet van top kwaliteit, maar vullend genoeg voor de reis. Ze zadelde als enige persoon zonder kater de paarden op. Boris ontving wat broodjes voor tijdens de reis en ze gingen weer op pad.

Het was de laatste reisdag, maar ook gelijk de zwaarste. De weg langs de rivier bestond vooral uit steile en minder steile beklimmingen en afdalingen en nauwelijks uit vlakke stukken. Een aantal keren raakte Anna achter, omdat ze de ruige omgeving niet gewend was. De laatste keer dat ze hier reed was meer dan vijf jaar geleden.

Maar hoe moeilijk het ook was om dit stuk bereiden het was zo mooi om te zien. Het was zo jammer dat Peter en Julia er niet bij waren en dat Emma en Tommy dit gebied nooit hadden gezien. Dat dit niet gebeurde zei wel iets over hun vader en zijn intenties.

De nacht kwam sneller dan verwacht en het werd steeds gevaarlijker. Ze bevonden zich steeds meer op kleine paadjes en richeltjes en dat waren de paarden zelf niet gewend.

Om de minuut stopte ze eventjes, omdat een paard schrok en misstapte of omdat het weigerde om verder te gaan. Anna stelde voor om te stoppen en ergens te gaan slapen, maar Boris wilde niet opgeven.

'We zijn er bijna,' zei hij.

'We kunnen hier doodvallen,' schreeuwde Anna bijna.

Boris negeerde het en liep verder.

Haar raadgever kwam naar haar toe en sprak in hukoriaans.

'Het is hier niet veilig,' zei hij, 'je weet nooit wat voor struikrovers of piraten achter de stenen zijn verstopt.'

Ze knikte instemmend en gaf haar paard aan om door te gaan met de beklimming. Boris had uiteindelijk gelijk, ze waren er bijna. Na de beklimming was het kasteel duidelijk te zien.

Het lag daar tegen de top van een grote berg. Ze kon vanaf hier alleen de torens en de wanden zien van het paleis, maar ze herinnerde zich de binnenkant met alle tuinen, hallen en zalen.

Ze hoefden alleen nog af te dalen en een laatste, minder steile beklimming te doen.

Anna aaide even het paard om hem te motiveren om de laatste passen te doen voor het doel. Ze daalden voorzichtig af beklom de brede stenen weg naar het paleis. Ze werden herkend door de bewakers en ze werden toegelaten.

Het was druk in de kasteeltuin. Er waren veel fakkels neergezet en in het midden van de tuin waren tientallen mensen aan het avondeten. Het klonk gezellig en het was alsof het feestje van eergisteren nog speelde.

Ze schrokken op toen de drie aankwamen lopen en stonden op.

'Anna,' riep oma hard.

Ze steeg van haar paard af en liep naar haar oma toe.

'Ik had je mee willen nemen,' zei ze snikkend, 'waar was je?'

'Ik voelde me niet lekker,' fluisterde ze in haar oor.

Oma rook naar een specifiek soort parfum die haar aan haar moeder liet denken. Ze gaven elkaar een knuffel terwijl Boris de paarden in de stal bracht. De rest bekeek de ontmoeting aandachtig.

Oma voelde de ketting op Anna's nek.

Ze schrok.

'Waarom heb je dat aan,' fluisterde ze tegen haar oor.

'Het heeft me geholpen,' zei Anna licht geschrokken.

Oma stapte terug van de omhelzing.

'Er is genoeg over,' zei ze tegen de drie, 'dus voeg maar aan bij de tafel.' 


Ik ben weer volop aan het schrijven, en hoe langer ik schrijf hoe langer het verhaal lijkt te duren :) en hoe anders het wordt dan dat ik van te voren gedacht had. De spanning gaat vanaf nu sterk oplopen en ze gaat het lastig krijgen. 
Ik heb al een soort finale in mijn hoofd voor het einde in het boek en ik kan maar niet wachten tot ik het kan schrijven. 

De ZonnekoninginWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu