Hoofdstuk 1

50 4 0
                                    

Als mijn moeder weg is en ik zeker weet dat er verder niemand is, lees ik het briefje. Dit staat erop: Jij moet de wereld redden, jij bent de uitverkorene. Kom vanavond om 12 uur naar de eik in de achtertuin. En spreek hier niet over, dit is namelijk van groot belang. Van wie zou dit briefje zijn? Even denk ik dat dit een grap is, maar wie zou het dan zijn? Mijn moeder zou zoiets nooit doen en mijn vader is bijna altijd wel weg op zakenreis. Broertjes of zusjes heb ik niet. Ik besluit om het een kans te geven. Kom op, om 12 uur naar de eikenboom in de achtertuin gaan is toch bijna geen moeite? Ik besluit wel om een briefje voor als er iets gebeurd klaar te leggen voor mijn ouders. Terwijl ik dat briefje aan het schrijven ben, roept mijn moeder. We gaan eten. Zuchtend leg ik mijn pen neer en loop de trap af.

Ik ga aan tafel zitten, we eten lasagne, mijn lievelingseten. Na het eten en een toetje loop ik naar mijn kamer. Ik trek in plaats van mijn pyjama een joggingsbroek en een dikke trui aan. Mijn jas en schoenen leg ik klaar. Ik schrijf mijn briefje af, ga in bed liggen om wat te lezen, maar dat lukt niet. Mijn moeder komt binnen, geeft mij een nachtzoen, en verdwijnt. Ik zet de wekker om 23:45, ik ben van plan om wakker te blijven, maar na ongeveer een uur val ik toch in slaap.......💎

1. KristalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu