Hoofdstuk 2 bos

24 1 0
                                    

Op de heen reis houd ik me stil af en toe neurie ik mee met de muziek, maar naar 30 minuten naar André Hazes te luisteren ben ik het wel zat. Ik luister nooit naar Nederlandse muziek en ik zing het al hellemaal niet. Mijn moeder is ooit zo fan van hem geworden dat pap bang was dat hij werd ingeruild voor hem. Pap is een beetje ouder dan mam. Zeg maar 5 jaar. Maar ze vinden elkaar leuk en 'liefde is liefde'. Ook al is het bullshit. Pap moest haar uiteindelijk hem ontbijt maken voor 3 maanden en toen waren de inruil gedachtes verdwenen. Pap had mam hierover gesproken en uiteindelijk vonden ze het grappig. Maar op dat moment zag ik iets want ik niet eerder had gezien. Hun relatie was gebouwd op liefde. Die van mij waren enkel een crush op iemand. Ik dacht er nooit veel over na en de crush ging altijd snel weg. Liefde kwam en ging, niks om je over te bewegen. Sta stil in mijn liefdesleven. Dat is al jaren zo en dat zou nooit veranderen. Ik wil mezelf niet verliezen in iemand die me gaat bedriegen en met een ander gaat. Dat is het niet waard. Ik doe mijn oortjes in en kijk rond. Rond me zie ik een veld met alleen maar grassprietjes. Ik zou ze willen tellen, maar dat is niet mogelijk al zou ik dat willen. Ik zou dood zijn voordat ik klaar was. Niet blijven hangen. Mijn broertje zing luid mee met een lied dat ik niet eens ken. Zijn 6-jarig lichaam zou dit echt niet moeten kunnen. Echt waar. Ik lach een beetje en dan keer ik terug naar mijn muziek. Het is Temporary Fix van One Direction. Een van mijn favoriet van hen. Een vriend raden hem aan en ik vond hem leuk toen. Ik wist niet dat liefde onnozel is. Maar van die liefde heb ik geleerd. Daarom is het geen slechte herinnering. Alleen een leerles. Zodra we aankomen zie ik het bekende bos. We gaan zoiezo elke herfst 1 keer naar dit bos toe. Normaal is pap nu vrij, maar helaas nu niet. Het gaat straks regenen en dan gaan we samen een film kijken. Max wil Frozen kijken voor de 100ste keer. Ik kan onderhand elke zin zo zeggen. Maar het is wel leuk om zijn erg geïnteresseerde gezichtje te zien lachen als Anna begint met zingen. Hij vindt haar echt leuk. En het is echt een close connectie die hij denkt te hebben met haar. Ik wil zijn hart niet laten beschadigen door een ding dat ik er zo uit kan spatten. Dus hou ik stevig mijn mond dicht. Meestal doe ik gewoon een oortje in en pak thee. Dat houdt me bezig. En zodra de afschuwelijke film af is gaat Max altijd gelijk iets anders doen waardoor ik en mam iets zelf kunnen kijken. Maar terug naar het bos. Voor me zie ik de gevallen bladeren die spontane kleuren hebben. Het voelt warm. Zodra Max de auto uit is begint hij te springen van blijdschap. Ik heb nog nooit zo veel blijdschap in hem gezien. Hij pakt mijn hand en begint te dansen. Mam lacht en pakt de spullen uit de auto. Ook ik grijp een tas en doe hem over mijn schouder. De zon is niet echt vel dus ik laat mijn pet liggen in de auto. Max grijp de tas waardoor ik bijna op de grond kletter. Hij giechelt en mama ziet er geschrokken uit, maar zodra ik ook begin te lachen lijkt ze opgelucht. Mam is altijd een bewuste moeder geweest. Bij een schaafje op de knie lag je al zowat in het ziekenhuis. Ze was lief. Vroeger werkte ze aan haar eigen winkeltje, maar die heeft ze opgegeven. Ze heeft het geld dat ze eraan zou besteden aan een goed doel gegeven. Lief. Zodra ik de bomen bekijk die om me heen staan of ze me er niet meer uit willen laten word ik meer op mijn hoede. Het is maar een klein tijdje geweest tussen de laatste keer dat ik ze heb gezien. Maar vandaag lijken ze sterker aan mijn hart te trekken. Misschien is het omdat ik die herrinering aan hem zo goed heb bewaard. Of misschien omdat ik veel betere dingen te doen heb dan in een bos rondwalsen totdat mijn kleine broertje het begeeft. Zodra we beginnen met lopen voel ik mezelf al meer moed hebben om vandaag mijn best te doen, iedereen blij maken. Niet zeuren en al hellemaal niet janken. Dat is iets voor later maar nu moet in naar voren. Zonder dit beland ik zo in het graf. En dat moet ik niet hebben. Dat is veel te gevaarlijk. Ik kijk een beetje rond. Ik zie een aantal bladeren. Pak ze op en dan stop ik ze in mijn tas. Mam is ondertussen aan het rennen met Max. hij lijkt zo blij. Terwijl ik hier de stemming zit te bederven. Ik moet niet zo zeuren. Vandaag is leuk voor hem. Hem. Zodra ik weer aan Clay denk ben ik niet meer op de wereld. Het was een wonder dat ik hier überhaupt was. Maar om ook aan hem te denken ging te ver voor mij. Dat deed me zeer. Veel te zeer. Alsof je een wond nog een keer open maakte. Een wond die nooit echt was gaan helen, omdat hij nooit echt een uitleg had gegeven. Het maakte me vroeger altijd bang, ik dacht dat het mijn fout was. Dat had ik me verteld voor zo veel jaren dat ik mezelf niet eens durfde te vertrouwen. Als ik het zelf had verkloot was ik dan nog wel iemand waard? Was de ik die ik kende nog wel een goed persoon? Was het mijn fout? Waarom doet het zo zeer? Waarom doet alles met hem erin, zo ontzettend zeer? Wat had hij dat mij zo zeer deed? Mam staat plots naast me ze zegt iets, versta haar niet. 'Uuu, wat?' ik klink bezorgt. 'Alles goed, je kijkt een beetje sip?' ik knik. 'Ja alles is oké!' ik zeg het veel te over enthousiast. Maar ze merkt het niet. Max rent mijn richting op en pakt mijn hand. Hij sleurt me mee naar een boom. Met een stok in zijn hand doet hij met een ander eentje in die van mij. Het is een klein houtje dat in 1 slag zou breken. Net zoals zijn hart. Ik lach en vraag hem wat de bedoeling is van de stok. Hij zegt dat we hem zo ver gaan gooien als mogelijk. Ik laat hem als eerst gaan. Het raakt bijna de 3 meter. Dan ga ik. Mijne is veel kleiner en dunner. En bovendien ben ik veel sterker dan hem. Zo raak ik het houtje met 1 gooi al kwijt. Ik moedig voor de rest Max aan om het ding nog een keer te gooien. Deze keer raakt hij de 4 meter. Ik en mam juichen hem aan. Hij begint met rondjes rennen om de bomen. Een opdracht die hij zelf heeft bedacht. Iemand met zo veel creativiteit en niet genoeg papier. Hij heeft ondertussen alle scharen in het huis gejat. Het was grappig eerst maar nu zijn we 5 scharen kwijt. Ik ren achter hem aan, om hem een beetje op te jagen. Ik denk aan hem. Hem. Deze herrinering lijkt precies op die, maar nu ben ik 17 en ren ik achter een 6-jarig kind aan. Dat mijn broertje is. Nou ja halfbroer. Mam had mij toen ze 21 was en mijn broertje toen ze 32 was. Ze is nu 38 maar ze lijkt nog zo jong. Ze gedraagt zich soms kinderachtig. Maar dat maakt haar ook zoon kindervriend. Als je de vrijheid neemt, gaat niemand je tegenhouden. Wat kan hun mening nou boeien? Niks. Niks als je dat jezelf verteld. En dat deed ze, het was duidelijk. Het maakte har een beter mens. Gewoon een puur, lief en goed mens. 'BAM!' Max struikelt en valt plots met zijn kop op de grond. Hij beland zo in de bladeren. Hij doet even niks en klimt dan omhoog. 'Uhmmmm mam?' zijn hele shirt zit onder de modder en bladeren. Mam komt sprintend aan en schiet in de lach. 'Och kind toch, alles oké?' Max schudt zijn hoofd ja en begint dan te lachen. Waar staan we dan, 1 onder de modder, 1 gevuld met moed en 1 gevuld met enge gedachtes van het verleden. 

hemWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu