Hoofdstuk 9 hond

5 1 0
                                    

Het was een donkere dag. Een hele donkere dag. Er was continue regen en onweer. Max had bijna niet geslapen totdat hij bij mama was gaan liggen. Ze vond het ook een beetje eng maar samen waren ze oké. Ze kwamen samen tot rust in een lekker warm bed. Ik ging vroeger toen het koud was onder de verwarmde deken van mijn moeder liggen. Het maakte me niet zo alleen in het koude winter weer. Ook nu gebeurde dat maar dan met Max. het voelt dus ook voor hem3 vertrouwd, en dat maakte mijn jeugd zo goed. Ik kon hem op zien groeien en hoefde zelf niet door het gezeik te gaan. Erg fucking handig. Mam was om 3 uur in slaap gevallen wat een uur na Max was. Het is altijd te zien dat ze slecht had geslapen aan haar wallen. Ze probeerde altijd de moed erin te houden. Voor Max en voor mij. Ze moest wel, ze was voor 11 jaar een alleenstaande moeder geweest en nu had ze mij er als hulpje erbij. Wat mijn vader toen had gedaan was absurd maar nu kan ik Max toch een beetje een vader geven. Zonder dat het zijn echte is. Die was veel, niet zijn fout volledig. Meer een fout van zijn carrière keuze. Hij was gaan werken in het leger voor zijn moeder. Zij vond het altijd prachtig werk. Hij wilde alles doen om haar blij te maken en zo is hij beland gekomen in het leger. Hij was vroeger wel eens gedeeltelijk gewond geraakt. Maar dat was gewoon weer geheeld en hij was verdergegaan. Het voelde toen al verkeerd. Heel erg verkeerd. We hebben laatst bericht gehad dat hij oké was maar meer niet. Hij had verteld dat hij van mijn moeder hielt en dat hij niet kon wachten om terug te komen. Langzaamaan begonnen we weer te proberen een ritme te krijgen. Het ritme was als een verdwaalde vos aan het begin van toen hij wegging. Het was eng. Je leerde alles met hem doen en dan moest je hem laten gaan. Het was nooit zeker of hij heelhuids thuiskwam, of dat hij in stukje in de kist kwam. Mama heeft de laatste tijd weer een beetje hoop gekregen dat hij naar huis wordt gestuurd ofzo. Ze wil hem terug. Vrij wel nu. Maar het kan nog niet. Ze moet nog een aantal weken wachten. De dagen gingen voorbij. Elke dag gingen we een rondje wandelen. Even een frisse neus halen. Ik zag langzaam het huis opvrolijken. Toch voelde het verkeerd zonder pap. Heel erg verkeerd.

Nu dat we een goed gevoel had bij het wakker worden was het enige probleem dat het dier nog rondliep. Het is niet wat mij laatst achteraanging maar het leek een beetje op de foto's van mijn vader. Toch is dat onwaarschijnlijk. De laatste keer dat ik die heb gezien was ik 3. Ik heb alleen nog babyfoto's van hem en mij. Hij was er toen rond de 23. Een jonge man met een klein beetje baard. Echt een klein beetje. Hij droeg op mijn eerste foto een bloesje, licht blauw met een kraag die bijna zijn kaak er af sneed. Hij droeg een dure broek. Mam wist me ervan duidelijk te maken dat hij gewoon niet om mij gaf. Ze was er zeker van. Hij gaf me dat geld maar het was niks voor al het werk dat zij deed. Het was een soort van stilhoudend middel, want mam kon niet een huis betalen een kind opvoeden en een leven hebben. Ze stond elke dag op met een sip gezicht. Ze wilde me eerst thuisscholen, net zoals Max maar dat was gewoon niet mogelijk. Ze kon het niet handelen. Toen ze alles op een rijtje had en nu met pap uitging die van kinderen hield en ook graag werkte kon ze een beetje overleven. Ze kon weer verder. Veel, veel verder. Ze wist weer hoe ze moest lopen. Zij ging toen ook door. Het gezin werkte. Pap is toen ingetrokken bij ons. Het leek een goed gezin. Ze wist niet hoeveel zijn verlaat toen ging doen. Hij werkte toen nog hier in de stad en kwam in de avond gewoon eer thuis maar nu mist ze hem. Heel erg. Zodra ik ze wakker maak, zie ik dat ze nog wil slapen. Ik pak Max en sleep hem mee om een boterham te gaan eten. Hij heeft er zin in. Al is hij geen ochtendmens. Hij is af en toe wel irritant om hem zo enthousiast te zien terwijl jij nog probeert wakker te worden. Hij is zoon prachtig kind. Ik maak de achterdeur open maar kijk eerst in het rond of er iemand loopt die verdacht is. Gelukkig is er niemand. Dat is toch wel een beetje verdacht. We leven in een buurt met veel honden, wanneer gaan die wandelen? Ik kijk op de buurtgroeps app. Vrij wel niets. Alleen iets over hoe het met de zaak van het beest is. Wat een fijn gevoel. Dit is een goed teken. Zonder een gedachte laat ik hem naar buiten, er is geen angst dat hij hier niet meer levend uit kom. Ik adem even en hij rent door de achtertuin. Ik kijk naar het raam van mijn moeder. De gordijnen zitten nog dicht. Ze is echt moe. Heel erg moe. Ik probeer een beetje met hem te spellen maar ben al snel uitgeput. Nog met mijn pyjama aan loop ik achter het renende kind aan. Wat een snelheid. Podverdikkie. Ik word een beetje duizelig. Ik roep tegen Max dat ik even ga eten. Hij knikt en rent verder. Een apart kind. Ik pak een plak kaas en doe het op een bolletje, maar dan hoor ik een gil. Snel sprint ik naar de achtertuin. Mam zit te schreeuwen dat er iemand in de achtertuin is. Ik sprint maar de deuren houden mij tegen. Kut deuren. Zodra ik kijk zie ik dezelfde man als die mij had achtervolgt. Kut! De man heeft een mes en een geweer. Hetzelfde geweer als toen. Ik schreeuw tegen Max om naar binnen te gaan. De man pakt zijn geweer. Het voelt als een actiefilm. Een hele slechte voor de hoofdpersoon. De man laadt het geweer. Wtf! Ik loop rustig naar achter. Mam is ondertussen met Max naar mijn kamer aan het rennen. Max is volledig in de war van wat er aan de hand is. Hij huilt, ik kan het horen. De man rent op mij af. Ik ren over het hek. Dit lijkt me het meest verstandig. Zover mogelijk wegrennen. Ik ren zo snel mogelijk. Ik had al door dat het naar binnen rennen niet ging werken. Dat was gewoon geen optie. Ik had geen sleutel en het was een glazen schuifraam. Dit kon nu gewoon niet meer. Plus ik had nooit de deur weer open en dicht kunnen doen. En het codewoord kunnen zeggen. Het was gewoon niet mogelijk. Ik rende door en door. Mijn longen waren het aan het begeven toen een jongen met een baard en licht gekleurd haar ook achter ons aan kwam. Ik probeerde vol te houden de jonge was te snel voor mij en de man en haalde mijn vader in. Toen duwde hij hem in zijn zij. De man viel toen tegen de grond. Ik schrok, keek achterom en ging sneller rennen. Zo snel dat ik bijna thuis was na 10 seconden. Ik sprong met mijn laatste beetje het hek over en ik was op. Ik klom naar binnen deed zonder na te denken alles op slot en ging naar mijn kamer. Zei het codewoord en toen was ik out.

Toen ik wakker werd legdeik alles uit aan mijn moeder. Mijn broertje wist er verder niet veel van. Hijkon het niet weten. Dat was echt een fout geweest. Mijn moeder probeerde depolitie te bellen maar dat had geen zin. Mam en ik besloten toch dat eenwaakhond een goed idee zou zijn. Een heel goed idee. En zodra we bij het asielwaren aangekomen hebben we er zonder denken meer dan 1 gekocht. Het was tochniet te weerstaan. We hebben 1 waakhond een herder en een labrador. Ze warenbeide vrij jong. En het was nodig. Zins toen voelde we ons weer veiliger inhuis. De achterdeur ging minder vaak op slot en we liepen weer meer buiten. Eenecht fijn gevoel op een zondag avond als je voor de tv zit. Je hoeft nietsteeds te kijken of er iemand loopt, of het veilig is. De jonge dieren warrenal snel thuis met elkaar. Ook hadden ze plezier met Max. Max ging beter slapenen ze lagen vaak bij hem op de kamer. De nachtmerries werden minder. Eenverrassend deel minder. Mam kon ook beter slapen. Nu dat ze zich niet altijdbang hoef te maken over haar zonen die op elk moment konden worden bezeerd. Ennu dat ze dit weer kon werden de dagen stukken beter. 

hemWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu