Hoofdstuk 10

1K 42 0
                                    

Als ik wakker word voel ik wat bij mijn voeten liggen. Ik ga overeind zitten en zie een stapel kleren liggen. 'Goedemorgen slaapkop!' roept Emily vanaf de andere kant van de kamer. 'Goedemorgen', mompel ik. Als ik op mijn wekker kijk zie ik dat het pas 6:48 is.  Met een zucht laat ik mij weer vallen. 'Als ik jou was zou ik mij gaan aankleden, want om half 8 stipt moeten we aan de ontbijttafel zitten'. Ik doe nog heel even mijn ogen dicht en kom dan weer overeind, waarna ik mijn dekens naar achter gooi en uit bed stap. Ik trek mijn koffer naar mij toe en begin er in te rommelen. 'Wat zoek je?' vraagt Cyra nieuwsgierig. 'Mijn shampoo', zeg ik zuchtend. 'Ik wilde even gaan douche, maar kan dat ding nergens vinden'. 'Hier vangen'. Ik draai mij om en zie dat Merliah wat naar mij toe gooit. Als ik het vang zie ik dat het een shampoofles is. 'Dank je', zeg ik lachend, waarna ik mijn handdoek over mijn schouder gooi en naar de deur loop. 'De douches zijn op de 3de verdieping' schreeuwt Emily mij na. Ik loop snel naar de 3de verdieping en loop de doucheruimtes in. Tot mijn verbazing ben ik de enige. Ik loop naar een van de douchecabines en gooi mijn handdoek over de deur, waarna ik mijn pyjama uit doe en onder de warme straal ga staan.

Na ongeveer 10 minuten zet ik de douche uit en droog ik mij af. 'Fuck', roep ik uit. Ik realiseer mij dat ik vergeten ben om schone kleren mee te nemen. Ik kijk naar mijn handdoek en dan naar mijn pyjama. Die pyjama doe ik niet meer aan. Met een zucht sla ik de handdoek om mij heen. Ik pak mijn spullen op en loop naar de deur. Ik open de deur heel voorzichtig en kijk om het hoekje. Wanneer ik zie dat er niemand is loop ik naar de trap. Wanneer ik bijna bij verdieping 4 ben laat ik de shampoo van Merliah vallen. Zuchtend draai ik mij om en pak de shampoo van de grond.  

'Als je dan toch zo graag half naakt rondloopt, dan zou ik toch voor die bikini gaan, dat zit wat lekkerder'. Ik voel hoe mijn haartje overeind gaan staan. Zonder mij om te draaien weet ik wie er achter mij staat. Met een rood hoofd draai ik mij om. Het eerst wat mij opvalt zijn, zijn heldere blauwen ogen. Met een intens vrolijke blik kijkt hij mij aan. 'Ik ehh'. Ik weet niet wat ik moet zeggen, dus ik sluit mijn mond maar weer. Ik bijt hard op mijn lip en kijk naar de grond. 'Jared'. 'Huh wat'. Ik kijk de jongen verward aan. 'Ik zei dat ik Jared heette', zegt hij met een brede glimlacht. 'En jij bent?' Met moeite krijgt ik mijn naam over mijn lippen. 'Isa.. Isabelle', stamel ik. 'Nou Isa.. Isabelle', over tien minuten moeten we aan de ontbijttafel zitten en ik denk niet dat je alleen dit aan wilde trekken. Ik knik en schud mijn hoofd, ik weet eigenlijk niet of ik nu alleen moet schudden of knikken. Ik bijt nog harder op mijn lip en ben blij wanneer Jared een einde maakt aan ons awkward gesprek.

Hij zet een stap opzij en steekt zijn hand uit, waarna hij knipogend zegt: 'Dames gaan voor'. Zonder nog iets te zeggen loop ik langs hem heen. Ik durf pas weer adem te halen als ik veilig in mijn kamer sta. Cyra kijkt mij verbaast aan. 'Je ziet er uit alsof je een spook hebt gezien'. 'Dat niet', zeg ik zuchten. 'Maar...' zegt Merliah nieuwsgierig. 'Ik had jullie toch verteld over die jongen'. 'Ja....' Merliah kijkt mij verwachtingsvol aan. 'Nou ik was mijn kleren dus vergeten en toen moest ik in mijn handdoek naar boven en'. 'OMG hij stond op de gang', roept Cyra uit. Merliah begint keihard te lachen en Emily doet met haar mee. 'De trap eigenlijk', mompel ik, waarna de meiden nog harden beginnen te lachen. 'Arm schaap'. Emily slaat een arm om mij heen. 'Ik zou je maar snel aankleden, anders moet je echt in die handdoek mee naar het ontbijt'. Ik moet lachen en pak het stapeltje kleren van mijn bed. Emily staat weer op en begint haar spullen bij elkaar te pakken, net als Cyra en Merliah.

Wanneer ik het uniform aan heb bekijk ik mijzelf in de spiegel. Het uniform bestaat een saai blauw jasje en een blauwe rok. Onder mijn jasje heb ik een wit blousje en aan mijn voeten een paar witte sokken. Ik kijk naar Merliah, Emily en Cyra. Ze dragen allemaal nette zwarte schoenen. Ik kijk naar de schoenen in mijn kast en pak er een paar vel roze Vans uit. Ik trek ze aan en strik mijn veters. 'Klaar', zeg ik waarna ik mij naar de meiden draai. 'Ehh', begint Cyra. 'Ik zou die schoenen..'. Ze kan haar zin niet afmaken, doordat de eetbel keihard begint te loeien. Ik loop langs de meiden heen naar de deur. 'Shall we', zeg ik grijnzend, waarna ik de deur uit loop. 

Kostschool ClichéWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu