13. Pasta

61 1 0
                                    

Grey
Vanuit mijn ooghoek bekijk ik Julia. Haar knieen heeft ze tegen de de deur aan en haar armen zijn over elkaar gevouwen.
Er ontstaat een lichte file op de weg. Ik rem af totdat wij stil staan en ik haar beter kan bekijken. Haar blik blijft op de weg gericht en mijn blik blijft hangen op haar volle lippen die nu lichtelijk getuit zijn.
Die Daan past zo niet bij haar. Naast het feit dat het een leugenachtige rat is, past hij totaal niet bij haar. Dezelfde vraag blijft in mijn hoofd spoken tot ik hem wel moet stellen.
'Wat zie je in die gast?'
'Wat?'
'Daan', ik probeer de afschuw in mijn stem te verbergen maar aan haar geirriteerde blik te zien is dat niet gelukt.
'Daniël', corrigeer zij mij. Daan, Daniel, hij had Willem-Alexander kunnen heten en het had mij niet geboeit.
'Nog erger', mompel ik zacht genoeg dat zij het fout had kunnen verstaan. Een grijze motor glipt langs ons heen en rijdt bijna mijn spiegel eraf. Ik druk mijn claxon in waarna ik 'idioot' roep.
De kleinste dingen kunnen mij op dit moment razend krijgen.
'Daniel is lief', begint zij dan 'Hij is..geduldig, hij kijkt naar mij alsof ik het enige meisje in de wereld ben', ik maak een spottend geluid met zijn mond. De frons in haar voorhoofd verschijnt weer.
'Wat? Ik weet dat het heel zoetsappig klinkt, maar het is zo. Ik hou van hem en hij houdt van mij', ik kijk haar recht in haar ogen aan. Ik vind het bijna zielig voor haar, maar ik herpak mij weer. Het is de zusje van je beste vriend, niet meer niet minder.
'Ik ben niet dom Grey. Ik zeg niet dat Daniël de liefde van mijn leven is, dat we gaan trouwen en kinderen krijgen en ons hele leven samen doorbrengen. Maar ik vind hem leuk en hij mij ook'.
Ik kijk niet meer naar haar. Iets in mijn lichaam weerhoudt mij ervan. Het verkeer begint weer te rijden waardoor ik weer op de weg moet letten en mijn gedachten los kan laten.
Het duurt nog vijf minuten voordat we voor haar huis zijn. De seconde dat de auto stilstaat doet Julia de deur open en rent zij naar de deur.
Ik kijk toe tot ze veilig binnen is en rij dan weg.
-
Julia
Ik leun mijn hoofd tegen Daniel's schouder terwijl we samen naar een youtube video kijken. Het is een amerikaanse video over een bepaalde franchise en misschien wel het saaiste wat ik ooit heb gezien. Maar Daniel kijkt zo gefocused en zo geinteresseerd dat het niet uitmaakt. Buiten racen we langs snelwegen en bomen. Met de trein duurt het een uur naar schiphol.
Daniel vertrekt vandaag voor anderhalve week naar zijn grootmoeder in Belgie. Ze heeft dementie en waarschijnlijk niet lang meer. Daniel is zo lief om even langs te gaan en voor haar te zorgen nu haar eigen zoon even ziek is.
Ik ga hem wel missen. We zien elkaar elke dag van de week.
In Amsterdam zijn we nog een aantal winkels ingedoken. Ik trek net een jurkje over mijn hoofd heen als Daniël het kleedhokje open trekt en binnen stapt. Ik knal met mijn rug tegen de muur en leg een hand op mijn hart.
'Jezus Daan, ik had wel naakt kunnen zijn'
zijn lip krult licht omhoog.
'Dat kan nog steeds', ik negeer het ongemakkelijke gevoel en bekijk mezelf in de spiegel. Het is een zwart jurkje van de Zara met een gedeeltelijke open rug.
'Wat vind je?'
'Mag wel wat korter toch?', hij pakt de onderkant van het jurkje en maakt een beweging om hem hoger te zetten. Ik draai me om om zogenaamd in de andere spiegel te kijken, in de hoop dat hij los laat.
Wat hij ook doet gelukkig.
'Vind je? Nog iets hoger en je ziet mijn reet'
JVanachter slaat hij zijn armen om mijn middel. Met zijn mond vlak naast mijn oor fluistert hij dat hij dat misschien wel wil.
Opeens voelt het alsof de muren op mij af komen. Het pashokje slokt mij haast op en ik moet sneller ademen om tot rust te komen.
'Laten we hier weggaan', ik duw zijn armen zachtjes van mij af en pak mijn kleren van de grond. Ik draai mij naar hem om en kijk hem recht in zijn ogen aan.
'Wil je serieus dat ik wegga?'
'Ik wil even omkleden'
'Ga je gang', hij maakt aanstalten om te gaan zitten
'Daan..', hij schiet overeind.
'Oké dramatisch wijf', mompelt hij terwijl hij het gordijn weer opentrekt. Ik trek t gordijn snel weer dicht en begin mij om te kleden.
Nadat ik klaar ben bang ik het jurkje weer op en zoek ik Daniël buiten weer op. Die glimlacht naar mij en pakt mijn hand.
'Laten we lekker wat gaan eten. Ik ken een goed restaurant hier'
Het is een pizza en pasta restaurant. Nadat hij een pizza caprese heeft besteld wilde ik bestellen, maar hij is sneller.
'En voor haar salade met kip...of is er nog een met minder calorieën?', ik kijk een beetje ongemakkelijk naar hem.
'De salade met tofu en spinazie heeft minder calorieën', mompelt de serveerder die totaal geïnteresseerd naar een voetbalstrijd kijkt.
'Ik lust geen tofu', mompel ik zo zacht dat alleen Daniël het hoort.
'Wat wil je dan?'
'Pasta'
'Weer je hoeveel calorieën daar inzitten'
'Boeien', mompel ik.
'Nou nou, misschien moet je je toch wel boeien'
'Pasta met tomatensaus, garnalen en extra Parmezaanse kaas alsjeblieft', ik trek het menu uit Daniëls hand en overhandig beide aan de ober.
'Goede keuze', mompelt hij ongeïnteresseerd. Hij vindt het overduidelijk jammer dat hij deze bestelling nu aan de keuken moet vertellen in plaats van dat hij de wedstrijd kan blijven kijken.
Ik grijp naar mij telefoon omdat ik even geen zin heb in Daniel. Omdat niemand mij heeft geapt ga ik maar in mn notities tikken.
'Kom op Juuls, niet zo boos'
Ik voel mezelf gewoon bozer worden. Hou eens op.
'Ik ben over een uurtje weg. Je gaat mij wel missen toch?', ik kijk op van mijn telefoon en zucht diep. Hij heeft zijn hand uitgestrekt op tafel liggen. Ik leg mijn hand in de zijne en hij knijpt m dicht met een lach.
Ik glimlach half terug.
Waar blijft die pasta.
Een uur later staan we bij de vertrekhallen op schiphol. De pasta was heerlijk en Daniël werd steeds irritanter. Het is misschien maar goed dat hij een weekje weggaat.
Maar dan zie ik hem staan met zijn koffer. Zijn bruine ogen gefocused op het scherm en zijn bruine haren netjes in model. Hij ziet er ook zo leuk uit vandaag.
Hij draait zijn hoofd naar mij en ontmoet mijn ogen.
'Nou daar ga ik', hij laat zijn koffer staan en zet twee stappen om zijn armen om mij heen te slaan. Hij sluit snel zijn ogen en duwt zijn hoofd op de mijne af. In een split seconde draai ik mijn hoofd zodat hij mijn wang zoent. Ik geef hem een snelle knuffel en laat dan los.
'Doei, Daan. Tot over een week', hij drukt even zijn lippen op elkaar maar glimlacht dan toch snel.
'Doei Juuls, veilig thuis'
'Ja...veilige reis jij ook'. Hij pakt zijn koffer en vertrekt door de deur.
Ik pak mijn telefoon uit mijn zak om de treintijden te bekijken. Een waarschuwing komt naar boven.
Code rood: storm.

Daisy (in love with my brother's roommate)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu