2. Jaak de bonenstaak

4 0 0
                                    

Jaak was een onzekere, verlegen jongen van ongeveer een jaar of veertien. Hij woonde een paar straten verder dan Sneeuwwitje in het kleine dorp waar ze beide opgegroeid waren. Toch kenden de twee elkaar enkel van ziens. Af en toe maakten ze wel eens een praatje, maar daar bleef het meestal bij. Hun gesprekken duurden ook nooit echt erg lang, en beperkten zich vooral tot het uitwisselen van enkele beleefdheden, zoals: 'Hoe gaat het met je? Goed? Met mij ook. Oké, moet ervandoor, dag. Fijn je nog eens gezien te hebben.'

Dat waren ze elkaar een beetje verplicht omdat hun moeder zulke goede vriendinnen waren, en ook gewoon omdat in het dorpje zwaar getild werd aan dit soort futiliteiten.

Sneeuwwitje werd liever niet gezien met iemand als Jaak. Dat was nogal negatief voor haar imago dat ze met zoveel moeite had verwerft. Maar doordat hun moeders zulke goede vriendinnen waren, was het net Jaak die met Sneeuwwitje mee moest naar grootvader...

Jaak was niet echt een held. Allesbehalve een held zelfs. Hij was meer wat mensen een 'held op sokken' noemen. Goede cijfers halen op school was geen enkel probleem voor hem. Meer zelfs, hij was degene die het gemiddelde van de klas hoog hield. Behalve wat lichamelijke opvoeding betrof dan. Jaak was namelijk wat te snel beginnen groeien en zag er daardoor nogal slungelig uit. Hij had geen controle over zijn lange benen en armen, en dat liep wel eens mis tijdens de turnles. Hij had ook absoluut geen conditie. Na slechts 100m lopen hijgde hij de longen al uit zijn lijf. Hij kon dus niet snel lopen, niet hoog springen, niet goed zwemmen en niet touwklimmen, want hij had hoogtevrees. Zijn turnleerkracht had altijd zijn handen vol met hem. En met de anderen, want regelmatig raakte er één van de andere jongens verstrikt in Jaaks lange ledematen. Tja, hoe goed Jaak ook was op intellectueel vlak, op fysiek vlak was hij een echte ramp.

Qua uiterlijk was hij best nog wel knap, dat moest zelfs Sneeuwwitje toegeven, al zou ze dat waarschijnlijk nooit doen waar anderen bij waren. Jaak was niet echt gespierd en nogal lang en dun, maar op de één of andere manier maakte dat niet echt veel uit. Hij had een zekere charme, waardoor hij er onweerstaanbaar uitzag, zelfs met dat veel te lange lijf van hem. Hij had bijvoorbeeld prachtige halflange, kastanjebruine krullen die zijn hoofd omlijsten. Zijn moeder vond het geweldig om 's morgens zijn haar goed te leggen, want zij vond dat zijn haar zijn grote trots moest zijn. Daarom mocht Jaak het ook niet afknippen van haar. Andere jongens waren jaloers op zijn haar, wist hij, maar ook zij zouden dat waarschijnlijk nooit publiekelijk toegeven.

Jaaks ogen waren groengrijs met bruine spikkeltjes, en zo diep als de waterput aan het huis van Vrouw Holle. Zijn moeder maakte er altijd lieve grapjes over, dat ze bang was dat er op een dag een meisje zou verdrinken in zijn mooie ogen. Ze bedoelde er mee dat hij enkel met zijn ogen het hart van elk meisje zou kunnen veroveren, als hij dat zou willen. Maar Jaak wilde dat helemaal niet. Daarom vond hij het ook niet zo'n leuk grapje, en was hij nogal slechtgezind telkens wanneer zijn moeder het weer eens gebruikte. Daarbij, dacht hij, ik schrik meisjes toch alleen maar af met mijn gevaarlijk lange, slungelige lichaam.

Verder had hij een gezonde rode blos op zijn wangen, stralend witte tanden, een kuiltje in zijn kin, en ook in zijn wangen wanneer hij lachte. Zoals eerder gezegd, hij had zo zijn charmes. Daar zat zijn moeder waarschijnlijk wel voor iets tussen, want zij was een fee. Niet alleen was ze zelf oogverblindend mooi, ze had de gave om het uiterlijk van mensen te veranderen, zowel op goede als op slechte manieren. Dankzij haar was Assepoester bijvoorbeeld nu één van de vele prinsessen van het Sprookjesrijk geworden. Niemand wist of de fee daadwerkelijk haar zoontje knapper had gemaakt of niet, maar de mogelijkheid bestond wel. Het was en bleef een raadsel. En anders had de jongen gewoon haar schoonheid geërfd.

Dat maakte Jaak helaas niet dapper. Integendeel, Jaak was helemaal niet dapper of moedig. Hij durfde niet veel, hij hield niet van risico's en koos altijd de veiligste weg.

Fairy TailsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu