Hoofdstuk 1

19 1 0
                                    

{Het eerste stukje is in ik-vorm en in tegenwoordige tijd, maar het hele boek wordt in zij/hij-vorm (geen idee hoe dat heet) en in verleden tijd geschreven}

De deur gaat met een zwaai open en er lopen een stuk of vijf jongens grijnzend de ruimte binnen. 'Ik zei toch dat ze hier was,' zegt  de jongen die voorop loopt. Met een ruk sta ik op van de bank. Ik heb niets om me te verweren. Wie zijn die jongens?

'Wat moeten jullie?' vraag ik, terwijl ik de jongens één voor één aankijk. Ze beginnen te lachen en twee jongens komen dichterbij me staan. 

'We moeten jou hebben, schatje.'

De jongen komt dichterbij om me vast te pakken, maar ik haal met mijn elleboog uit in zijn gezicht. Hij valt meteen op de grond. De jongens kijken me verbaast aan, maar rennen nu allemaal op me af. Ik heb geen kans.

Een jongen met bruin haar pakt me van achteren beet en draait mijn handen op mijn rug. Ik probeer me nog te verzetten, maar tevergeefs; de jongens zijn te sterk. 

De jongen neemt me mee naar een busje en duwt me achterin. Samen met de jongen die ik had neergehaald gaat hij voorin zitten en de rest komt achterin bij mij. Een jongen met donkerblond haar komt naast me zitten en legt zijn hand op mijn bovenbeen. Ik sla zijn hand weg en geef hem een klap in zijn gezicht. Eigen schuld dikke bult.

'Blijf van me af,' zeg ik boos. De jongen kijkt me nog steeds grijnzend aan, maar gaat toch wat verder weg zitten. Watje. 

Wanneer we aangekomen zijn, word ik hardhandig uit het busje geduwd. Ik kijk om me heen en zie een super groot gebouw voor me staan. Het heeft nauwelijks ramen en ziet er niet bepaald vrolijk uit. Ik word naar binnen geduwt en meteen zie ik een grote groep jongens mijn kant op kijken. Woede borrelt op wanneer ik in de ogen kijk van een jongen die ik maar al te goed ken; Jace. 

'Wat moeten jullie van me?' roep ik hard door de zaal heen. Jace, de leider van de groep, loop naar me toe en gaat zo dicht bij me staan dat ik zijn adem kan voelen op mijn huid.

'Puck, jij hoort vanaf nu bij ons. Je zult niet ontsnappen. Je kunt hier niet meer weg. We zagen dat jij een van de sterkste was van Levi, dus we wouden jou wel bij de groep. En niet alleen daarom, maar ook omdat je zo'n lekker lichaam hebt,' fluistert hij in mijn oor. Hij legt zijn handen op mijn heupen en gaat nu helemaal tegen me aan staan. Dit is verkeerd, maar op een of andere manier voelt het wel fijn.

Ik heb een kamer aangewezen gekregen en daar zal ik moeten slapen. Ik vind toch wel een manier om te ontsnappen. Jace is slim, maar ik ben slimmer. De deur vliegt open en de jongen met het bruine haar, die dus Roan heet, zegt dat ik naar de zaal moet komen. Jace heeft me nodig.

Ik loop in een slakkentempo naar de zaal. Jace is echt veranderd qua uiterlijk. Hij is wat gespierder geworden en zijn haarkleur is iets donkerder. Toch zag ik in een oogopslag dat het Jace was. De Jace die mij een jaar geleden vroeg wat mijn naam was. De irritante Jace, die opeens niet meer op school verscheen. Maar nu weet ik waar hij al die tijd was. Wat een klootzak is hij.

'Waarom moest ik komen?' vraag ik zo ongeïnteresseerd mogelijk. Eigenlijk ben ik best nieuwsgierig naar wat hij te vertellen heeft. Hij draait zich om en gebaart naar twee jongens die aan een tafel zitten.

'We laten vandaag een chip in je huid zetten.'

Een fucking chip in mijn huid? Dan kan ik al helemaal niet ontsnappen! De woede giert door mijn lijf, maar ik houd me in. Ik hoef geen klappen te krijgen. Ik kom hier toch niet meer weg. Niemand komt mij hier halen.

Jaar geleden

Puck liep langzaam de kantine binnen. Ze voelde de ogen van de leerlingen in haar rug brandden. Toen ze zag dat er een vreemde jongen aan haar tafel iets zat te nuttigen, begon ze hard te kuchen. De jongen keek verbaast om, maar begon meteen te grijnzen.

'Dit is mijn tafel,' zei Puck met een tikkeltje arrogantie. De jongen begon te lachen. Wie is deze jongen en waarom had ze hem nog nooit gezien?

'Ik ben de jongen die je broer vervangt. Levi.'

Oh ja, hoe had ze dat kunnen vergeten? Ze liep naar de andere kant van de tafel en plofte neer op een stoel. Ze liet haar ogen nog even over de nieuwe leider glijden. Hij was niet verkeerd. Zeker niet. Zijn ravenzwarte haar en zijn mooie groene ogen maakten hem toch een beetje mysterieus. Daar hield ze wel van.

De jongen bleef haar maar grijnzend aankijken en na een tijdje had ze er wel genoeg van. 'Beter kijk je niet meer zo smerig naar me.' zei ze geïrriteerd. 

'Schatje, meisjes zijn er om zo naar te kijken. En als ik eerlijk moet zijn, zou ik je zo doen.' 

Puck keek Levi vol walging aan en gaf hem een keiharde klap in zijn gezicht. De hele kantine keek hen verbaast aan. Puck schoof piepend haar stoel naar achter, pakte haar tas en liep met grote passen weg. Toen ze nog geen vijf meter verder was, botste ze tegen haar broer Tom op. Ze groette hem niet en liep boos verder. Ze ging voor deze ene keer wel even bij de voetbaljongens zitten. Daar kon ze het ook wel goed mee vinden.

'Wat een klootzak,' mompelde Puck toen ze plaats nam aan de tafel. Jonas keek haar lachend aan. Hij had zeker gezien wat er gebeurt was. Ze pakte Jonas' tosti en nam er een flinke hap van. Jonas begon keek haar quasi boos aan, maar zei dat ze hem wel mocht hebben. 


De bel galmde door de school. Puck zag dat de groep naar de chillplaats ging. Zou ze het laatste uurtje spijbelen? Ze stond gemiddeld een 8, dus dat was geen probleem. Snel holde ze naar de groep jongens en ging naast Pim lopen. Hopelijk deed Levi niet weer zo vervelend. 

Puck pakte haar fiets uit het rek en fietste naar het groepje toe. Levi keek haar weer grijnzend aan. Toen ze naast hem stopte en van haar fiets af stapte, legde hij een hand op haar heup. Puck had geen zin om er tegenin te gaan, dus liet ze zijn hand maar liggen. Na een paar seconden ging hij voor haar staan en legde zijn hand op haar wang. Hij gaat haar nu toch niet zoenen? De zenuwen gierden door Pucks lijf. Hier had ze dus ècht geen zin in.

Toen Levi dichterbij kwam met zijn hoofd om haar een zoen te geven, nam Puck een drastische beslissing; ze spuugde hem volop in zijn gezicht. Ze duwde Levi van zich af en hij werd rood van woede. 'Wat doe je? Gadverdamme!'

Puck begon keihard te lachen en ze hoorde een paar jongens ook zachtjes grinniken.

'Gaan jullie nog mee, of blijven jullie wachten tot de directeur ons ziet?'

Puck pakte haar fiets en fietste in een hoog tempo naar de plaats van haar bende. Nou ja, het was niet haar bende, maar die van Levi. Het was een opslagplaats midden in het bos. Haar broer had die twee jaar geleden gekocht. Puck en haar familie waren rijk, heel erg rijk zelfs. Alleen hoefde niet iedereen dat te weten.

Bij de opslagplaats aangekomen, zag ze dat de jongens niet meteen achter haar aan waren gefietst. Puck ging tegen de deur zitten, wachtend tot de anderen kwamen. Het duurde niet heel lang tot Levi en de andere jongens ook aankwamen.

'Ga aan de kant, trut.' 

Noemde hij haar nou een trut?! Puck stond op en ging woedend voor Levi staan. 'Levi, beter noem jij mij geen trut, want anders lig je straks zonder onderbroek in de bosjes te kreunen van de pijn. En dit is geen grapje.'

Hij negeerde haar opmerking, pakte de sleutel uit zijn jas en opende de deur. Puck duwde Levi aan de kant en stapte als eerste de loods binnen. Maar toen ze Levi passeerde, kreeg ze een kneepje in haar kont. Wat een klootzak is die vent!

Na een tijdje riep Levi, Puck apart. Langzaam stond ze op en liep naar het "kantoor" van Levi. Daar lagen ook alle wapens en dergelijke. 

Wanneer Puck de deur achter zich sloot, ging Levi meteen voor haar staan. 'Waag het niet om te spugen, anders kom je hier de komende week niet meer weg.'

Dat vond ze geen fijn dreigement, dus ze hield zich in. 

'Ik snap niet waarom er een meisje in deze groep zit. Ik bedoel, meisjes zijn om mee te spelen, niet  om mee te vechten. Meisjes kunnen niet eens vechten. Ik dacht erover na om je eruit te zetten, maar omdat je zo lekker bent, mag je blijven.'

Van woede stampte Puck keihard op zijn voet. Hij leek geen tikkeltje pijn te hebben en keek haar grijnzend aan.

'Zoals ik al zei; meisjes kunnen niet vechten.'

'Try me.'


Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Sep 12, 2015 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Try me || part oneWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu