Het is ongeveer een jaar geleden. Thomas werkt voor het welvarende steenhouwbedrijf van Jeffreys vader.
Thomas loopt na school naar het bedrijf van Jeffreys vader. Hij werkt daar als boekhouder, omdat hij zeer goed is in rekenen en wiskunde en omdat zijn familie niet rijk is. Als hij er aankomt staat Jeffreys vader op de stoep voor het gebouw. "Goedemiddag meneer Dekker", zegt Thomas. "Hoi Thomas je hoeft niet zo formeel te zijn", zegt meneer Dekker, "Ik zal je je plaats laten zien." Thomas loopt achter hem aan en komt na een tijdje aan in een klein, muf ruikend kantoortje. "Hier is je plek. Ik vertrouw mensen meestal niet maar, aangezien je vrienden bent met mijn zoon laat ik je los. Veel succes!" Na twee uur werk, mag Thomas naar huis. Als hij naar huis loopt checkt hij altijd zijn pinpas, omdat hij al jaren aan het sparen is voor een laptop voor de middelbare. Twee weken lang gaat alles goed, maar als hij dan op zijn pinpas kijkt, staat er niets meer op. Stomverbaasd mompelt hij: "Shit." Hij probeert te bedenken wat er gebeurd zou kunnen zijn, maar komt met niets dan klinkklare onzin. Als hij thuis komt zit zijn vader keurig recht op de bank. "He jongen... heb je het leuk... gehad? We moeten even praten." Thomas, die de bui voelt hangen gaat twijfelend zitten op een half-versleten bank. "Zoon, het is zeer goed om te weten hoe jij met je geld omgaat, maar je moeder en ik hebben het heel moeilijk." Thomas onderbreekt hem maar zijn vader gaat gewoon verder. "Wij hebben het geld geleend om ons te onderhouden. En strikt daarvoor. Maar we zitten nog steeds met een groot geldprobleem, dus..."Thomas ziet dat zijn vader moeilijk kijkt. Zijn vader weet niet goed wat hij moet zeggen maar dan zegt hij: "Je moeder en ik hebben samen een moeilijk besluit genomen, namelijk dat jij van dat bedrijf waar je voor werkt moet stelen." "Wat.. maar dat ga ik echt niet doen! Ga zelf meer werken, neem een twee extra banen en neem dan maar elke keer mijn zakgeld, maar stelen ga ik echt niet doen!", schreeuwt Thomas. "Toch zal je het doen", zegt zijn vader opeens zeer kalm. Thomas kijkt vertwijfeld naar zijn ogenschijnlijk rustige vader. Dan zucht zijn vader en haalt iets achter een bankkussen vandaan. Thomas schrikt hevig als hij ziet wat het is en loopt langzaam achteruit. "Thomas ik wil dit echt niet hoeven doen." "Dude ben je helemaal gek geworden, een pistool trekken naar je eigen zoon", zegt Thomas. "Zoon, luister naar ons en doe het gewoon. Ik wil dit zelf ook niet, maar je zult het doen." Zijn vaders stem verandert naar een boze en dan pakt hij Thomas vast en houdt het pistool aan Thomas' hoofd. Thomas schrikt dat zijn eigen vader zo ver gaat om wat geld te krijgen en weet nu niet precies hoe ver zijn vader zal gaan. "Thomas, moet ik je laten zien hoe serieus ik ben ofzo." Thomas schudt zijn hoofd. Zijn vader zegt dan: "Oké, dat is mooi. Anders dan had ik van alles moeten doen om niet in de gevangenis te komen. Zoals mijn DNA van jou afwassen, het pistool kwijtraken en jou ergens dumpen." Thomas is doodsbang als hij zijn vader dit op een fluistertoon hoort zeggen. "Thomas ik zal je dit nog een keer vragen, wil je voor ons geld stelen van dat mooie bedrijfje?" Thomas die eindelijk weer wat durft te zeggen, brengt met geknepen stem uit: "Ik zal het doen, maar hoe?" Zijn vader kijkt opgelucht en zegt: "Jij gaat toch over de financiën, dan kun je een aantal onderdelen wat duurder maken en voilà daar heb je geld." Hij laat Thomas weer een beetje los, maar fluistert net voordat hij hem helemaal loslaat: "En probeer niet te ontsnappen, want ik heb een chip in jou gezet en zal je dus vinden waar je maar gaat." Thomas is totaal verbijsterd en loopt al naar zijn vader kijkend achteruit. Als hij de volgende dag uit school komt, weet hij niet precies meer wat hij moet doen. Hij komt bij het bedrijf aan en met een steen in zijn maag loopt hij naar binnen. Jeffreys vader staat zoals gewoonlijk in de hal en verwelkomt hem. Thomas loopt met een schamele groet door naar het kantoortje. Hij gaat achter zijn computer zitten en drukt hem aan. Al snel komt de lijst met onderdelen op het scherm. Thomas aarzelt nu heel erg over wat hij gaat doen. Met grote tegenzin maakt hij het eerste onderdeel duurder, want hij moest ook de prijs van de onderdelen bijhouden. Al snel heeft hij voor honderd euro aan duurdere onderdelen bijgestort op zijn vaders rekening. Thomas gaat dan door met het normale: prijzen vergelijken, verschil uitrekenen en dan de winst of het verlies uitrekenen. Als de dag voorbij is loopt hij stilletjes de hal weer uit naar huis. Thuis gekomen, zit zijn vader op de bank met een brede lach. "Goed gedaan jongen, vanaf nu wordt het beter", zegt hij. Thomas haat zijn vader op het moment. Wekenlang gaat het wel goed, totdat Jeffreys vader hoort van iemand hoe duur zijn onderdelen zijn bij exact dezelfde fabriek. Hij besluit de kosten toch eens te checken en komt er achter dat er dus elke maand minstens honderd euro te veel uit wordt gegeven. Als Thomas op die dag naar zijn werk gaat, ziet Thomas zoals gewoonlijk zijn baas in de hal staan. Jeffreys vader groet hem en vraagt of hij even naar zijn kantoor kan komen. Thomas ziet er geen kwaad in en loopt achter hem aan. Er staat een klein meisje in zijn kantoor, die snel weg rent als ze er aan komen. Als het kleine meisje langs Jeffreys vader komt, fluistert hij: "Zorg dat er niemand in mijn kantoor komt totdat ik zeg dat dat mag. Begrepen?" Het meisje knikt en loopt verder. Thomas gaat zitten in een van de gigantische stoelen die aan de bezoekerskant van het bureau staat. Als Jeffreys vader ook is gaan zitten begint Jeffreys vader: "De reden dat ik je bij me geroepen heb is niet geweldig." Thomas begrijpt waar hij het waarschijnlijk over zal hebben. Jeffreys vader gaat verder: "Klopt het dat jij de onderdelen duurder hebt gemaakt? En dat je dat andere geld in je eigen zak gestoken hebt?" "Meneer, ja ik heb de onderdelen duurder gemaakt, maar dat heb ik niet in mijn eigen zak gestoken. Mijn vader heeft het en heeft mij gedwongen dit te doen", antwoordt Thomas. "Het maakt mij niet uit om wie het gaat, ik wil mijn geld terug. En ik zal het krijgen, hoe dan ook." Thomas wil reageren, maar op datzelfde moment pakt zoals zijn vader eerder ook gedaan had iets achter zich vandaan. Het duurt ook nu even voordat Thomas echt goed kan zien wat het is; een mes. Thomas zou het liefste door de grond zakken en nooit meer omhoog komen. Jeffreys vader staat zeer dreigend voor hem en zegt dan: "Wij gaan nu even naar jullie huis en dan stort jouw vader alles terug op mijn bankrekening." Thomas knikt en staat dan langzaam op. Jeffreys vader stopt het mes in zijn jas en loopt achter Thomas aan. Als ze bij Thomas' huis zijn, haalt Jeffreys vader zijn mes weer uit zijn jaszak. Thomas loopt naar binnen en ziet zijn vader bovenaan de trap staan. "Wat doe jij hier?", vraagt Thomas' vader. "Ik kom je mijn geld terugvragen of je het wil of niet", zegt Jeffreys vader dreigend. Hij hield het mes dicht op Thomas' keel. Thomas' vader schrikt. Hij zegt dan: "Oké, oké ik maak het geld over, maar laat mijn zoon gaan." "Dat doe ik pas als ik zeker weet dat jij het overgemaakt hebt", zegt Jeffreys vader. "Kom dan maar naar boven", zegt Thomas' vader. Thomas' vader loopt naar zijn kantoor en pakt een pistool uit een la. Als Jeffreys vader de kamer in komt kijkt hij verbaast naar het pistool. Thomas' vader kijkt hem dreigend aan en zegt: "Nu doen we het op mijn manier. Laat mijn zoon los. Zoon, pak het autozijl en leg die achter deze zeer aardige man en dan last but not least zoon, ga naast mij staan." Jeffreys vader laat Thomas aarzelend los en Thomas besluit dat hij doet wat zijn vader van hem vraagt. Dus loopt hij naar de garage en haalt daar het autozijl vandaan. Hij twijfelt zeer over zichzelf en wat er gaat gebeuren, maar doet toch wat zijn vader heeft gezegd. Thomas loopt weer naar boven en legt het zijl neer. Dan gaat hij naast zijn vader staan. Zijn vader zegt kort daarna: "Sorry dat ik dit moet doen, maar het kan niet anders." Thomas zal nooit de blik op Jeffreys vaders gezicht vergeten wanneer zijn vader het schot vuurde.
JE LEEST
Duivelskind
General FictionSophia is een vreemd meisje. Als ze geboren wordt, heeft ze pikzwart haar, bloedrode ogen en een sneeuwwitte huid. Op school komt ze Thomas tegen. Een verlegen jongen die misschien niet is zoals hij lijkt. Volg Sophia op haar avontuur, waarmee ze ha...