2. Een wonder?

57 2 2
                                    

Zwart, zwart, zwart. Volledige stilte. Rood, rood, rood. Huh? Rood? Ik kijk beter. Ja echt mijn oogleden zijn rood. Rood betekent licht. Licht betekent wakker zijn. Wakker zijn betekent dat ik nog leef. Maar of ik dat wil. Wil ik nog wel leven? Wil ik nog wel gepest worden? Geluiden komen dichter bij. Het licht wordt sterker. Ik open langzaam mijn ogen, maar doe ze snel weer dicht. Piep piep piep piep. Dat is wat ik hoor. Waar ben ik? Ben ik in het ziekenhuis? Ik doe mijn ogen nog een keer langzaam open. Ik zie dokters de kamer in en uit rennen. De dokters rennen de gangen in en uit. Ik kijk om me heen. Een witte kamer. Bossen bloemen. Kaartjes. Van wie zouden ze zijn? Ik probeer te gaan zitten. Bonk bonk, doet mijn hoofd. Ik ga gelijk weer liggen. Er rent een dokter naar binnen. Ik schrik een beetje. Ze leeft! Het is een wonder! Ik kijk hem aan. Een wonder? Hoezo een wonder? Ik ben toch geen wonder? Wat denkt hij wel. Ik ben zoals ik altijd al ben geweest. Er komen meer dokters aan rennen. Roep haar ouders. Ik kijk op. Mijn ouders? Waar zijn ze? Vragen razen door mijn hoofd. Dan zie ik een vrouw en een man huilend door de gangen rennen. Ze kijken naar binnen en lopen dan de ka er in. Mama, papa! Ze lopen op me af en geven me allebei een dikke knuffel. Zelf begin ik ook te huilen. Ik voel dat alle dokters naar me kijken. Maar ik voel nog iemand kijken. Iemand die ik liever niet wil zien.

Why Do You Love Me?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu