Hoofstuk 14 (✔)

71 6 0
                                    


(✔)

Mijn hart bontste te knetter. Boom boom boom. "Wat is er gebeurd?" Ik bukte naar hem toe. Hij was erg gewond. "Ik heb gevochten." Murmelde hij. Ik rolde met mijn ogen. Mijn handen hielden zijn gezicht vast. "Dat zie ik." Fluisterde ik. Zijn oog was opgezwollen. Zijn gezicht zat vol met schrappen. "Mijn tegenstander had een mes." Murmelde hij. Ik knikte heel traag. Mijn handen gleden naar zijn buik. Ik pakte zijn hand vast, die op de wond bevond. Ik deed zijn T-shirt omhoog, om de wond te bekijken. "Heeft hij je gestoken?" De wond zag er vreselijk uit. "Ja." Kreunde Jack. Rustig blijven, dacht ik. De wond was vers en begon te bloeden. Laat het stoppen met bloeden. Ik wist niet wat ik moest doen. Ik sloot mijn ogen en ademde diep in. Ik was geen dokter. Denk aan films. Wat doen ze in de films als iemand gestoken is? Het belletje rinkelde. Ik deed mijn sterretjes T-shirt uit. Jack schrok toen hij zag uitkleden. "Ik ga het rond je buik verbinden, om de bloeding te verminderen." Beantwoorde ik zijn blik. Ik scheurde mijn T-shirt in repen dan verbond ik ze samen, zodat het op de vorm van een slang leek. Ik had chance dat ik onder me mijn hemdje had. Ik probeerde zonder hem pijn te doen de slang om zijn buik te verbinden. Toen het gelukt was, was ik opgelucht. "Waar is Nathan?" Vroeg ik. "Hij is naar een EHBO tas gaan zoeken." Wat? "Ik ga de ambulance bellen." Murmelde ik. Mijn hand ging naar mijn beroemde broekzak. "Stop!" Zei hij. "Jack, je zit te bloeden." Knarste ik mijn tanden. "Nee, luister is." Snauwde hij terug. "Als je de ambulance belt, gaat de politie bemoeien." Murmelde hij. "Jouw gezondheid is belangrijker!" Schreeuwde ik. Jack leunde helemaal met zijn hoofd naar de kluis. "Als de politie zich bemoeit, wordt Aiden van Nathan afgepakt. Denk is na." Fluisterde hij. De kleine Aiden. Aan hem had ik niet gedacht. "Wat nu?" Panikeerde ik. "Kom naast me zitten. We gaan op Nathan wachten." Kreunde hij. Ik beet op mijn lip. Ik kwam naast hem zitten, geleund naar de kluis. Jack begon op mijn schouder te leunen. "Gaat het?" Vroeg ik zachtjes. Jack grijnsde pijnlijk. "Ik had een woordenboek op mijn kop gekregen. Dit kan ik ook aan." Murmelde hij. "Weet je." Ging hij verder. Hij keek in mijn ogen. "Zo erg bent je niet." Ik lachte slapjes. "Dank je." Hij sloot zijn ogen. "Waar blijft die nu?" Plotseling kwam Nathan te voorschijn. Zweet op zijn voorhoofd en T-shirt. "Er is verdomme nergens een EHBO tas." Zei hij kwaad. Toen Nathan mij zag schrok hij. "Ik moet je praten, straks." Zei ik. "We moeten hier weg." Fluisterde Jack in stilte. "Waar? Niet in mijn huis, Aiden is er." Nathan sloeg zijn hand op zijn hoofd. "Jouw appartement heeft niks bruikbaars. Je moest bij je ouders blijven." Jack knarste zijn tanden. "Ik sterf liever dat ik maar een voet zet in dat huis." "Wat nu?" Schreeuwde Nathan. Er werd negatieve energie opgewekt. "Hou op met jullie gebrul, mijn huis." Eindelijk werd het rustig. "Niemand is vanavond thuis. We kunnen hem binnen smokkelen en daar kunnen we hem verzorgen." Vertelde ik ze. Ze zwegen allebei. Ik stond op. "Kom Nathan, help me om hem op te laten staan."

Nathan en ik hadden ieder arm van Jack rond ons schouders. Het moeilijkste deel was de ladder. Nathan had Jack met moeite op zijn rug gedragen. Eerst ging ik de trap op om mijn auto dichtbij te brengen. Toen Nathan boven kwam met Jack hielp ik hem. Nathan en Jack hadden ongeveer dezelfde gewicht. Nathan gezicht was rood. We propten Jack op de achterbank, zo kon hij liggen. Nathan zat naast me nerveus. Ik startte mijn auto en reed op weg naar thuis. Bij de verkeerslichten rinkelde mijn gsm. Laatste tijden was ik zeer bezig met mijn gsm. Er was roodlicht, dus nam ik het van mijn broekzak. Een sms van mon père. Hij vroeg waar ik bleef. Ik stuurde mon père dat hij zonder me moest gaan en dat ik laat ging komen. De groene licht brandde en reed ik verder.

"Woon je hier?" Vroeg Nathan geschrokken. "Oui." "Man, jij hebt wel een leven." Ik rolde met mijn ogen.

Samen brachten we Jack naar binnen. "Is ergens hier alcohol?" Vroeg Nathan toen we bij de woonkamer waren. "In mijn huis vind je zelfs geen één milliliter alcohol." Zei ik. Nathan had een vragend blik, maar ging hij er verder op niet in." "Breng Jack naar mijn slaapkamer." Beval ik Nathan. "Ik ga de spullen pakken." "Waar is je kamer?" Zuchtte Nathan. "Boven, eerste deur links." Ik ging naar de keuken. Ik opende de EHBO kast. Ik nam van alles wat ik kon gebruiken. Ik nam de overgebleven croissants en legde op een bord. Ik vond een pakje fruitsap, ik nam die ook mee. Met volle handen ging ik de trap op, eerste deur links AKA mijn slaapkamer. Jack lag op mijn bed met Meneer Beertje naast hem. Ik legde het bord en de fruitsap op de nachtkast. "Eerst het gezicht, dat is makkelijker." Zei Nathan. Jack sliep. Ik pakte ontsmetting spray. Ik sprayde op de krasjes en wonden terwijl Nathan met watt schijfjes depte op de plaatsen waar ik sprayde, om het schoon te maken. Ik pakte de pleisters en plakte op plaatsen waar het nodig was. "Nu het moeilijkste." Murmelde Nathan. "Kan je naaien, Paris?" "Middelmatig." Nathan knikte. "Ook goed." Hij doorzocht in de la van mijn nachtkast. Ik bekeek hem vragend. Nathan liet de schaar zien. Hij trok Jacks T-shirt omhoog en knipte mijn gescheurde T-shirt, die verbonden was rond Jacks buik. "Heb je ergens naald en touw?" Mijn ogen werden groot. "Je wilt dat ik hem naai?" Ik kon stof naaien, geen mensen. "Ja." Zei Nathan in een duh-toon. "Waarom naai jij hem niet?" Daagde ik hem uit. "Ik heb nog nooit iets of wat genaaid. Ik weet alleen hoe je het moet doen." "Wat?" "Wees niet bang ik zal instructies geven. Neem het touw en de naald maar." Deze Nathan was ik niet gewoon. Dominant en gemeen. Ik dacht hij lief was. Iedere mens heeft een geheim karakter, leerde ik spijtig genoeg bij. Ik ging met tegen zin naar de badkamer, die tegenover mijn kamer was. Ik pakte uit de kleine la touw en naald.

"En nu wat, hem gewoon naaien?" Nathan rolde met zijn ogen. Hij nam de naald van mijn hand af. Nathan stak zijn hand in zijn broekzak. "Eerst de bacterie doden." Uit zijn broekzak kwam een aansteker. Hij stak het aan en liet de naald in het vuur draaien. Dan pakte hij de ontsmetting spray en sprayde op de naald en op de wond. "Nu gaan naaien."

Ik was klaar. Mijn handen waren bebloed. Eerst waste ik mijn handen in de badkamer tenslotte ging ik naar mijn kamer om een jurkje te pakken. Jack sliep nog steeds. "Over wat wil je praten?" Vroeg Nathan, die op de grond zat. "Zeg tegen Iggy dat je een kind hebt." Mijn rug was naar hem toe. "En waarom?" Sarcastisch. "Omdat Isla allerlei dingen stuurrt over jullie zoon. Ik heb die berichten verwijderd." Ik kreeg geen antwoord van hem. Ik draaide me om, om zijn gezicht te bekijken. "Stop met haar hart te breken." Zonder op te kijken ging ik naar de badkamer. Ik kleedde super snel me aan. De jurk was natuurlijk zwart en elegant. Mijn haar stak ik in een hoge paardenstaart daarna vlocht ik het strak. Ik ververste mijn make up. Tevreden verliet ik de badkamer. Ik controleerde Jack en Nathan. Ze waren nog steeds allebei dezelfde positie toen ik de kamer verliet.

Ik parkeerde mijn auto in de parking. Het bleek te zijn dat je alleen in de parking moest parkeren, niet voor de winkels. Rennend door de straat doorzocht ik het restaurant. In plaats van dat vond ik een vrouw op de grond. Haar knieën naar zich terug getrokken. Het gezicht zag ik niet, wat haar hoofd rustte op haar knieën. Mijn nieuwsgierigheid over me. Zenuwachtig wandelde ik naar de vrouw toe. Haar houding zag niet goed uit. Ik tikte op de schouder. "Alles oké?" Het hoofd draaide naar me toe. Het was Stella. Stella huilend.



Superstars DaughterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu