34.

796 58 12
                                    

Drie kwartier later en vier breinen later verzamelen we ons weer bij het busje. Cas ritst de laatste zak dicht terwijl ik de groep het nieuws vertel. "Dat is super snel!" Roept Mo uit.
"Ik weet het" zeg ik.
"Dan moet ik maar eens mijn spullen gaan pakken," bedenkt Christian.
"Zo veel heb je niet" lacht Jem.
"Die drie shirts hebben zeker vijf koffers nodig" lacht ook Mo. Ik moet hier ook om grinniken. Cas komt de bus uit dus we kunnen vertrekken. "Hoe ben jij hier gekomen?" Vraagt Levi aan mij.
"Met de Mercedes van Nathalie" leg ik uit.
Levi kijkt beduusd. "Die leende ze je zomaar uit?"
Ik knik. "Ja? Is dat zo raar?"
Christian grinnikt. "Levi wil altijd met de Mercedes weg, maar hij mag nooit van Nathalie. Ze wil hem aan niemand uitlenen."
"Het is haar kindje" vult Cas aan.
"Jij hebt niet eens je rijbewijs!" Roept Levi uit. Christian begint nog harder te lachen.
"Wil jij naar huis rijden in die auto?" Vraag ik aan Levi. Hij kijkt bedenkelijk maar hij krijgt een grijns op z'n gezicht.
"Dat dacht ik al." Ik geef Levi de sleutel van de Mercedes. "Maar dan rijd ik met het busje!" Zeg ik meteen tegen de rest.
"Wel voorzichtig hè" lacht Jem.
"Altijd" knipoog ik.

Toen we terug kwamen op het kamp moesten we met z'n alle helpen om de lijken naar Gwen te brengen. Ze was verrast omdat ze nog nooit zo veel in een keer had gekregen. De breinen mist ze wel, die heeft Cas er al uitgehaald om mee te nemen naar New York.
Ik moet heel zachtjes doen om mijn ouders niet te wekken. In het donker moet ik mijn paarse shirt en spijkerbroek uittrekken. Dit gaat niet heel gemakkelijk. Ik kruip in mijn slaapzak en val best snel in slaap.
De volgende ochtend ben ik sloom. Niet omdat ik moe ben, nee ik zit te piekeren over het verhaal dat ik mijn ouders moet vertellen. Niemand heeft het bij het ontbijt gemerkt, dat valt mee, aangezien iedereen mij zo in de gaten houdt. Ik besluit mijn tas alvast in te pakken. Ik heb nog een mailtje terug gehad waarin staat dat morgen ochtend om 8 uur het vliegtuig voor ons klaar staat. Het is dus essentieel om nu al in te pakken. Ik pak een rugzak en een andere grote tas in, een koffer is onhandig om overal mee naartoe te sjouwen. Ik stop vier setjes kleren in de ene tas. De setjes bestaan uit een setje met een korte broek en een topje. De andere setjes bestaan uit lange broeken, shirtjes en één trui. Ik prop er ook wat ondergoed bij. In de andere tas stop ik mijn toilettas, slaapzak en laptop, het past allemaal maar net. Ik heb nog genoeg ruimte voor een fles en mijn telefoon. De tas met kleren neem ik mee naar mijn vrienden. Misschien heeft Mo nog iets op te merken over de spullen of dat ik nog iets vergeten ben. Op het grote grasveld loop ik naar de plek waar Mo's tent staat. Ze is binnen ook bezig met het inpakken van haar tas. "Hé Cara" zegt ze wanneer ik binnenkom. Ze legt zorgvuldig de opgevouwen broeken in de tas. "Ben je al klaar voor morgen?"
"Ja, ik heb mijn spullen al ingepakt" antwoord ik.
"Ik twijfel, moet ik mijn tent meenemen? We zouden dan met z'n tweeën erin passen."
"Dat is misschien niet zo'n gek idee" knik ik.
"Help je zo mee om de tent op te vouwen?"
"Waar slaap je vannacht dan?" Vraag ik. Ik zet mijn tas tegen het tentdoek aan.
"In Zeke's tent denk ik." Mo slikt. "Die staat nu toch leeg."
"Je zou die ook mee kunnen nemen." De glimlach op mijn gezicht is verdwenen. Ook Mo kijkt gespannen.
Ze is een poosje stil. "Daar passen we niet met z'n tweeën in" zegt ze kil.
"Ik ga even langs de rest" zeg ik. De spanning loopt op en ik weet dat wat ik ook zeg Mo verdrietig maakt. Ik laat haar even alleen. Mo knikt en pakt haar ondergoed in. Ik loop de tent uit richting de tentjes van de jongens. Christian zit voor zijn tent op een boomstam een magazine te lezen. Naar  maten ik dichterbij kom zie ik dat het een stripboek is. Volgens mij van Marvel of zo iets. Zijn blonder haar valt voor zijn ogen. "Al gepakt?" Vraag ik wanneer ik voor hem sta. Christian kijkt verrast op. "Ja" zegt hij lachend waardoor zijn tanden te zien zijn. Ze zijn niet perfect wit, maar voor een zombie is dit al heel wat. Bloed gaat niet zo makkelijk van je tanden af zonder gelige afdrukken achter te laten. "Jij ook?" Ik knik.
Christian legt zijn boekje naast hem neer en wrijft in zijn handen. "Ik heb echt zin in morgen."
De glimlach op mijn gezicht komt weer tevoorschijn door Christians enthousiasme. "Het wordt een avontuur om nooit meer te vergeten denk ik."
"Dat weet ik wel zeker. Het voelt net alsof we spionnenwerk gaan doen!"
"Die boekjes zijn niet goed voor je" plaag ik.
"Deze?" Christian wijst naar het boekje naast hem. "Die zijn geweldig. Jij hebt die dikke boeken met letters, ik dit boek met plaatjes."
"Boeken hebben meestal letters hè" lach ik.
"Niet zo slim doen jij" lacht Christian.
Levi komt uit zijn grijze tentje gekropen. Hij heeft geen shirt aan. Ik probeer zo onopvallend te kijken. "Goede middag" begroet hij ons.
"Aah, slaapkop" zegt Christian.
Levi kreunt. "Ik moest bijtanken voor morgen." Hij rekt zich uit waardoor hij zijn spieren aanspant. Ik betrap mezelf op staren en wend mijn blik vlug af. "Lekker ding hè" fluistert Christian heel zachtjes naar mij. Ik geef hem een stomp tegen zijn schouder.
"Au" lacht Chris. Ik steek mijn tong naar hem uit. Levi kijkt vragend aan met een paar slaperige ogen.
"Heb jij je koffers ook al gepakt?" Vraag ik aan Levi.
"Doe ik morgen wel" kreunt hij. Hij ploft op een andere boomstam.
"We gaan om 7 uur weg want we moeten om 8 uur in het vliegtuig zitten. Sukkel" zegt Christian.
Levi wrijft door zijn haar. "Dan pak ik zo wel alles in."
"Waar zijn Jem en Cas?" Vraag ik aan Christian, want ik ga er vanuit dat Levi dat toch niet weet.
"Ze zijn bij Nathalie. Ik heb geen idee wat ze aan het doen zijn."
"Oké." Ik wiebel van mijn ene op mijn andere been.
"Ga alsjeblieft zitten." Levi grijpt mijn arm en trekt me naar beneden op de stam. "Ik word gek van dat zenuwachtige gedoe."
"Met het verkeerde been uit bed gestapt?" Vraagt Christian grijnzend.
Levi antwoordt hier niet op. Nu ik zit trilt mijn been, Levi legt zijn hand erop. 'Stop" zegt hij.
"Sorry, ik ben gewoon heel zenuwachtig!" Flap ik eruit. "En ik heb geen idee wat ik tegen mijn ouders moet zeggen."
Mo komt aangelopen. Ze kijkt mij verbaast aan, dan kijkt ze naar mijn been- waar Levi's hand nog op ligt- en vervolgens kijkt ze mij weer vragend aan. "Weer wakker zie ik" zegt ze tegen Levi. Thans God dat ze geen vage opmerking naar ons toe heeft gemaakt.
"Soort van."
"Pas op, hij is in de stemming om te bijten" grapt Christian.
"Dat zie ik." Mo knikt naar Levi's hand, tevens nog steeds op mijn been. Levi trekt snel zijn hand terug.
"Je bedenkt wel iets" zegt Christian tegen mij.
"Dat is nou juist het probleem" zucht ik. "Ik weet echt niets. En ik ben bang dat ik ze kwets."
"Een voordeel, ze kunnen je niet achterna" merkt Christian op.
Mo, die naast Christian is gaan zitten, kijkt hem waarschuwend aan. "Chris! Dat zeg je niet. Als onze ouders nog zouden le, uhm, hier zouden zijn, dan zouden wij ook rekening met hen houden."
"Zeg maar gewoon dat ze dood zijn" zegt Levi nors.
"Dat weet je niet." Reageer ik meteen. Ik kan me nog herinneren dat Levi had verteld dat zijn ouders gevlugd waren.
"Ze zijn dood." Levi moet zich inhouden om niet te gaan schreeuwen. "Iedereen is dood, of is een monster zoals wij." In zijn ogen zie ik een mengeling van verdriet en woede.
"Levi," probeert Christian.
"Nee!" Schreeuw Levi. Hij staat op en sprint weg. Ik kijk hem verbaast na. Wanneer hij uit het zicht is, kijk ik naar Mo en Christian. Ook zij kijken beduusd.
"Niet weer hè" zucht Christian. Hij stopt een plukje haar achter zijn oor. "Wie gaat er nu achter hem aan?"
"Hoezo weer?" Vraag ik.
"Dit gebeurt minimaal een keer per week, vooral als jij hier bent, of net bent geweest" legt Christian uit.
"Hij walgt nog steeds van zichzelf, arme jongen" zucht Mo.
Dit gebeurt vaker wanneer ik ben geweest? "Wacht, hoezo als ik ben geweest?" Besluit ik toch te vragen. Mo kijkt Christian aan met een blik die zegt: succes met dit uitleggen.
"Nou, hij heeft zich altijd rot gevoeld over het hele zombie gebeuren, vooral over het feit dat we mensen moeten eten,"
"En dat is normaal, aangezien niemand van ons dit leuk vindt" vult Mo aan.
Christian kijkt haar verbaasd aan. "Ik dacht dat ik dit moest vertellen?"
"Ja, ga je gang."
Christian haalt zijn schouders op en kijkt weer naar mij. "Hij heeft het extra moeilijk omdat hij een mens heeft getransformeerd. En dat mens ben jij dus."
"Dat had ik al door" onderbreek ik hem.
"Ja. En je weet dat Levi een gevoelige jongen is." Ik knik. "En iedere keer dat jij hier bent voelt hij zich schuldig. Hij heeft een tijdje terug vertelt dat hij,"
"Ik denk niet dat Levi het zo leuk vindt dat je dit gaat vertellen" onderbreekt Mo hem weer. Ik word steeds nieuwsgieriger.
"Nu heb ik het al half gezegd." Chris gaat weer verder met z'n verhaal; " hij zei dat hij je knap vindt, en dat hij het zonde vindt dat hij van zo'n geweldig persoon een monster heeft gemaakt."
Het is een poosje stil. Ik weet niet wat ik moet zeggen. Ik krijg kippenvel. Levi vindt me knap. En hij vindt me een geweldig persoon? Ik heb nooit lang stilgestaan over wat andere van me vinden, maar dat er een paar, misschien maar één iemand is die mij knap en geweldig zou vinden, daar heb ik nooit aan gedacht. Ik krijg bijna spijt omdat ik zo lullig tegen Levi heb gedaan, soms, terwijl hij oprecht het beste met me voor had, of zelfs heeft.
"Cara," fluistert Mo. Zonder dat ik het door had beginnen mijn ogen vol te lopen met tranen. Ik veeg ze snel af voordat ik Mo aankijk. "Misschien moet jij achter hem aan, in plaats van wij." Ik knik, sta op en ren de kant uit waar Levi heen is gerend.

Zombae || #netties2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu