Hoofdstuk 4 ~ Hamburgers

946 52 27
                                    

"Ik-ik bedoelde het niet gemeen. Echt niet! Kijk ik lees ook Harry Potter." Snel haal ik mijn rugzak van mijn schouder en haal Harry Potter en het Vervloekte kind uit mijn tas. Ik wil niet weten hoe dom ik er nu uit zie. Volgens mij is mijn hoofd zo rood geworden als een tomaat. Ik praat een keer met een jongen en verpest het gelijk, typisch. Er verschijnt een verwarde glimlach op de jongen zijn gezicht.

"Kom zitten." Zegt hij niet veel later. De jongen praat heel anders dan Dean en Pascal. Deze jongen heeft een lieve en zorgelijke ondertoon in zijn stem. Een beetje ongemakkelijk ga ik tegenover hem zitten. "Dit was een slechte eerste ontmoeting." Zeg ik terwijl ik mijn hand uit steek. Twijfelend pakt hij hem vast "Emily." Zeg ik terwijl ik zijn hand schud. "Peter. Peter Parker. Dus je leest ook graag Harry-" Peter word onderbroken door de jongen die mijn koffie komt brengen. "Pas op het is erg warm, net zoals jij." De jongen geeft me een knipoog. Vanuit mijn ooghoek zie ik Peter met zijn ogen rollen. Ik voel hoe het bloed naar mijn wangen stijgt. De jongen loopt zelfverzekerd weg. "Dat is dus Flash. De grootste flirt van de school. En een enorme pestkop." Aan de manier hoe Peter praat over de jongen krijg ik het gevoel dat Flash hem waarschijnlijk pest of heeft gepest. Over mijn schouder kijk ik naar de jongen die dus blijkbaar Flash heet.

"Woon je in Queens?" Snel richt ik mijn aandacht weer op Peter. "Nee ik ben hier met mijn vader." Beantwoord ik zijn vraag. "Jij woont hier wel neem ik aan." De jongen knikt. Mijn twee handen sluit ik om de warme beker heen. Waardoor er gelijk een warm gevoel door mijn lichaam gaat. "Woon je nog thuis?" Vraag ik geïnteresseerd. De jongen knikt nogmaals. "Samen met mijn tante." Zegt hij alsof hij zich er een beetje voor schaamt. Met zijn tante? Waar zouden zijn ouders zijn, misschien zijn ze wel overleden. Eigenlijk wil ik doorvragen naar zijn ouders maar ik laat deze slechte eigenschap maar voor een keer achterwegen.

Hij glimlacht vriendelijk naar me. "Blijf je hier lang?" Vraagt hij. Twijfelt kijk ik hem aan. Het is echt iets voor mij dat ik mijn mond voorbij zou praten nu. "Een weekje ongeveer." De jongen knikt naar me. Een lange tijd zwijgen we allebei. Hij heeft zijn boek gepakt en ik heb die van mij ook gepakt. Misschien is het wel beter dat we allebei zwijgen. Ook al was het heel fijn om met hem te praten. Hij is erg aardig.

"Het wordt tijd dat ik naar huis ga, er komt een grote natuurwetenschappen toets aan en ik moet goed leren. Het-het was leuk je te ontmoeten." Zijn wangen worden rood wanneer hij die laatste zin uitspreekt, waardoor ik ga giechelen. Hij zwaait naar me en ik zwaai terug.

~~~

Het geluid van een deur die opent klinkt en ik spring gelijk van mijn bed af. Mijn ogen ontmoeten die van mijn vader. Zijn ogen staan vol spijt. "Krijg ik nog een sorry?" Kleuterachtig sla ik mijn armen over elkaar heen en Tony doet hetzelfde. Als we ruzie hebben zijn we allebei even kinderachtig en koppig. Dat is dus iets wat ik van mijn vader heb geërfd. Hij knijpt zijn ogen tot speeltjes. Verwachtingsvol kijk ik hem aan. Er verschijnt een glimlach op zijn gezicht en hij loopt naar me toe. "Sorry Em, ik had nooit zo boos tegen je moeten doen." Hij slaat zijn armen open en ik druk mijn hoofd tegen zijn borstkas. Tony slaat zijn armen om mijn lichaam heen. "Het is oke." Zeg ik zacht. Als we ruzie hebben dan is het meestal snel weer goed, zoals nu dus. "Laat me gewoon praten met wie ik wil." Zeg ik wanneer hij me los laat. Tony bijt op zijn lip wetend dat hij mij niet voor altijd bij andere mensen weg kan houden. Uiteindelijk knikt hij naar me.

Tony kijkt op zijn horloge. "Het word tijd om te eten. McDonald's?" Vlug knik ik naar mijn vader. Je zou denken dat we altijd naar dure restaurants gaan, toch doen we precies het tegenovergestelde. "Op èèn voorwaarde." Zeg ik lachend. "Ik rij!" "Absoluut niet." "Alleen de heenweg dan." Hij begint met zijn ogen te rollen. "Vooruit."

Hij gooit me de autosleutels toe en we verlaten het hotel.

~~~

"Zijn dat niet de Starks?" "Stark." "Tony Stark en zijn dochter!" Dat zijn de reacties wanneer we de McDonald's binnen lopen. Het grappige is dat de meeste mensen niet eens weten hoe ik heet. "Het gebruikelijke?" "Uhu." Antwoord ik. Ik zoek alvast een plek om te zitten niet veel later komt mijn vader bij me zitten en eten we samen ons avond eten op.

Al mijn woede van vanmiddag is verdwenen als sneeuw voor de zon. Als ik het hotel niet uit was gegaan dan zat ik nu waarschijnlijk met een boze vader naast me te ruziën in onze hotelkamer. Peter heeft me vanmiddag echt opgevrolijkt. Wat zou Peter nu aan het doen zijn? Het aandenken aan hoe schattig hij leek met zijn bril half van zijn neus afgezakt maakt me aan het lachen.

"Wat is er te lachen Em?" Hoor ik mijn vader mompelen terwijl hij een hamburger naar binnen propt. "Niks pap, niks."

The road to friendship ~ [Dutch][IronMan/PeterParker]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu