hoofdstuk 10

368 19 10
                                    

(POV May)

We lopen snel door de gang heen. Ik kijk om mij heen of er een uitweg is, maar ik zie helemaal niks. Het zijn alleen maar normale gangen die er allemaal hetzelfde uit zien. Het is een wonder dat we dit in 1 keer hebben kunnen halen. 

"Wie weet een weg terug?" Vraag ik naar de rest om mij heen. 

"We kunnen ook gewoon allemaal een kant op en we zien wel waar we uit komen." Zegt Amber. 

"Oké wat jij wilt, maar ga niet weer gillen als er iemand begint te vechten." Zeg ik en wenk Heath. Hij knikt en loopt met mij mee door de gangen.

Waar zouden we zijn? Zouden we ooit een goede weg vinden? Wat zou er gebeuren als we het niet halen? Wat zouden ze doen als wij opgaven? 

Ik hoor meer voetstappen onze richting opkomen en pak Heath bij zijn pols vast. Hij stopt gelijk met lopen en kijkt mij vragend aan. Dan pas hoort hij ook de voetstappen en maakt zich klaar voor een gevecht. Ik had een groot persoon verwacht die ons in elkaar wou rammen en zelfs vermoorden, maar in dit geval komt er een klein meisje aanlopen. Ze kijkt mij onschuldig aan en ik zie dat haar ogen glazig staan. 

Mijn blik verzacht gelijk, maar ik blijf nog steeds op mijn hoede. Ik let op elke beweging die ze maakt en Heath wil al op haar af gaan, maar ik houd haar tegen als ik haar naar iets achter ons ziet kijken. Ik draai mij om en zie de persoon die ik zonet had verwachten 

"Heath let op dat meisje. Ik regel dit!" Roep ik naar hem en zie dat hij het meisje optilt en de andere gang in loopt. Hij kijkt mij grijnzend aan als ik doe alsof ik bang ben. 

Misschien is dit een goede strategie, want Amber en Roos overkomt ook nooit wat. Al die mensen komen naar de rest en mij toe. Misschien kent hij mij nog niet, want anders had hij mij allang aangevallen. Dan moet ik maar het moeilijkste doen wat ik ooit heb moeten doen. Doen alsof ik bang ben en niks kan. Inkijk hem aan in de ogen en laat een traan over mijn wang heen lopen. 

"Awh ben je nu bang? Ik zal je beloven dat ik je sowieso pijn ga doen." Zegt hij met een grijns. 

"En ik zal je beloven dat je sowieso een bot breekt over een aantal minuten." Zeg ik en er vorm ook een grijns op mijn gezicht. Hij maakte een bespottend lachje. Wat is hier nou weer grappig aan? Ik maakte geen grap. 

 Ik kan het niet meer laten. Ik wil liever vechten dat me gedragen als een wanhopig meisje. Ugh ik zou me niet kunnen voorstellen dat ik mij als amber moest gaan gedragen. Dan heb je echt een zwaar leven. Nou ja de mensen om je heen hebben een zwaar leven, omdat ze alles voor je moeten doen

"Oh wacht, misschien ken je me nog niet. Nou in dat geval." Zeg ik en strek mijn hand naar hem uit om hem een hand te schudden. Hij kijkt mij verbaasd aan, maar ik zie dat hij een plan heeft als hij straks mijn hand heeft. Helaas voor hem, heb ik dat ook. Als hij mijn hand vast heeft ga ik verder met mijn zin. 

"Ik ben May." zeg ik met een scheve glimlach. Hij kijkt geschrokken en daar maak ik gebruik van. Ik draai hem om,maar blijf zijn pols vast houden. Ik zet zijn hand op zijn bovenrug en duw door. Ik hoor iets kraken en hij kerm van de pijn. 

"Heb je geleerd van je fout?" Vraag ik hem. Hij knikt moeilijk 'ja', maar ik geloof hem niet. 

"Ik denk het anders nog niet" En met die zin dat geef ik hem een harde trap tegen zijn been waardoor die door zijn knieën zakt. Hij doet alsof hij helemaal valt waardoor ik los laat, maar hij staat plots weer op wat ik niet verwacht had. Hij slaat een paar keer tegen mij aan, maar de meeste keren ontwijk ik ze nog. Er komt een harde stomp tegen mijn hoofd, waardoor ik mijn evenwicht verlies. Ik probeer mij zo snel mogelijk te hervatten en stomp hem hard tegen zijn slaap. Hij valt slapjes op de grond. 

Misschien had ik Heath wel moeten laten vechten, want nog 1 klap tegen mijn hoofd en ik ben knock-out.  Ik begin nu wel een beetje heel erg duizelig te worden. 

Ik draai mij om wat blijkbaar iets te snel was en leun snel tegen de muur aan. Heath komt er net aan gelopen. 

"May gaat het wel goed?" Vraagt hij ligt bezorgd. Ik knik wat afwezig en open mijn ogen weer die ik gesloten had. 

"Waar is het meisje?" Vraag ik als ik haar niet meer zie. 

"Ik draaide mij even om, om te kijken of daar iemand iemand in het andere gangpad liet. Toen draaide ik mij om en toen poef, ze was opeens weg. Ik heb geen idee waarheen. Ik dacht misschien is ze terug gekomen naar jou of zo. Ach daar moeten we nu niet om stressen. Wij moeten nu een uitweg vinden en zorgen dat jij niet weg valt." Zegt hij. 

 Na dat we een tijdje hebben gelopen slaat Heath zijn arm om mijn middel heen en doet zijn hand voor mijn mond op mijn gescheld te dempen. Ik ben inmiddels al wat minder duizelig, maar voel mij heel zwak. Mijn lichaam wilt niet meer honderd procent meer meewerken.  

Hij trek mij een kamer in en duwt mij tegen de muur. Hij duwt zichzelf tegen mij aan en ik kijk hem met vuur in mijn ogen aan. Als ik door krijg dat hij zijn hand die op mijn mond ligt niet weg doet lik ik er aan. Heath kijkt mij uitdagend aan. Hij lijkt een totaal ander persoon dan net.Ik heb lever de andere terug.  Ik stop en kijk hem geïrriteerd aan als ik door begin te krijgen dat hij die hand niet weg gaat halen. 

Hij drukt zijn lichaam nog dichter tegen mij aan als dat nog kon. Voor mij is hij veel te dichtbij en als ik mijn handen nu kon gebruiken lag hij nu op de grond. Hij heeft met zijn hand die hij eerst om mijn middel had, mijn polsen vast gegrepen. Hij haalt zijn hand weg en net wanneer ik wil gaan schreeuwen plant hij zijn lippen al ruw op de mijne. Ik probeer mijn hoofd weg te draaien, maar het werkt niet. 

Hij heeft dit vaker zo gedaan dat merk je. Hij weet al wat ik doe voor ik het doe. 

De hand die hij eerst op mijn mond had gaat nu weer onder mijn shirt. Van schrik verstijf ik even en daar maakt hij gebruik van door de kus te verdiepen. Ik daar in tegen werk totaal niet mee en probeer het te voorkomen, maar niks werkt meer. Mijn lichaam wilt niks meer doen. Het is kapot door al het vechten de laatste tijd. Als zijn hand mijn broek los wilt maken schrik ik op uit de trans. Mijn lichaam reageert eindelijk weer op mijn commando's.  Ik bijt hard in zijn lip waardoor hij geschrokken ene stap achteruit doet. Ik haal uit met mijn hand en sla hem met een pats op zijn wang die nu al rood begint te zien. 

"Verdomme blijf met je vieze handen van je af en raak mij nooit meer zo aan!" Roep ik en gooi de deur open. Voor ik daad werkelijk een stap heb kunnen zetten word er hard tegen mijn hoofd aan geslagen en is het enge wat ik zie is zwart.

The game is overWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu