The Runner (On Hold)

Bryce

Pov Urah

Ik sluit even mijn ogen en dommel wat weg. Ik word wakker doordat iemand mijn naam fluistert.

Ik open vermoeid mijn ogen en kijk rond. Als ik zie dat Bryce me aankijkt sta ik meteen op en stap naar hem toe.

'Wat is er?' Vraag ik bezorgd. Hij schud zijn hoofd. 'Is er iets te drinken?' Vraagt hij. Ik knik en pak het bord, ondertussen zet hij zich iets rechter.

Ik reik hem het bord en het glas aan. 'Dankje' zegt hij. Ik knik en plof weer in de zetel.

'Wat ga je nu doen met Dieter?' Vraagt hij en neemt een slok van zijn drinken. Zuchtend haal ik een hand door mijn haar.

Ik haal onwetend mijn schouders op. 'Gewoon negeren denk ik'. 'Blijf gewoon bij iemand zodat hij niks kan doen' zeg hij.

Ik knik. 'Goed idee'. Geduldig wacht ik tot hij klaar is met eten. Als hij klaar is pak ik zijn bord eb zeg dat ik het naar Arthur ga brengen.

Ik stap de hut uit en kijk naar de omgeving, mijn huis in feite. De plaats waar ik mijn leven moet doorbrengen.

Ik zucht en stap richting Arthur. In de verte zie ik Dieter afkomen en ik krijg het al een beetje benauwd.

Ze komen steeds dichter en dichter en voor een moment vrees ik voor mijn leven.

Plots tikt iemand me op mijn schouders en geschrokken draai ik me om, het is Joshua.

'Man, ik wil je 1000 keer bedanken dat je Bryce levend hebt terug gekregen.' Zegt hij.

'Je kan niet een vriend genoemd worden want vrienden doen zoiets niet.' Bijt ik hem toe.

Hij zucht. 'Ik weet het, daarom ben ik geen renner meer' zegt hij zacht. 'Alsnog' snauw ik en stap bij hem vandaan.

Ik breng onze borden naar Arthur die me ook nog eens bedankt dat ik Bryce levend daaruit kreeg en complimenteerde me voor mijn moed om daar in te gaan.

Als ik terug naar de hut ga hoor ik in de verte geschreeuw. Het is geschreeuw van meerdere mensen.

Zo nieuwsgierig als ik ben stap ik er op af en zie ik Cesaar met Dieter en Jordy vechten.

'Hee stop eens' roep ik en zie Alias ook naar hier rennen.

Mitcha, Vic, Mouro en ik houden ze tegen. 'Waarom doe je dit' fluister ik naar Cesaar. Hij weet dat dit niets oplost.

'Je snapt het niet' zegt hij en probeert vanonder mijn grip te komen. 'Leg het mij dan uit' antwoord ik en versterk mijn greep.

Voor hij iets kan zeggen roept Alias om stilte.

'Jij gaat 4 dagen in de cel' schreeuwt hij woedend naar Dieter. 'En jij mag er 2 dagen in' schreeuwt hij maar nu tegen Jordy. 'Nu!' Meteen bregen ze hun naar de cellen.

'En jij kunt ook een nachtje doorbrengen in de cel' snauwt hij naar Cesaar.

Brecht trekt hem recht en sleurt hem naar de cellen. 'Wat the fuck is er juist gebeurd' fluister ik zacht en knijp in mijn neusbrug.

Ik zucht eens diep en besluit terug te gaan naar Bryce.

Als ik er ben zie ik dat hij weer ligt te slapen. De arme jongen moet goed uitrusten.

---
Dit hoofdstuk was echt slecht! Ik heb plots geen inspiratie meer... iemand ideeën?