Hoofdstuk 14: Mysteries omarmd

174 8 16
                                    


Harry was Harry niet geweest als hij Fay-Linn die zaterdag niet alsnog stond op te wachten bij de grote deuren in de hal. Het viel hem direct op dat ze een jurkje droeg van crèmekleurig kant en hij vroeg zich af waarom hij het nog nooit eerder had gezien. Zodra ze hem daar zag staan, vertrok haar gezicht alsof hij net een paar Mestbommen had neergegooid.
"Hallo," zei hij alsof hij haar gezichtsuitdrukking niet had gezien.
"Waarom ben je hier?"
Harry zuchtte. "Dat weet je best, dus maak het nou maar niet moeilijk."
Hij zou er nooit bij vermelden dat hij niet wilde dat ze gevaar zou lopen en dat hij zich verplicht voelde om haar naar Zweinsveld te brengen. Fay-Linn zweeg in alle talen en keek de andere kant op terwijl ze gezamenlijk het kasteel verlieten.
"Ik heb die jurk nog niet eerder gezien," probeerde hij om de spanning te verminderen.
"Hij is nieuw."
"Ik wist niet dat je was wezen winkelen."
Hij bestudeerde haar gezicht terwijl ze antwoord gaf. "Hij werd vanmorgen met de uilenpost gebracht. Er zat een briefje bij."
"Dat je hem vanavond aan moest doen," gokte Harry.
Fay-Linn knikte. "Maar dat is niet erg, ik vind hem mooi."
"Hij.. staat je erg goed." Dat was niet waar; de jurk stond haar zo goed dat iedere andere vrouw naast haar zou verbleken, maar dat kon hij haar natuurlijk niet zeggen en daarom hield hij verder zijn mond.
"Waar heb je met Malfidus afgesproken?"
"De Drie Bezemstelen," antwoordde ze. "Maar je hoeft niet mee naar binnen."
"Dat was ook niet mijn intentie."
Het was een tijdje stil terwijl ze verwarmd door het avondzonnetje richting Zweinsveld liepen. Harry was licht verbaasd toen Fay-Linn hem haar excuses aanbood.
"Het spijt me van laatst, dat ik zo boos werd. Ik geloof nu dat jij niet wist wat er gebeurde. Het is jammer dat ik het zelf ook nog steeds niet weet, maar.. Nou ja, ik geloof je."
Hij knikte. "Dat zit wel goed."
"Fijn, ik wil onze vriendschap niet kwijt."
"Ik ook niet," zei hij vlug. "Weet je eigenlijk wel zeker dat je zin hebt om met Malfidus te praten?"
"Ik ben benieuwd wat hij te zeggen heeft aangezien hij me nooit meer heeft terug geschreven."
"Vast niets wat je nog niets wist," mompelde hij.
Ze sloeg hem speels tegen zijn arm. "Je mag me best een vriendschap gunnen."
"Oh, ik gun je ook best een vriendschap."
"Maar?"
Harry haalde nietszeggend zijn schouders op en voelde zich licht teleurgesteld toen hij zag dat ze bij De Drie Bezemstelen waren aangekomen.
"Moet ik je vanavond ook weer op komen halen?"
Ze schudde haar hoofd. "Ik vraag wel aan Draco om met me mee te lopen, het komt wel goed."
"Dan.. Veel plezier."
Ze glimlachte voorzichtig naar hem, schoof een verdwaalde pluk bruin haar achter haar oor en ging toen het café binnen. Even bleef Harry naar de dichtgevallen deur van De Drie Bezemstelen staren, maar hij besloot al snel dat het verstandiger was om terug te lopen naar Zweinstein.

Op een traag tempo slenterde Harry weer terug. Het voelde verkeerd om Fay-Linn bij Malfidus achter te laten, het was alsof hij een grote fout beging.
Hij stak zijn handen in de zakken van zijn gewaad en bleef op het bruggetje staan om naar het kabbelende beekje te kijken. Enkele verdwaalde stenen lieten het water klotsen en lieten Harry denken aan de obstakels in zijn eigen leven. Hij probeerde zijn leven wel langs die stenen op te leven, maar kon niet voorkomen dat het alsnog tegen de stenen werd gesmeten.
"Heb je haar naar Zweinsveld gebracht?" vroeg Minerva die hem op had staan wachten in de hal. Hij knikte. "Tot aan de deur van De Drie Bezemstelen."
"Fijn. Heb je zin in een kop bosbessenthee?"
Hij keek haar schuldbewust aan. "Het spijt me, ik zou graag even bij Hermelien op bezoek gaan."
"Dat geeft niks, ik zal Hagrid gezelschap houden. Die houdt ook wel van een kopje thee."
"Een emmer," verbeterde Harry haar. Ze glimlachte en legde haar hand op zijn schouder neer. "Fijne avond, Potter."
"Eensgelijks," zei hij voordat hij de trappen op ging en de snelste route naar de kamer van Hermelien nam.

"Mag ik binnenkomen?" vroeg hij nadat hij geklopt had.
Hermelien deed de deur op de dreuzelmanier voor hem open en gebaarde hem binnen te komen. "Laat me raden, je hebt mijn advies nodig?"
Hij grijnsde. "Nee, alleen je mening."
"En het gaat over Fay-Linn Harper," vulde Hermelien al voor zichzelf in.
"Correct. Malfidus heeft haar na al die weken ineens uitgenodigd om te praten, vind je dat niet vreemd?"
"Het is wel opmerkelijk, ja." Ze schonk pompoensap voor hem in en ging op haar hemelbed zitten terwijl Harry in een fauteuil plaats nam.
"Volgens mij wil hij haar overhalen om alsnog een relatie met hem aan te gaan."
"Hij kan het altijd proberen.."
"Ja," zei Harry, "maar ik begrijp het niet."
"Jij zou het juist moeten begrijpen!"
Hij keek Hermelien vragend aan. "Hoezo?"
"Jij bent degene die smoorverliefd op haar is, jij zou toch moeten begrijpen waarom Draco haar alsnog wil zien?"
"Hmpf."
Ze lachte en schudde haar hoofd. "Je bent zo vreselijk jaloers, ongelooflijk."
"Ik ben niet jaloers," ontkende hij direct.
Ze trok een scheef gezicht en nam een slok van haar sap. "Natuurlijk niet."
"Oké," mompelde hij, "misschien een beetje."
"Je weet dat Draco haar niets zal aandoen. En waarschijnlijk wil Fay-Linn nog steeds niets meer dan vriendschap van hem. Het is toch goed dat ze hun vriendschap wil herpakken?"
"Nou, fantastisch. Tien punten voor team Harper."
Ze negeerde zijn sarcastische opmerking en Harry staarde een tijdje zwijgend uit het raam. Hoewel Harry's kamer vooral zicht bood op het schoolmeer, gaf de kamer van Hermelien zicht op het pad dat naar Zweinstein leidde en kon zij dus ook alle mensen op Zweinstein zien arriveren.
Harry vond het een goede plek om zijn avond te spenderen, zo kon hij direct in de gaten houden of Malfidus Fay-Linn inderdaad weer terug bracht naar het kasteel.
Wat er vijftien minuten later gebeurde, veranderde echter alles en zette Harry's wereld direct op zijn kop.

Absentia Mentis (Harry Potter fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu