Ze fluisterde geruststellend tegen haar beste vriendin, hield haar hand vast en wreef haar lange, mooie bruine haren, die nu vol bloed hingen en kletsnat waren van het zweet, uit haar prachtige gezicht.
Daar was Leyla altijd al jaloers op geweest; het uiterlijk van haar beste vriendin. Larissa had alles waar elk meisje van droomde. Lange, perfect in model zittende haren die lichtjes krulden en een strakke, jonge, gebruinde huid die haar prachtige grijze ogen extra accentueerde, sportief lichaam met lange benen en mooie rondingen. Ze leek zo uit een tijdschrift gestapt.
Dat was nu allemaal verpest, en daar was Leyla het meeste boos om. Ze wist dat Larissa het zou overleven, dat had de krullenbol haar gezegd. Hoe hij dat zo zeker wist, wist ze zelf niet, maar hij gaf haar op de een of andere manier het gevoel dat ze hem kon vertrouwen. Cliché, niet?
Neff kwam de caravan ingelopen. "Hoe gaat het met haar?", vroeg hij Mel en keek bezorgd naar de twee meisjes. Mel antwoordde niet en even later hoorde Leyla ze naar buiten gaan. Meteen sloegen de zenuwen haar om het hart. Waarom gaf Mel geen antwoord? Ging ze het toch niet overleven? Snel liep ze naar een raampje toe en kantelde het open.
"Ze slaapt nu maar ik ben bang dat als ze wakker gaat worden, het er niet goed uit gaat zien", hoorde ze Mel zeggen. "Waarschijnlijk gaat ze door die wonde nooit meer kunnnen praten, maar waar ik het meeste om vrees, is dat ze misschien niet meer zal kunnen eten." Neff slaakte een diepe zucht terwijl Leyla zich afvroeg wat daar zo erg aan kon zijn.
"Dan gaan we haar moeten vermoorden", fluisterde hij zachtjes. Wat? Haar vermoorden!?
Verward liet Leyla het raampje los en zette er een stap vandaan. Wat was er toch aan de hand? Ze begreep er niets meer van.
"Arme meid", zei Mel nog, voor het stil werd. Leyla slaakte een gesmoorde gil toen iets haar arm vastgreep en ze draaide zich geschrokken om. Larissa keek haar met grote, bange ogen aan en trok haar dichterbij. Meteen knielde Leyla naast het bed neer en streelde geruststellend de hand van haar vriendin. Tranen stonden in haar ogen en Leyla veegde ze zachtjes weg.
"Ssstt, rustig maar. Alles komt in orde. Blijf liggen. Ik ga de rest zeggen dat je wakker bent, goed?" Larissa knikte en sloot haar ogen van vermoeidheid. Ze begreep niet wat er met haar gebeurde, maar ze wist dat het niets goeds kon zijn. Ze wist ook dat die jongens die haar aanvielen zombies waren, ook al hadden ze er als normale tieners uit gezien. Ze was zo verward, en hoewel ze geen pijn meer had, verkeerde ze nog steeds in schok, maar Leyla was bij haar en dat stelde haar gerust. Ze liet de arm van haar beste vriendin los en keek toe hoe ze de caravan waarin ze lag uitliep.
Leyla schrok zich (alweer) een hoedje toen ze de caravan uitliep en bijna tegen Neff opbotste. Hij pakte haar voorzichtig, maar stevig, vast bij haar armen om te voorkomen dat ze viel. "Sorry, ik had je niet zien staan", verontschuldigde ze zichzelf, maar ze bleef staan waar ze stond en trok haar armen niet los. De huid waar Neff haar aanraakte begon lichtjes te tintelen en ze keek recht in zijn schattige, bruine ogen. Kuchend liet Neff haar weer los en zette een stap bij haar vandaan.
"Is ze al wakker?", vroeg hij en Leyla dacht even na over het antwoord. Kon ze hem, na zijn gesprek met Mel, nog vertrouwen?
"Eum. Ja", zei ze dan uiteindelijk toch omdat ze wist dat het geen zin had tegen hem te liegen. Hij knikte.
"Goed, we zullen straks even bij haar gaan kijken. Eerste stel ik voor dat je je een beetje gaat opfrissen voor we gaan bespreken hoe het nu verder gaat gaan." Hij wees naar haar lichaam en verward liet Leyla haar blik naar beneden glijden. Haar kleren en armen hingen onder het bloed en ze vermoedde dat haar haar en gezicht er niet veel beter aan toe waren. "Kom mee, ik zal je naar Ricky brengen. Zij zal je wel wat spullen geven."
JE LEEST
Zombie Ziel #2: Sterfelijk gezield
FantasyIn dit boek zul je de avonturen meebeleven van de de zombie Neff en het vluchtende meisje Leyla. Elk hebben ze hun eigen verhaal, hun eigen perspectief op de dingen. Tot ze tegen elkaar oplopen en hun hele wereld voor een tweede keer op zijn kop kom...