HOOFDSTUK 1

2 0 0
                                    

Voordat ze het meisje zonder Verleden werd - Zij die uit het Niets Verscheen, de Eerste en Laatste en Enige, die duizend jaar leefde - was ze gewoon een klein meisje in Iowa dat Amy heette. Amy Harper Bellafonte.
De dag dat Amy werd geboren was haar moeder, Jeanette, negentien jaar. Jeanette noemde haar baby Amy, naar haar eigen moeder, die was overleden toen Jeanette nog klein was, en gaf haar als tweede voornaam Harper, naar Harper Lee, de vrouw die to kill a mockingbird had geschreven, Jeanettes lievelingsboek - eerlijk gezegd ook het enige dat ze op de middelbare school helemaal uit had gekregen. Ze had overwogen om haar scout te noemen, naar het kleine meisje in het verhaal, omdat er wilde dat haar dochtertje net zo zou worden: stoer, grappig en wijs, iets waar zij, Jeanette, nooit in was geslaagd. Maar scout was een jongensnaam en ze wilde niet dat haar dochter de rest van haar over zoiets tekst en uitleg zou moeten geven. Amy's vader was de man die op een dag was verschenen in het restaurant waar Jeanette al sinds haar zestiende als serveerster werkte, een wegrestaurant dat iedereen het Blik noemde, omdat het er zo uitzag: als een grote chromen koekblik langs de provinciale weg, met aan de achterkant maïs- en bonenvelden en verder in de wijde omgeving niets anders dan ren autowasserette, zo een waarbij je munten in het apparaat moest stoppen en al het werk zelf moest doen. De man, die Bill Reynolds heette, verkocht maaidorsers en oogstmachines, dat soort apparaten, en hij was een charmeur. Toen Jeanette zijn koffie inschonk vertelde hij haar hoe knap ze was en later herhaalde hij keer op keer hoe mooi hij haar gitzwarte haar en haar groenbruine ogen en slanke polsen vond, en hij zei het allemaal op zo'n manier dat het klonk alsof hij het meende, niet zoals de jongens op school het zeiden: alsof de woorden nou eenmaal gezegd moesten worden om haar zover te krijgen dat ze hen hun gang liet gaan. Hij had een grote auto, een nieuwe Pontiac, met een dashboard dat oplichtte als een ruimtevaartschip en leren stoelen zo romig als boter. Ze had van die man kunnen houden, dacht ze, waarachtig en echt van hem kunnen houden. Maar hij bleef maar een paar dagen in de stad en toen vertrok hij weer. Toen ze haar vader vertelde wat er was gebeurd, zei hij dat hij hem wilde gaan zoeken, om hem te dwingen zijn verantwoordelijkheid te nemen. Maar wat Jeanette wel wist en niet zei, was dat Bill Reynolds getrouwd was. Hij was een getrouwde man met een gezin in Lincoln, ver weg in Nebraska. Hij had haar zelfs de foto's in zijn portemonnee van zijn twee kinderen laten zien: twee jongetjes in honkbaltenue, Bobby en Billy. Dus hoe vaak haar vader ook vroeg wie de man was die haar dit had aangedaan, ze bleef zwijgen. Ze vertelde hem niet eens hoe hij heette.
En eerlijk gezegd vond ze het allemaal niet zo erg: niet het zwanger zijn, wat tot op het allerlaatst een fluitje van een cent was , niet de bevalling zelf, die zwaar was maar vlot verliep, en al helemaal niet om een baby te hebben, haar kleine Amy. Om Jeanette te laten zien dat hij haar had vergeten, had haar vader de oud slaapkamer van haar broer opgeknapt, zodat die als kinderkamer kon dienen, en de oude wieg van zolder gehaald, die waar Jeanette zelf jaren geleden in had geslapen. In de laatste maanden voordat Amy kwam, was hij met Jeanette naar de Wal-Mart gegaan om wat spulletjes te kopen die ze nodig zou hebben, zoals pyjama's, een plastic badje en een opwindbaar mobile om boven de wieg te hangen. Hij had een boek gelezen waarin stond dat baby's dat soort dingen nodig hadden, iets om naar te kijken zodat hun hersentjes geactiveerd werden en goed gingen werken. Vanaf het begin had Jeanette altijd aan haar baby gedacht als 'zei', omdat ze diep in haar hart een meisje wilde, maar ze wist dat je zoiets tegen niemand kon zeggen, zelfs niet tegen jezelf. Ze had een echo laten maken in het ziekenhuis, waar ze aan de vrouw, een dame in een gebloemde jas die het plastic spateltje over Jeanettes blote buik bewoog, vroeg of ze kon zien wat het was. Maar de vrouw lachte, terwijl ze op het scherm de beelden bekeek van Jeanettes baby, die binnen in haar lag te slapen, en zei: 'lieverd, deze baby is verlegen. De ene keer kun je het wel zien en de andere keer niet, en dit is zo'n andere keer.' Dus Jeanette wist het niet, wat ze uiteindelijk best vond. Toen haar vader en zij de kaler van haar broer hadden leeggehaald en zijn oude clubvaantjes en posters van de muren hadden gehaald - Jose Canseco, een band die Kille Picnic heette en The Bud Girls - zagen ze hoe verbleekt en haveloos alles eruitzag en verfden ze de in een kleur die volgens het etiket op het blik 'Droomtijd' heette en op de een of andere manier tegelijk blauw en roze was: altijd goed, of het nu een jongetje of een meisje werd. Haar vader plakte een stook behang langs de randen van het plafond, met een patroon van eendjes die in een plas water rondspartelden, en hij knapte een oude essenhouten schommelstoel op die hij op de veiling had gekocht, zodat Jeanette wanneer ze met de baby thuiskwam een plekje had om haar te zitten.
De baby kwam in de zomer, het meisje waar er op gehoopt had en dat ze Amy Harper Bellafonte noemde. Het leek weinig zin te hebben om de naam Reynolds te gebruiken, de achternaam van ren man van wie Jeanette vermoedde dag ze hem nooit meer zou zien, en die ze nu Amy er was ook niet meer wilde zien. En Bellafonte: een betere naam kon je niet wensen. Het betekende 'mooie bron' en dat was Amy ook. Jeanette voedde, wiegde en verschoonde haar, en als Amy midden in de nacht huilde omdat ze een natte luier had, de borst wilde of bang was in het donker, strompelde Jeanette Bie de overloop naar haar kamer, hoe laat het ook was en hoe mie zr zich ook voelde na haar werk in het Blij, om haar op te pakken en te laten weten dat ze er was, dat ze rr altijd zou zijn. Als je huilt kom ik meteen naar je toe, dat us een afspraak tussen ons beidjes, tussen jou en mij, voor eeuwig en altijd, mijn kleine Amy Harper Bellafonte. En dan hield ze haar in haar armen en wiegde haar totdat het ochtendgloren de gordijnen deed verbleken en ze buiten vogels hoorde fluiten in de takken van de bomen.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Dec 21, 2017 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

De oversteekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu