4. De raadsontmoeting

27 3 0
                                    

Nog steeds verwonderd door de grote vleugels achter op Mike zijn rug hangt Desy in zijn armen.
'Mike?' Begint Desy voorzichtig.
'Hhmm?' Antwoord Mike een beetje afwezig.
'Waarom heb je mij nooit iets verteld over dit hele gebeuren?'
Mike zucht.
'Het is nooit mijn taak geweest om het je te vertellen Desy.'
'Waarom ben je dan al die tijd bij me gebleven, wat is jouw taak dan?'
'Ik ben jouw tutela, dat betekend beschermende in Latijn.'
'Maar, waarom? Ik ben een doodsnormaal meisje. Heeft iedereen een tutela?'
'Oh Des, jij bent zo veel meer dan doodsnormaal. Jij, jij bent een van de uniekste schepsels in deze dimensie.'
Schepsel
'Mike asjeblieft, kan je me niks vertellen over wat er aan de hand is?'
'Desy, zoals ik al zei, het is mijn taak niet dit aan jou te vertellen.'

Na wat een eeuwigheid leek, merkt Desy dat Mike begon te dalen.
'Waar zijn we?' Vraagt ze een beetje wantrouwend.
'Noorwegen.'
Met een zachte plof komen ze tot stilstand op de vochtige mossige grond in een, zo lijkt het, groot bos.
'Wat-wat doen we hier?'
'De raad vestigt zich hier in dit bos.' zegt Mike.
'De raad?'
'De raad is het engelenbestuur.'
'Oh.' Desy kijkt rond zoekend naar iets wat er op wijst dat er een belangrijk gebeuren hier is.
'Waar is het dan?'
Mike heeft een grijns op zijn gezicht.
'Je staat er bovenop.'
'Bovenop?'
'Kom maar mee.'
Mike loopt een paar bosjes in en verdwijnt dan in de grond.
Verbaasd rent Desy erachteraan.
Op de plek waar Mike verdween is een open luik dat leid naar een verlichte gang. Desy kruipt het luik in en zodra ze neer komt op de grond slaat het luik dicht.
De gang is smetteloos wit en word fel verlicht door led lampen.
Op de muren hangen talloze schilderijen. De meeste gaan over engelen, maar er zijn er ook met grote landschappen of vazen met bloemen.
Bewonderend loopt Desy door de gang.
'Vind je ze mooi?'
Desy merkt nu pas dat Mike aan het eind van de gang staat. Desy knikt, nog steeds verwonderd door de kunst.
'De raad kan niet wachten jou te ontmoeten.'
Samen lopen ze door een glazen deur naar een middelgrote zaal met in het midden een ruime ronde tafel.
Een man ziet ze binnenkomen en staat onmiddellijk op.
'Desy Mercier!' zegt hij als hij naar ze toeloopt.
'Ik ben Lennart Baro.'
Hij schudt vrolijk de hand van Desy.
'Ik heet Alderwood meneer, ik denk dat u de verkeerde voor u heeft.'
De man kijkt ineens ernstig.
'Dat klopt sorry, ik was vergeten dat je nog niks wist.' zegt de man meer in zichzelf.
'Neem plaats.'
En de man wijst naar een lege stoel.
Desy loopt een beetje nerveus naar de stoel en neemt plaats. Ze voelt dat alle blikken op haar gericht zijn.
'Wat een eer om je te hebben hier Desy.' zegt Lennart.
'Sorry, maar mag ik weten hoe u mij kent?'
'Iedereen in onze wereld kent jou, Desy. Misschien niet specifiek dat jij het bent, maar de verhalen over iemand als jij? Reken er maar op dat ze die kennen.'
Desy is van haar stuk gebracht.
'Mensen zoals mij?'
'Jij bent de enigste in jouw soort.'
'Maar ik ben maar gewoon een mens.'
'Desy, al zou je normaal willen zijn, dat ben je niet.'
'Wat-wat ben ik dan?' vraagt Desy met een verward gezicht.
De man zucht.
'Wat ik je nu ga vertellen Desy, ga je waarschijnlijk niet geloven.'
Lennart schraapt zijn keel.
'Ik begin bij het begin.
Zo'n zestien jaar geleden is jouw moeder weggerend van onze wereld, maar vooral weg van je vader.
Jouw moeder was een van ons, een engel. Maar jouw vader, hij was een demoon. Hun liefde was bijzonder, ongebruikelijk zou je kunnen zeggen, maar toen je vader een plek in de demonenraad kreeg, veranderde dat.
Jouw moeder kwam er achter dat ze zwanger was, van jou. Het was heel erg ongebruikelijk, onmogelijk zelfs, want jouw vader is een demoon.
Toch was het zo.
Vrolijk door het onverwachtse nieuws zocht Hope, jouw moeder, Danté, jouw vader, op om het te vertellen.
Maar je vader was veranderd, de plek in de raad maakte hem een wrede man, hij wilde alle macht hebben en niks kon hem tegenhouden.
Hij zag jou als een bedreiging voor zijn greep naar de macht.
Een kind van een engel en een demoon zou zoveel macht kunnen hebben. Hij besloot dat hij ervoor zou zorgen dat je het buitenlicht nooit zou zien.
Hij begon je moeder ter plekke te wurgen. Je moeder was een goede vechter en had altijd een mes bij zich. Met moeite kreeg ze het mes te pakken dat tegen haar been aanzat en stak hem in het been. Danté verkrampte van de pijn en Hope nam deze kans om weg te rennen.
Diezelfde dag is ze nog vertrokken, ze heeft een brief achtergelaten waarin ze verteld had wat er gebeurd is en is toen weggegaan. Ze is gevonden door een paar mensen, huilend op straat.
Ze hebben voor haar gezorgd de tijd dat ze zwanger was en toen is ze weer vertrokken, jou achterlatend. Ze wist wat voor krachten je zou kunnen bezitten en bedacht dat je daarom bij een ander gezin veiliger zou zijn, weg bij alles wat ook maar met onze wereld te maken had. Of het de bedoeling was dat je gevonden zou worden? Geen idee, waarschijnlijk niet.'
Desy's gezicht staat gebroken en verschrikt.'
'Nee, dat kan niet' stamelt ze.
'MIJN ECHTE OUDERS ZITTEN NU THUIS!' Schreeuwt ze.
'Desy, asjeblieft.'
'NEE! JULLIE HEBBEN GEEN GELIJK!'
'Je bent geadopteerd.' Zegt Lennart alsof het allemaal niks is.
'Nee..' Piept Desy dan met tranen in haar ogen.
'Nee, dat zou betekenen dat ik heel mijn leven ben voorgelogen.'
Maar, denk eens even na.
Beginnen haar gedachten.
Je obsessie met mythes over engelen en demonen, het gevoel alsof je nooit erbij hoorde.
Het feit dat je op níemand in je familie lijkt.
En dan de droom over de jongen, ongetwijfeld een demonen uiterlijk.
'Die-die droom die ik vannacht heb gehad, was dat een demoon?'
Desy kijkt Lennart een beetje smekend aan, hopend dat het allemaal een zieke grap is.
'Ja, en daarom ben je nu hier.'
Desy begint te hyper ventileren.
'Als die demoon jou vannacht niet had opgezocht was je waarschijnlijk nu gewoon thuis.'
Opgezocht, echt gebeurd dus.
'Dus het was géen droom?'
'Het spijt me heel erg Desy, maar nee.'
Desy probeert haar adem onder comtrole te krijgen.
'Maar, als mijn moeder een engel was en mijn vader een demoon, betekend dat dat ik beíde ben?'
'Ja Desy, jij bent half engel en half demoon, en de enigste in jouw soort.'
Desy kijkt even gauw naar Mike die uitdrukkingloos alles volgt.
'Ik geloof u niet. Als ik dat echt was, waar zijn mijn krachten dan al die jaren geweest?'
Zegt Desy aanvallend.
'Jouw krachten zijn in al die jaren onnodig geweest en daarom hebben ze zich nooit laten zien. Maar als je je er heel erg op concentreerd, zou je veranderen.'
'Laat zien.'
De man kijkt opzij naar een donkere jongen.
'Darryl, zou jij haar willen meenemem om het te laten zien.'
'Oke meneer.'
Desy kijkt hem argwanend aan.
'Waarom zou ik hem moeten vertrouwen?'
'Omdat hij familie van mij is.'
Mengt Mike zich in het gesprek.
Desy kijkt hem ongelovig aan.
'Ik weet dat we totaal niet op elkaar lijken, verdere uitleg komt later.'
Desy vertrouwd het nog steeds niet maar staat toch op en loopt achter Darryl aan.

Darryl loopt een andere zaal binnen die bijna even groot is.
'Dus,' begint Desy. 'hoe moet ik veranderen?'
'Je concentreerd je erop, de eerste keer is misschien wat moeilijk maar het lukt je wel.'
Desy haalt diep adem en begint zich te concentreren.
Waar zou ik aan moeten denken?
Desy probeert een beeld voor te stellen van haar vorm als half engel, half demoon.
Zie je wel, dit is onzi-
Desy voelt ineens een soort warmte bezit van haar nemen en ziet een licht ontstaan achter haar dichte oogleden.
Als Desy voelt dat de warmte wegtrekt opent ze haar ogen en staat ze oog in oog met een wezen waar ze nog nooit in haar leven van gehoord had.
Grijze vleugels, grijze hoorns en de ogen, de ogen waren donkerpaars.
Desy staart verschrikt naar haar spiegelbeeld en beseft het dan.
Dat is mijn ware aard.
Desy voelt de tranen prikken en rent de zaal uit, tegelijkertijd terug transformerend naar haar menselijke vorm.
De pijn in haar ledematen van die dag verdoven door een andere pijn, mentale pijn.
Ze hoort een paar mensen haar roepen maar kijkt niet achterom.
Gauw klimt ze het luik uit en rent een stukje het bos in.
Door de tranen in haar ogen kan ze niks zien en valt ze neer.
Huilend blijft ze liggen.
Ik ben een monster, een verschrikkelijk monster.

Ik moet echt meer uploaden sorryy
Ik hoop dat dit hoofdstuk een beetje goed is, vanaf nu begint het echt eigenlijk hehe

Bruised                                        The casca chronicles deel 1 dutchWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu