Hoofdstuk 5

103 9 2
                                    

Aliah

De regen tikt nou al 3 uur onvermoeibaar op haar slaapkamerraam. Ze ligt op haar rug - het plafond bestuderend. Een paar jaar terug had ze "glow in the dark" sterren op haar plafond geplakt, omdat ze bang was in het donker. Vorig jaar wou ze ze plotseling niet meer en toen moest haar moeder ze er voor haar afhalen. Eén sterretje wou niet weg. Hij was het kleinst van allemaal, en zat zo goed vast dat ze hem er zelfs niet afkregen met een beitel. Nu hangt hij er nog steeds, helemaal alleen. Net zoals jij. Onmiddellijk schudt ze haar hoofd. Ze moet niet zo dramatisch doen. Met een zucht draait ze zich op haar rechterzij, en zonder echt goed te kijken grijpt ze naar haar telefoon.

Ugh, dat scherm is fel. Ze moet haar telefoon eerst op een afstandje houden voor ze alles goed kan zien. Geen meldingen, geen e-mail, geen whatsapp, geen gemiste oproep. Eigenlijk had ze ook niks anders verwacht, het is inmiddels al vier uur 's nachts. Gelaten legt ze haar telefoon weer terug op haar nachtkastje. Zou John ook wakker liggen? John, met zijn blauwe ogen en eikenbruine haar. Met een ruk gaat ze rechtop zitten, en als het niet zo donker was geweest had ze gezworen dat het even zwart voor haar ogen werd. Ruw wrijft ze in haar ogen. Het liefst zou ze blijven liggen in haar lekkere warme bed, maar ze komt zo toch nooit in slaap. Razendsnel - zodat ze het niet te lang koud heeft - stapt ze uit bed, en ze rent naar haar deur - waar haar badjas hangt.

Zo stil mogelijk - anders worden de onderburen wakker - loopt ze naar haar raam. Als ze haar raam opent, wordt ze meteen kleddernat door een hevige windvlaag die een boel regen meebrengt. Geweldig. Met dichtgeknepen ogen sluit ze het raam weer, en ze loopt als een verzopen kat naar haar deur, zodat ze haar badjas aan kan doen. O ja, die heeft ze al aan. Nog meer geweldigheid. Door de koude regenvlaag is ze nu helemaal wakker en ze doet het licht aan. De vloer onder haar raam is natuurlijk ook helemaal nat.

Op de tast loopt ze naar de badkamer, waar ze een handdoek uit de kast pakt. Ze loopt dezelfde weg weer terug, en dept met de handdoek de vloer onder haar raam droog. Als de vloer droog is trekt ze zelf ook wat droogs aan, en ze gaat op haar buik weer in bed liggen.

Haar ogen vallen al dicht en ze is net bijna in slaap gevallen als haar telefoon plotseling gaat. Geschrokken draait ze zich op haar rug. Degene die haar nu nog durft te bellen heeft een serieus probleem. Boos neemt ze op. 'Met Aliah.' 'Hey, met John,' klinkt het nerveus aan de andere kant van de lijn. Aliah slaat haar hand voor haar ogen. Hopelijk heeft hij iets belangrijks te melden, ze was net in slaap aan het vallen. Als hij er niet was geweest had ze nu tenminste een normale nachtrust gehad. 'Serieus, John? Wat is er zo belangrijk?' Gekuch. 'Ik weet niet of het wel zo'n goed plan is, Aliah.'

Ze trekt haar wenkbrauwen op. Ze hadden het toch al helemaal uitgedacht? Oké, misschien niet helemaal, maar ze een goed plan bedacht. Tenminste, dat vond ze zelf.

'Of wát precies geen goed plan is.' 'Jeweetwel, waar we het vandaag over hadden.' 'Luister John, Ik heb morgen werk, ik sms je wel als ik vrij ben, dan kunnen we ergens afspreken en dit uitpraten, goed?' Stel ik geïriteerd voor. 'Heb ik je wakker gemaakt?' Klinkt het - een stuk minder nerveus - uit de speaker van haar telefoon. Oké, hij heeft haar niet écht wakker gemaakt, maar een leugentje om bestwil kan geen kwaad. 'Ja! Ik was aan het slapen als een roosje, en ik had de beste droom ooit,' zegt ze chagrijnig.' Stilte. 'Sorry hoor, slaap gerust verder, doornroosje.' Verontwaardigd houdt Aliah haar telefoon op een afstandje, zodat ze regelmatige piep die uit haar speaker komt niet hoeft te horen. Die lomperik heeft opgevangen.

Ze gaat weer op haar buik liggen en sluit haar ogen, maar natuurlijk is nu weer klaarwakker. Geweldig.

John

Ik weet dat ik mijn bed uit moet, - het is al half 1 - maar omdat ik ziek ben blijf ik lekker liggen. Met mijn hand en nachtlampje maak ik schaduwen op mijn plafond, en ik zucht. Duf van het in bed liggen rol ik op mijn buik. Nonchalant haal ik mijn hand door mijn korte haar. Het voelt vettig. Ik besluit een douche te nemen en dan weer in bed te gaan liggen.

Heet water stroomt langs mijn gezicht en mijn neus in. Ik snuit het water uit mijn neus en leun met mijn bonkende hoofd tegen de koude tegels. Ik ben nou al bijna een week ziek, en het is echt niet meer grappig - levensreddende bouillon of niet. Snel was ik mijn haar en lichaam met wat flesjes die ik toevallig tegenkom, en spuit wat deo op terwijl ik me afdroog en kleren aantrek. Wacht even... ik ruik onder m'n oksel, en kijk naar de spuitbus in mijn hand. Gatver, de deo van Jenny. Ik trek mijn neus op, nu ruik ik dus naar - ik werp nog snel een blik op de spuitbus vrouwendeo - "frisse citroen & kamille". Ranzig.

In mijn boxer en slaapshirt loop ik de gang op. Natuurlijk komt Jenny net op dat moment de trap op lopen. Als ze hem ziet houd ze snel haar hand voor ogen en zegt: 'John, loop door! Trek voortaan een broek aan, er lopen hier nog meer mensen hoor!' Ik grijns en loop overdreven langzaam mijn kamer in. 'Als je dat nog is doet, maak ik er een foto van, en dan stuur ik hem naar Aliah,' roept ze me nog na. Mijn spieren verstijven als ik aan Aliah denk, en ik ga op mijn bed zitten. Hij moet weer denken aan hun telefoongesprek die nacht. Hij was misschien bot. Een beetje heel erg bot. Maar zij zit waarschijnlijk niet met zo'n enorme knoop in haar maag. Hij kan gewoon niet acteren. In groep 8 deden ze een musical, waar iedereen auditie voor moest doen. In totaal heeft hij voor zes rollen auditie gedaan, en uiteindelijk mocht hij boom zijn. Alleen al het feit dat hij íets mocht spelen was een wonder.

Een korte klop op de deur ontwaakt hem uit zijn gedachten. 'John?' Klinkt het vanuit de gang. Geïriteerd loopt hij naar de deur, en hij opent hem. Zijn moeder leunt met haar onderarm tegen de deurpost aan en kijkt naar hem met een waarom-heb-je-nog-niet-ontbeten-en-waarom-heb-je-geen-broek-aan-doe-is-wat-met-je-leven-blik, en zucht. 'Wat?' Vraagt hij na een paar seconden stilte. Zijn moeder zucht nog eens en ze trekt haar zwarte kokerrok recht. 'Hoe voel je je nu?' Vraagt ze en ze houd haar hoofd een beetje scheef. Onverschillig haalt hij zijn schouders op. Als hij nu zegt hoe hij zich echt voelt laat zijn moeder hem die namiddag nooit het huis uit. 'Wel goed,' zegt hij. Tevreden knikt zijn moeder, en ze voelt met de palm van haar hand aan zijn voorhoofd. Haar handen voelen warm en zacht. Glimlachend woeld ze door zijn haar. 'Tot vanavond,' zegt hij terwijl hij weer zijn kamer in loopt om een broek aan te trekken.

Zijn kom cornflakes staat nog onaangeroerd op de eettafel. Die stomme knoop lijkt zijn hele maag te vullen. Verveeld pakt hij zijn telefoon uit zijn broekzak, en hij scrollt door zijn whatsappjes. Al die groepschats zijn echt nutteloos. Bijna wil hij zijn telefoon weer wegleggen als hij een melding krijgt. "2 nieuwe berichten van Aliah." Met tegenzin bekijkt hij de berichten. Hey, ik ben eerder vrij. Wanneer wil je afspreken? En: Kun je rond drie uur afspreken bij het bankje tegenover de winkel waar ik werk? Snel werpt hij een blik op zijn horloge. Oh, het is pas half drie. Wacht... half drie. 'Chips met dipsaus!' Roept hij uit terwijl hij opspringt. Gehaast trekt hij zijn jas en schoenen aan. 'Jenny, ik ben ff weg!' Roept hij naar boven. 'Ga je naar je liefje?' Klinkt het lachend vanuit de gang, en Jenny verschijnt in haar danskleding op de overloop. Hij steekt heel kinderachtig zijn tong naar haar uit en loopt het huis uit.

Eenmaal bij het bankje aangekomen ploft hij vermoeid neer. Het was maar een klein stukje lopen vanaf de bushalte naar de plek waar hij en Aliah hebben afgesproken, maar door zijn griepje is zijn conditie in minder dan een week wel héél erg achteruit gegaan. Hij haalt zijn bezweete hand door zijn haar en leunt achterover.

Af en toe werpt hij een blik op het winkeltje waar Aliah werkt. Volgens mij ziet hij haar zelfs soms staan achter de toonbank. Zijn ogen zijn wel goed, maar hij kan haar toch niet echt helemaal scherp zien als ze eindelijk het winkeltje uitloopt en de straat gehaast oversteekt. Hun ogen vinden elkaar, en hij wil al opstaan om haar te begroeten, als haar ogen plotseling van blij naar bezorgd gaan. Hij steekt zijn hand uit en wil net vragen wat er aan de hand is, als de grond plotseling wel héél dichtbij komt. Het laatste wat hij hoord is een luid gekraak en een meisjesachtig gegil.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hai guys,

Vanaf nu maak ik de hoofdstukken korter, zodat ik vaker kan posten. Hopelijk vinden jullie het verhaal tot nu toe leuk. ;)

Vote, comment, spread the love!

xoxo IzzyAmerica

Pretend *ON HOLD*Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu