5. Het Onderzoek

51 6 4
                                    

"Oke, kom we gaan even zoeken naar de spullen van Anne-marijn en Thomas" Zei ik tegen Matthijs. Ik was nu toch wel een beetje gestrest. Waarom waren ze er samen tussenuit gegaan? "Emma! Kijk! Hier liggen de autosleutels van Thomas dus ze kunnen niet met de auto zijn gegaan!" Zei Matthijs. "OH maar Anne-marijn is niet erg sportief dus ze kunnen nooit lopend zijn gegaan. Tenzij Thomas haar getild heeft, maar hij was dronken dus dat denk ik niet." "Waarmee zouden ze dan gegaan zijn?" Toen bedacht ik me dat de boot ook nog bij ons aan het meer lag.. "Mijn ouders hebben ook nog een boot!" We renden naar het sleutelkastje om te kijken of de sleutel er nog lag of dat die weg was..
"Nee! Ze moeten wel met de boot weg zijn." Het sleuteltje was weg... geen idee waar ze naartoe gegaan zijn en wat ze van plan waren. We liepen weer naar binnen om het aan de andere (die inmiddels al wakker waren) te vertellen. "Hey, misschien hebben jullie het al gemerkt maar Anne-Marijn en Thomas zijn weg.. geen idee waar naartoe maar ze hebben de boot van mijn ouders mee." "Misschien zijn ze op een vroege huwelijksreis en zijn ze stiekem net getrouwd" lachte Sophie. "Sophie, dit is echt niet grappig hoor! Ze zijn serieus weg!" Ik snapte niet wat Sophie hier zo leuk aan vond.

Toen kreeg ik ineens een geweldig idee! "Ik ben helemaal vergeten te bellen!" Dit zou wel eens kunnen werken ik zocht mijn mobiel, nergens te vinden natuurlijk. Altijd als ik iets nodig had lag het niet op de plek waar ik wilde of was het weg. Toen zei Tim: "Die zit gewoon in je kontzak heh even dat je het weet!" Ik ben ook zo slim.. ik zag Matthijs in een hoekje glimlachen. Maar goed, ik toetste Anne-Marijns nummer in, en wachtte tot ze zou reageren. Toen hoorde we haar telefoon in de slaapkamer boven afgaan. "Huh, ze heeft haar telefoon niet meegenomen. Lekker slim van haar!" Nu moesten we over gaan op plan B. Ik vond het toch raar dat haar telefoon boven lag, want volgens mij was ze helemaal niet boven geweest. "We kunnen ook nog proberen Thomas te bellen." Zei ik. Maar zijn nummer leidde tot de voicemail, helaas. Ik liep naar Matthijs toe die daar nog steeds in een hoekje stond. "Vind jij het ook niet raar dat de telefoon van Anne-Marijn boven lag?" "Jawel, hoezo?" "Nou, ze is helemaal niet boven geweest, ten minste niet toen we haar voor het laatst hadden gezien." "Dat is wel gek ja, misschien is ze daar met Thomas geweest!?" "Ja dat zou kunnen, ik wist helemaal niet dat ze Thomas leuk vond." Zei ik. "Thomas heeft het ook nooit over haar gehad." Tja waar die zoen nou ineens vandaan kwam. Ik wist het ook allemaal niet meer.

"Oké, wat gaan we nou doen want ze komen niet vanzelf terug?" "Kunnen we niet naar de buren gaan en vragen of hun wat gezien hebben?" Stelde Marin voor. Shit, nee he, ik wilde niet dat iedereen mijn buren ontmoette. Want het zijn niet bepaald de beste buren die je maar kunt hebben. Ik had aan niemand verteld wie mijn buren waren, Meneer Makkinga samen met zijn vrouw Tineke Makkinga. Iedereen kende hem van school hij geeft namelijk godsdienst. "Ehm, ja dat kan wel." Het moest maar dacht ik. We liepen met z'n allen naar de buren, ze waren thuis want ik zag ze samen aan de tafel zaten. Ik belde aan, en zag een schaduw door het raam. Meneer Makkinga deed open. "Hoi Emma! Wat leuk dat je er weer bent! Heb je weer godsdienst bijles nodig? Dat doe ik graag hoor!" OMG! Waarom zei hij dit, ik wilde absoluut niet dat iemand dit zou weten. "Nee sorry, Anne-Marijn, mijn beste vriendin is weg. Samen met Thomas, nu was onze vraag of u misschien wat heeft gezien gisterenavond?" "Oh Anne-Marijn, die ken ik nog wel, erg leuke leerling was dat ja. Nee sorry die heb ik niet gezien, ik zou haar namelijk vrij snel herkennen." "Oh oké, jammer." Toen liepen we weer met z'n allen naar mijn huis.

Ik stond bij de rand van het meer naar het water te kijken, toen Matthijs naar me toe kwam. "Hey, ik kwam even kijken hoe het met je ging'' Ik staar voor me uit omdat ik geen idee heb wat ik moet doen." Hij sloeg een arm om mij heen, dat kwam erg onverwacht maar ik liet hem zijn gang gaan. Ik kon zijn steun nu wel gebruiken, we waren allebei twee goede vrienden kwijt. Toen schrok ik op want ik zag onze boot weer in de verte varen! "Kijk! Daar zijn ze, ze zijn terug!" Ik schreeuwde van blijdschap. Matthijs vond het jammer dat ons momentje was verstoord. Maar ik was vooral erg opgelucht!

Perfectly HiddenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu