painless [last chapter]

523 74 44
                                    

Twintig mei tweeduizend veertien.

De dag dat ik heb besloten dat het genoeg is.

Op school? Haat iedereen me.

Mijn vader? Kijkt me niet eens aan.

Luca? Spoorloos.

Niemand die om me geeft.

Ik ben nutteloos.

Een verspilling van energie en ruimte.

De wereld is veel beter af zonder een gebroken, waardeloze jongen zoals ik.

Waarom adem ik dan nog steeds?

* *

Met trillende vingers zit ik achter mijn laptop. De notificaties bleven maar komen de afgelopen dagen en ik wist dat ik mijn breekpunt nu had bereikt.

Ik ga voor de laatste keer naar de pagina en klik op het balkje waar je een reactie kan typen. De tranen voelde ik al prikken in mijn ogen en ik besloot te beginnen met typen.

Ik heb lang genoeg volgehouden en gedaan of het me helemaal niks deed. Maar nu hebben jullie je zin. Jullie zijn van me af.

Ik adem eventjes diep in voordat ik de tekst verstuur en mijn laptop dichtklap. Mijn vader was niet thuis, dus het was akelig stil in huis. Zo stil dat ik mijn ademhaling zelfs kon horen.

Ik sluit mijn ogen en concentreer me op mijn gedachten. Mijn gedachten leken wel een vulkaan die elk moment konden uitbarsten.

De vraag "Wil je dit echt doen?" bleef in mijn hoofd rondspoken en ik moest mezelf er aan herinneren dat niemand er is die me zou tegen houden en ik er anders alleen voor sta.

Met die gedachten kwam ik bij de keuken. Ik zocht naar iets scherps. Een mes? Ik pakte de scherpste mes die we hadden en hield hem in mijn handen.

Ik sloot mijn ogen voorzichtig en ademde diep in en uit. Dit was het dan zei ik in me hoofd voordat de mes nog harder in mijn pols drukte.

Ik had mijn ogen nog steeds gesloten, maar ik voelde hoe er bloed langs mijn handen stroomden. Mijn hoofd voelde langzamerhand lichter, maar toch bleef ik zo hard drukken in mijn pols als ik kon.

Als ik merk dat al het energie in mijn lichaam uit me leek gezogen te worden laat ik mezelf vallen op de keuken vloer en kom ik met een klap terecht op de grond.

Ik doe mijn ogen voorzichtig open en zie alleen maar een wazig beeld. De plas bloed naast me leek wel een zwembad en ik merkte langzamerhand dat ik weg viel.

In de verte hoorde ik voetstappen zich een weg maken door de gang. "Harry, ben je thuis?" hoorde ik zacht in de verte.

De pijn die ik voelde op dit moment werd lichter en lichter en mijn ademhaling langzamer en langzamer.

"Harry!" gilde er iemand. En ik kon niet achterhalen bij wie die stem hoorde. De geluiden om me heen werden dof en mijn ogen vielen dicht.

Dat was ook het moment dat ik mijn laatste adem uitblaasde en eindelijk geen pijn meer voelde.

[i'm sorry.]

Br(ok)enWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu