Hoofdstuk 7.

176 8 3
                                    

Akiria had haar binnen de kortste keren gevonden en liep naast haar met een grote grijns op haar ronde gezichtje. Lil vond het altijd apart dat Aki haar prins nog niet had gevonden. Ze was met haar tengere postuur en vlekkeloze gezicht zeker niet lelijk. Haar zilveren haren waren behoorlijk lang en waren vaak versierd met de meest mooie sieraden of bloemen, maar ook als ze niks meer dan haar harnas aanhad was ze nog knap. Haar gezicht was rond en haar ogen waren niet het grijs wat mensen in Barkanië hadden. Het normale grijs bij normale mensen. Zij had een prachtige, zilveren gloed over haar oogkleur heen. Het zorgde ervoor dat je er altijd naar keek als ze met je praatte en het sierde haar erg. Lil had zich altijd afgevraagd of ze een dochter was van een Murokaan en een Barkaniër. Dat ze haar ogen had van een gouden draak, maar ze wist dondersgoed dat dat niet zo was. Haar ogen hadden een meer amberkleurige gloed, waardoor ze net niet het harde goud had van de draken.

‘Hoe ging het?’ vroeg Akiria. Lil haalde haar schouders op en Akiria zuchtte luid.

‘Echt?!’ vroeg ze, kreunend. ‘Kon je niet voor één keer beleefd en aardig zijn?’

Lil keek haar nonchalant aan en trok haar wenkbrauwen op. Ze schonk haar vriendin de kan-ik-dat-ooit-dan? blik.

Akiria zuchtte en duwde haar vriendin weg.

‘Raar mens’ snauwde ze. Lil moest lachen.

‘Zegt degene die ook nog steeds geen man heeft’ antwoorde ze terug. Aki hief haar kin op en snoof zacht. Ze begon heel apart te lopen waardoor het net leek alsof ze belachelijk veel was en je door het stof zou moeten kruipen voor haar en haar voeten zou moeten kussen, want als je dat niet deed zou je hoofd er worden afgehakt. Lil begon nu nog harder te lachen en Akiria volgde haar al snel.

‘Trouwens,’ zei Akiria, toen ze waren uitgelachen. ‘Blijf je tot aan de wisseling van de seizoenen?’

Lil keek haar vriendin aan en zag de hoop in haar ogen. De wisseling zou morgenavond zijn en had ze nou serieus verwacht dat ze dan al weg zou zijn?

Nou, ergens begreep ze het wel. Ze was nou eenmaal haarzelf en het ene moment zou ze willen blijven en dan zou ze weer weggaan.

‘Tuurlijk’ zei Lil. Ze pakte even snel de hand vaan haar vriendin en kneep er zacht in. Er leek een last van Akirias schouders te vallen en dat was mooi om te zien.

‘Kom,’ zei ze, met een opgeluchte stem. ‘Mijn ouders moeten je ook nog zien.’

Lil liet zich meesleuren naar een grote zaal die was bewerkt met mooie lichtbruine kleuren. Het gaf je het gevoel dat je in het woud stond doordat er nog kleine, lichtgroene versieringen op de muren zaten. Het plafond was juist zeer donkerbruin. Niet veel plekken bij Murokanen waren donker, maar dit was dan ook de vergaderzaal. De zaal waar oorlogen werden besproken of andere ernstige zaken die het lot van de draken bepaalde. Er zaten een paar mannen aan de ronde -goud, zilveren en bronzen- tafel.

Drie daarvan kende ze niet, maar twee wel. De ene was de man die haar had leren boogschieten en de oom van Akiria en Jarred. Af en toe een norse man en niet degene die je tegenover je wou hebben tijdens een gevecht. Lil had een lelijk litteken op haar been die ze had overgehouden toen ze flink van hem verloor in een gevecht. Hij was een bronzen draak en dat was goed te zien. Zijn lange haren die tot de onderkant van zijn nek kwamen hadden een prachtige bronzen gloed over zich heen en zijn ogen waren net als die van een uil. Zeer licht brons en keken je zo indringend aan dat je altijd wel dacht dat je iets fout had gedaan. Zijn gezicht had iets weg van een vierkant, omdat het erg hoekig was en zijn kin en kaken kon je niet zien door een goede baard. De andere man was een zeer forse man en koning van Muroka. Hij leek totaal niet op zijn jongere broer en als je het niet zou weten, zou je het ook niet zien. Zo verschillend waren ze van elkaar. De oudere man die de naam Ulm droeg was de vader van Akiria en een zeer amuserende man. Zijn gezicht was net als zijn jongere broer, die Uri heette, hoekig. Toch was zijn kaak wat fijner en had hij geen baard. Zijn haar was daarbij ook veel korter en was hij een gouden draak, waardoor hij wel een veel hardere kleur had. Zijn ogen leken haast van massief goud gemaakt en zijn blik leek daardoor vaak hard. Toch scheen achter zijn ogen een goed en vriendelijk persoon. De andere drie mannen boeide haar weinig. Ze hadden haar aangekeken en onmiddellijk hun ogen neergeslagen. Ulm en Uri keken op toen Akiria haar keel schraapte en gelijk stonden ze op. Uri was sneller bij haar dan Ulm en gaf haar onmiddellijk een stevig handdruk. Als hij haar hand langer had vastgehouden was hij verbrijzeld geraakt. Ze voelde zijn eeltplekken over haar net schone handen schrapen en ze moest er even zacht om lachen. Ulm daar in tegen omarmde haar alsof ze een lang verloren dochter was.

‘Lisilsa,’ zei Uri, met een grote grijns op zijn gezicht. ‘Uiteindelijk toch terug gekomen.’

Lil gaf hem een scheve glimlach en knikte haar hoofd.

‘Het was wel weer eens tijd’ zei ze. Ulm knikte als een soort van goedkeuring. Alsof ze net zijn woorden had gezegd.

Plotseling gingen hun gezichten naar een iets somberdere staat en Lil trok haar wenkbrauwen op.

‘Vader?’ vroeg Akiria. ‘Wat is er aan de hand?’

De broers keken elkaar aan met een soort van kwelling. Alsof ze ons ieder moment konden gaan vertellen over de enge verhaaltjes die ze ons vertelde als kinderen. Waardoor Akiria gillend onder de dekens kroop en zij juist met geboeide ogen stond te kijken hoe de broers de monsters na speelden.

‘Er zijn schaduwelven gesignaleerd’ zegt Uri dan. Ze voelde een soort van rare stuiptrekking door haar heen gaan. Er waren drie soorten draken, gouden, zilveren en bronzen. Toch was er nog één. Een witte draak en er was er maar één. Ongeveer dertig jaar terug werd er een zilveren draak geboren. Zijn moeder, een gouden draak, gaf hem de naam Kodon. Iedereen in hun familie was een gouden draak en het was een schande als je kind dat niet was. Omdat ze een gouden draak was en zij goed met magie zijn, probeerde ze het ene na het andere experiment op hem uit. Om er voor te zorgen dat hij een gouden draak werd. Dat ging op een gegeven moment zo fataal mis dat haar zoon een spierwitte kleur kreeg. Zijn zilveren ogen kregen een bloeddoorlopen kleur en zijn haar werd zwarter dan de nacht. Als draakvorm was hij niet veel veranderd. Alleen was hij dan een draak en verdween zijn haar. Uit schaamte vertelde zijn moeder dat hij was omgekomen bij een explosie en heeft ze hem achtergelaten in een grot. De grot bevond zich in een berg die naast het water stond. Die berg bevond zich weer in Ohm. Ze liet hem daar voor dood achter, maar hij werd al snel gevonden door een elf die daar woonde. De bevolking in Ohm bestaat uit zowel mensen als elven. Wat niemand wist, was dat door het mislukte experiment Kodon een speeksel had ontwikkeld. Als hij daarmee iemand beet zou hij of zij gehoorzamen aan zijn wil en zou diegene dezelfde spierwitte huid, bloeddoorlopen ogen en zwart sluikhaar krijgen. Er was een verschrikkelijke oorlog  gekomen dat had geleid tot een bloedbad. Want als je eenmaal was gebeten was er geen weg meer terug. De enige manier om je uit je leiden te verlossen was door je hoofd er af te hakken of een dolk in je nek te gooien. Zelf kon je dat niet en altijd moest iemand anders dat doen. Toen de oorlog voorbij was kwamen vele mensen getraumatiseerd terug. In verband met, dat ze zelf hun geliefde hadden moeten vermoorden. Op de meest gruwelijke manieren waren mensen aan hun einde gekomen. Omdat de eerste die was gebeten de vrouw was die Kodon opvoedde noemde we degene die waren gebeten schaduwelven. Aangezien zij een elf was. Als je werd gebeten, ontwikkelde je het zelfde speeksel als Kodon en zo konden zij ook weer mensen bijten en het virus rond spreiden.

‘Dat kan niet,’ zegt Lil ontzet. ‘Kodon is verdwenen na de oorlog. Hij moet dood zijn!’

‘Dat hij is verdwenen,’ mompelde Ulm. ‘Betekende nog niet dat hij dood was, lieve Lil. We hoopte het net zo erg als jij. Het is alleen niet zo.’

‘En waar is de schaduwelf gespot?’ vraagt Akiria.

‘Muroka’ antwoorde Uri.

Wolvenmeisje.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu