Ik kijk op de klok. 7:30 staat er. Het is vrijdag. Marit heeft bij miranda geslapen zij en miranda gaan niet naar school vandaag. Van school mogen ze een dagje weg om voor afleiding te zorgen. Ik ga vandaag bezig met het regelen van de begrafenis. Ik moet het helemaal alleen doen. papa is al heel lang geleden overleden en ik heb geen broers of zussen. Mama kende wel veel mensen. Die moeten allemaal een kaart. Er moet een kaart komen. Weer slaan mn gedachtes op hol maar niet voor lang want de bel gaat.
Goedenmorgen meneer. Komt u verder zeg ik, kan ik u een kopje koffie aanbieden? Ja dank u, lekker. 9:38 we bespreken alles. Bloemen, de kaart, de kist, de plek, de tijd. Om 13:18 was de meneer weg. En nu? dacht ik.. Wat nu. Ik was alleen. Marit was bij miranda. Mama is... weg. Ik pak een kop koffie ga in de tuin zitten. Ik heb de telefoon meegenomen en ga Ben bellen. Dat dinsdag de begrafenis is. Ik bel op: Kan ik u helpen? - Ja, ik ben op zoek naar ben.
Ben.
ja met alex
dag alex, nog nieuws?
ja. gisteren is ze overleden, dinsdag is de begrafenis. ik kom woensdag weer.
gecondoleerd, sterkte. Tot woensdag
het gesprek begon raar. alsof ben iets voor me verborg. Ik zei dat ik moest gaan om dingen te regelen voor de begrafenis en ben zei tot woensdag en de lijn was daarna weer gelijk dood.
15:30. Marit kwam thuis. Ze zei niks en sprong in mn armen. Ik voelde haar tranen op mijn schouder. zo stonden we even. 15:34 begon ze te praten.
papa...
ja schat?
ik hou van je.
ik ook van jou schat.
kan ik je helpen? oma zei dat ik goed op je moest passen.
ik kreeg een kleine glimlach terwijl ik aan het huilen was en zei: nee hoor marit. alles is al geregeld.
papa.. oma vroeg ook of ik een gedicht voor wou lezen.. mag dat? terwijl ze dat vraagt barst ze in tranen uit.
ja natuurlijk schat zeg ik en begin ook te huilen. samen huilen we een half uur, het kan ook wel langer zijn geweest. dat weet ik niet precies meer.
Het weekend ging toch heel snel. zaterdag had marit een hockeywedstrijd. ze scoorde de winnende en thuis zei ze: die is voor oma. zondag hebben we elk voor onszelf wat gedaan. en in de avond hebben we samen een spelletje gedaan. en toen was het maandag. de dag voor de begrafenis. de wekker ging. 7:30 staat er. ik doe mijn pantoffels aan, mn ochtendjas en loop naar de trap. onderweg naar beneden ruik ik ineens een brandlucht. ik schrik me kapot en ren naar beneden.
toen ik beneden kwam viel er een last van mijn schouders. het was geen brand.. marit was een lekker ontbijt aan het maken. goeiemorgen papa, wil je extra zout over je eitje? mijn mond valt open. normaal kookt ze nooit en slaapt ze uit als ze niet naar school moet en nu staat ze hier een ontbijtje te maken.. geen wonder dat ik trots op haar ben denk ik.
de dag is rustig. we hebben een paar uur gewandeld. ookal was het koud buiten. een rondje door het bos en langs een meer. waar we ook vaak met mama heen gingen. tot in de avond hebben we nauwelijks wat tegen elkaar gezegd. daara begon het gesprek. we hadden het over alles. t
Toen vroeg ik haar:
hoe heet hij?
hoe bedoel je pap?
je vriendje?
uuh pap ik zei toch gaat goed zoals altijd?
ja maar je werd rood. je kan het vertellen hij heet hij?
DAT ZEG IK NIET.. ze was even boos. toen zei ze stil. ik vertel het woensdag oke? ik ben moe ik ga naar bed.
weltrusten marit. probeer maar lekker te slapen. ik hou van je - ik ook van jou.
JE LEEST
twee jaar geleden
Romanceeen verhaal waarin de hoofdpersoon mensen verliest en nieuwe mensen ontmoet.