7.

798 41 8
                                    

Hoofdstuk 7

p.o.v Mikky

De deur van de auto gaat open en zonder te aarzelen ren ik erop af en probeer eruit te springen. Er staat een man voor de deur en voordat ik het weet voel ik iets hards tegen me hoofd en is het zwart...

'Au mijn hoofd.' kreunend open ik mijn ogen. Waar ben ik? Ik kijk om me heen en zie dat ik in een hele kale kamer lig. Het is een klein kamertje met een matras en op een tafeltje staat een glas water en een bruin broodje.

Ik hoop dat dit een nachtmerrie is en ik heel snel wakker word. Me hoofd bonkt van de hoofdpijn. Ik kijk nog een keer de kamer rond en zie dat er in de hoek van de kamer een camera hangt. Top joh ik word ook nog in gefilmd. Is niet echt nodig , want ik kan nergens heen. Ze zouden wel heel gek zijn om de deur open te laten. Ik voel aan de deurklink en zoals ik al dacht zit hij op slot.

Waar ben ik ooit beland? Hoe laat zou het zijn? Welke dag is het überhaupt ? Ik heb geen idee hoelang ik hier al zit aangezien mijn laatste herinnering is dat ik uit de auto sprong en werd geslagen met een koekenpan. Waarom zou je eigenlijk iemand slaan met een koekenpan? Dat zie je alleen in Disney films zoals bij Rapunzel.

Ik besluit te gaan slapen en ga op het matras liggen. Jakkes het matras is echt vies en hard. Toch ga ik er maar op liggen aangezien de grond net zo vies is als het matras. Ik ga liggen en sluit mijn ogen en val in diepe slaap.

-

Ik open mijn ogen en de deur gaat krakend open. Ik ga meteen recht opzitten en kijk angstig naar de deuropening. Er komt een man aangelopen met een masker voor zijn hoofd zodat z'n gezicht bedekt is. 'Meekomen.' Bromt hij. Eigenlijk schat ik helemaal niet als een man. Hij ziet er eerder uit als een jong ventje van een jaar of zeventien.

Hij pakt me ruw beet en duwt me mee de kamer uit. We lopen door een gang met allerlei verschillende de deuren. Uiteindelijk staan we stil voor een deur. De jongen klopt op de deur. 'Binnen.' Word er gezegd. Een beetje verbaast word ik naar binnen geduwd. Ik had verwacht dat ze Spaans waren , maar blijkbaar zijn het Nederlanders. Maar als ze Nederlands zijn ben ik dan nu wel in Spanje? Er schieten allerlei vragen door mijn hoofd.

Ik word op een stoel gezet en kijk om me heen. De kamer is erg rommelig en overal liggen spullen. Voor mij zit een man in een groot pak. Ik moet gelijk denken aan zo'n schurken film. Ik grinnik zachtjes. De man slaat met zijn vuist op tafel. 'Stilte.' Buldert hij. Ik hou gelijk mijn lippen stijf op elkaar.

'Zo Mikky Kiemeney. Hoe is dat nou zonder je vriendje?' Hij kijkt mij grijnzend aan en schiet in de lach. Ik kijk hem angstig aan. Wat moet hij van mij? 'Hoe is het met je dochtertje?' Vraagt hij. Hij kijkt me vals aan. 'Wat heb je met haar gedaan.' Sis ik. Hij schiet in de lach. 'Nog niks. Maar ik wil iets voorstellen.' Zegt hij.

'Ik laat je vrij als ik Yara krijg.' Zegt hij vals. 'Dat nooit.' Val ik hem in de reden. Hij gaat staan en loopt op me af. 'Wat zij je?' Vroeg hij. 'Dat jij Yara nooit te pakken krijg.' Zeg ik recht in zijn gezicht. De man kijkt me boos aan en geeft me een klap in me gezicht. 'Au.' Ik wrijf pijnlijk over mijn wang. De man seint naar de jongen die me zojuist hier heeft gebracht. 'Breng mevrouw de Jong maar terug.' De jongen pakt me ruw beet en brengt me terug naar het kamertje. 

Roadtrip IIWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu