het verleden

hoofdstuk 7

die port heb ik eerder gezien, ik ken hem maar waneer, en hoe? ben ik dood? of niet? waar ben ik? mn lichaam gloeit voor mijn gevoel het lijkt alsof ik in de fik sta. ik voel me zo machte loos, en zo kwetsbaar, dan uit het niets hoor ik een stem. heey ben jij lucy? ja ken ik jou? nee waarschijnlijk niet denk ik hihi. waar ben ik? Je bent nu bij ons, je ligt in coma en hier is de plek waar je dus moet gaan vechten om er uit tekomen. lig ik in coma? ja en je kan maar een ding doen om waker te worde en dat is vechten zo als ik al zei, tegen alles wat op je pad komt. welk pad? Opeens was ze weer weg kut zooi godver, waar de fack ben ik en wat moet ik dan doen? ik zucht diep en kijk nog eens om me heen. een zie een straat met bomen en huizen. ik droom,ik droom, ik lig helemaal niet in coma, dat kan niet.

ik klop op een van de deuren, er komt een oude vieze man naar buiten. ohh en jij bent nieuw zekker? ja.... en u bent? oh ik hahahaha ik woon hier al heel lang, en als ik iemand tegen kom zorg ik dat hij/zij hier ook blijft, dus jij ook. Dan krijg je een huisje hier in de straat. sorry maar ik moet door. de man legt zijn hand op mijn schouder. ik draai me om en.begin terenen, de man rende me achter na.. niemand ... niemand komt hier weg ook jij niet!!! Ik ren zo hard als ik kan. als de man eindelijk weg is stop ik en zak door mn bennen. begin tehuillen. wat nou als ik echt niet meer terug kan dan blijf ik dus hier. wil ik uberhoud nog terug? ik wil niet meer bij mn moeder en vader zijn. dat wil ik niet eens meer ik ben het beu maar liam.. liam kan dan de klappen verwachten. Ik kan hem toch niet die pijn aan doen.. ik ga door voor hem. ik doe dit voor jou liam. uit het niets begon de grond teschude en te beven. ik kan me net over eind houden dan schurd de grond, een schur van minstens 3 meter breet vol met vuur, ligt voor mn voeten. aan de andere kant staat een vrouw, met die viezen ouwe man en een meisje zoon beetje mijn leeftijd. het meisje word in een hok geduwt en boven het vuur getaakeld. ze huilt en huilt ze is nu vlak bij me. ga jij maar lekker bakken, gloeien tot het laatste geluid een lange piep is. heey meisy aan de overkand eet jij ook mee? ik kijk naar het hok en het meisje dat hellemaal over stuur. Ik denk terug aan die vrouw in het begin, ze zei dat ik alle problemen op moest lossen. ik neem een aan loop en spring ik val en kan net met men hand de rand pakken. ik trek mezelf op, het is zo warm dat de zweet drupels van mn hoofd stromen. Ik krijg de deur amper open maar net op tijd lukt het, hij gaat heel stroef, als hij eindelijk open is. spring ik terug na de kant. kom nu jij! ik durf niet! kom nou ,of wil je af gaan? het is een spel. kom je kan het! ze neemt een kleine aan loop en springt, ze haalt de rand net. ik pak snel haar hand en trek haar op de kant. wow dat schold niets. de schur gaat dicht en de man en vrouw zijn weg. Ik voelde dat iemand mijn vingers vast had. en hoorde een stem, al klonk deze heel ver weg. lucy Please Please word wakker, ik mis je. het is zo saai zonder jou. alsjeblieft.. een warme hand pakt de mijne ik knijp er zacht in lucy .. lucy ik doe mn ogen open en zie een wazige plek die steets helderder wordt. en zie dan een jongen naast Mn bed zitten. de tranen rollen en rollen over zijn wangen. zo langs zijn perfecte kaak lijn. omg ik wou dat je van mij was. lucy omg je leeft! Je leeft nog! hij knijpt in Mn hand en geeft me snel een knuffel ..... uhh sorry mag iets vragen? ja tuurlijk? wie...wie.. ben je? De jongen keek me nu recht aan, Luc ik ben het.