Mijn geheugen is vaag terug. Ik zie steeds stukjes van slechte dingen. Flashbacks. Herrineringen. Over hoe ik geslagen werd, geen eten kreeg, niet naar buiten mocht. Ik ben getrouwd geweest en gescheiden. Allemaal kleine dingentjes herriner ik me steeds. Alles is nog wel heel vaag. Zayn is er elke dag geweest voor me. Hij heeft me ons verhaal verteld. Elk detail. Het is erg schattig, maar ik voel niks voor hem. Hij is maar een vreemde. Ik zit nu al vier dagen in het ziekenhuis. Ergens last van heb ik niet echt. Ik krijg de hele dag pijnstillers voorgeschoteld. Het enige echt grote probleem is dat ik niet kan lopen. Mijn benen zijn verlamd. Of het tijdelijk is of permanent weten ze nog niet. Tot die tijd kan ik niks.
Mijn hart klopt sneller als ik een jongen binnen zie lopen. Wie is deze jongen? Hij komt me zo bekend voor. Zo bekend. Wie is hij toch? Hij loopt rechtsstreeks op me af. 'He zusje, lange tijd niet gezien.' Zegt hij en slikt. Ik kijk hem lang aan. Zusje? Is hij mijn broer? Wat? 'Ze is haar geheugen kwijt.' Zegt Zayn dan. De jongen zet een stap achteruit en kijkt Zayn strak aan. 'Wie mag jij wel niet zijn?' Vraagt hij op een harde toon. 'Zayn.' Zegt Zayn gevoelloos en kijkt hem aan. Ik kijk naar Zayn. 'Wat doe je bij m'n zusje? Kneus.' Zegt de jongen hard. Zayn is een kop groter dan hem. Zayn zegt niks en kijkt hem gewoon aan. 'Jongen doe eens normaal!' Zeg ik snel en probeer op te staan. Geen beweging. Hij kijkt me aan en lacht naar Zayn. 'Denk je omdat je groter dan me bent, dat je stoer bent ofzo?' Vraagt de jongen boos. 'Ik heb niet eens wat gezegd. Doe eens fatsoenlijk. Ik ben Zayn, haar vriend.' Zegt Zayn schattig. 'Is dit waar? Wat is deze kneus van je?' Vraagt de jongen op een boze toon. Hij glimlacht naar me. Mijn hart begint sneller te kloppen en alle gevoelens komen terug. Ik hou van hem. Zoveel. 'Mijn grote liefde.' Zeg ik terwijl ik Zayn aankijk. 'Zeker? Valt hij je lastig?' Vraagt de jongen. 'Ik weet niet wie je bent, maar het zit goed. Zayn is oke.' Zeg ik. 'Oke dan.' Zegt hij kortaf en knikt goedkeurend naar Zayn. 'Weet je niet meer wie ik ben?' Vraagt hij en loopt naar me toe. 'Geen idee.' Zeg ik. Hij slikt. 'Ayoub. Je broertje.' Zegt hij met pijn in zijn hart. 'Nee sorry geen idee.' Zeg ik zacht. Hij kijkt me lang aan en glimlacht dan. 'Niet erg. Komt wel weer goed zusje. Vanaf nu ben ik er voor je.' Zegt hij en legt zijn hand op mijn voorhoofd. 'Waar is je broer?' Vraagt Zayn dan. "Mijn broertje" draait zich om. 'Pardon?' Vraagt hij op een boze toon. 'Abdel. Waar is hij?' Vraagt Zayn weer. Abdel. Die naam komt me bekend voor. Een flashback speelt zich voor in mijn hoofd. Abdel, Aymane en Ayoub. Mijn broers. 'Waar is hij?' Vraag ik hoopvol. Ayoub draait zich om. 'Hij zit vast.' Zegt Ayoub zonder enige emotie. 'Vast? Waarom? Voorwat?' Vraag ik met tranen. 'Foute dingen. Vier jaar.' Antwoordt Ayoub. 'Zusje ik moet over een kwartiertje alweer weg, zaken. Ik kom wel wat vaker nu.'
'Waar is Buddy?' Vraag ik gehaast. Zayn lacht. Hij rijdt me gewoon verder, ik zit in een rolstoel. 'Zayn.' Zeg ik snel. 'Bij m'n moeder. Dat beest kan niet verhongeren daar, sterker nog ik denk dat hij wel wat kilo's aankomt.' Zegt hij lachend. Ik kijk achter me en glimlach breed. 'Thanks.' Zeg ik en ga weer goed zitten. 'No problemo loser.' Zegt hij en zet me goed bij de tafel neer. 'Nou ik haal wat te eten. Tja het is niet of je weg kunt lopen ofzo.' Zegt hij lachend. Ik kijk hem droog aan als hij wegloopt. Met een nieuwsgierige blik kijk ik rond. Veel oude mensen hier. Ik kijk naar mijn benen en zucht diep. Ik wil kunnen lopen, rennen, dansen. Ik wil alles kunnen. Waarom heb ik zoveel ongeluk? Zayn heeft het goed opgenomen. Ik kan misschien nooit meer lopen. Als hij nog met me door wilt gaan na dit alles, snap ik het echt niet. Hij is te goed voor mij. En arme Buddy. Ik kan dan nooit meer met hem rennen. Wat mis ik hem. Ik wil hem knuffelen. Mijn kleine hondje. 'Waarom zo somber mon ami?' Hoor ik Zayn vragen. Hij legt de dienbladen neer en neemt plaats. 'Ik mis Buddy.' Zeg ik zacht. 'Is dat alles? Dan rij ik zo even heen en weer.' Zegt hij en roert door zijn koffie .'Maar er mogen hier geen honden binnen.' Ga ik tegen hem in. 'Wie zegt iets over een hond? Er is geen hond als je er geen ziet.' Zegt hij met een sneaky knipoog. Mijn mondhoeken krullen automatisch omhoog. 'Eet je eten op.' Zegt hij met een klein lachje. Ik begin met eten en denk aan hoe het leven zal zijn als ik nooit meer kan lopen. 'Waar denk je nu weer aan?' Hoor ik dan. Ik kijk op en glimlach. 'Niet zo nep doen. Whats wrong.' Vraagt hij en neemt een hap van zijn eten. 'Als ik nooit meer kan lopen hé.' Begin ik. 'Niet zo negatief denken.' Onderbreekt hij me. 'Als.' Herhaal ik. 'Is het dan over?' Vraag ik. 'Over tussen?' Vraagt hij en kijkt me scheef aan. 'Ons. Jij en ik.' Zeg ik zacht. Hij lacht. 'Jonge jij leeft teveel in je eigen wereld. Ik ga echt niet weg, omdat mevrouw niet meer kan lopen. Het leven draait wel om wat meer.' Zegt hij. 'Niet alleen lopen.' Zeg ik ongemakkelijk. Hij lacht. 'Wat dan?' Vraagt hij. 'Niet dom doen.' Zeg ik met een rood hoofd. 'Ik begrijp niet waar je het over hebt babe.' Zegt hij. 'Seks.' Zeg ik zachtjes. Hij begint harder te lachen. Ik kijk hem droog aan. Hij stopt na een tijdje met lachen. 'Ik regel het wel schoonheid. Don't worry.' Zegt hij en begint weer te lachen.
Ik zie Zayn met een grote tas de kamer inlopen. Geen Buddy. Jammer. Ik hoor geblaf en wil opstaan, maar realiseer me dan dat het niet kan. Ik ondermijn mijn tranen en glimlach. Zayn tilt Buddy uit de grote tas en legt hem op mijn schoot. Ik aai hem en speel voor een tijdje met hem. Hij komt bij me liggen en terwijl ik met mijn vingers over zijn zachte vacht ga glijdt er een traan van mijn wang. Na die ene volgen er automatisch meer. Ik probeer me groot te houden, maar het lukt niet. 'Babe. Babe wat is er?' Vraagt Zayn snel en haast zich naar mij. Ik kijk hem met tranen aan. Hij knuffelt me even en veegt dan mijn tranen weg. Tevergeefs, ze blijven komen. 'Schoonheid wat is er aan de hand? Heb je ergens pijn?' Vraagt Zayn bezorgt en streelt mijn wang. Ik schud nee met mijn hoofd. Voor ik het weet werp ik mijn bovenlichaam op hem en laat mijn tranen zijn shirt in gaan. Ik hou hem strak vast en zo blijven we voor even.
JE LEEST
Uitgehuwelijkt
RomanceHij lacht. Hij pakt me bij mijn heupen vast en komt nog dichterbij me staan. 'Sluit me niet buiten, schoonheid.' Fluistert hij in mijn oor. Ik voel zijn warme adem in mijn nek en zijn vingers glijden naar mijn rug. Ik krijg er rillingen van. Nog ste...