~1~

10 0 0
                                    

~pov Fleur~

'jongens schiet op, we moeten zo gaan anders komen we nog te laat!'

Ik zet de laatste dingen nog in het busje en dan ga ik achter het stuur zitten. Ik heb een road trip gepland omdat onze vriendengroep al 3 jaar bij elkaar is. Ik heb er super veel zin. Ik ben ook heel benieuwd wat de andere ervan zullen vinden.

' Alec, schiet nou op! Dat je oudste bent betekent niet dat je de sloomste mag zijn'

Hij lacht een keer sarcastisch en dan komt hij naast me zitten. Er komt ook een glimlach op mijn gezicht. Alec is al jaren mijn beste vriend. Pas drie jaar geleden hebben we deze vriendengroep gevormd. We zijn in totaal met 13. 6 meiden en 7 jongens.

Als iedereen zit en klaar is om te gaan start ik de auto. Het wordt een lange reis, en niemand weet nog waar we heen gaan, behalve ik.

Ondertussen dat ik de radio aan zet, klets ik wat met Alec. Het is nu al heel gezellig en in totaal gaan we iets van 2 maanden weg ofzo. I know dat klinkt misschien veel, maar ik heb ook super veel gepland.

Iedereen zit lachend mee te zingen met de muziek. Zelfs Alec doet mee.

'maar Fleur, waar gaan we nou allemaal heen?'

Ik kijk even in de spiegel en zie dat Joris nieuwsgierig naar mij kijkt. Geheimzinnig lach ik.

'dat zie je vanzelf wel.'

Teleurgesteld dat ik het niet wou zeggen, kijkt hij weg.

'aah, kan kleine Joris er niet tegen dat hij niet weet wat we gaan doen'

Plagend en met een hoge stem maakt Alec de opmerking. Iedereen begint te lachen en Joris krijgt een rood hoofd. Joris steekt zijn tong uit en draait zich weg van Alec.

Lachend kijk ik weer voor me uit en concentreer ik me op de weg. Bij het eerst volgende tankstation ga ik eraf.

'wil er iemand iets te eten?'

Ik krijg verschillende reacties, maar niemand wil echt iets.

'ik ga wel even mee, even mijn benen strekken'

Thomas springt ook uit de auto en komt bij me staan terwijl ik sta te tanken.

'heb je er zin?'

Vragend kijk ik naar Thomas. Hij knikt hevig met zijn hoofd en glimlacht breed. Met zijn wijsvinger duwt hij zijn bril een stukje omhoog en kijkt me lachend aan.

'He Tho, die bril staat je echt leuk'
'thnx'

Verlegen kijkt hij me aan. Er verschijnt een rode kleur op zijn wangen. Om het niet awkward te maken lach ik hardop en loop ik naar het winkeltje. Ik pak nog twee zakken chips en dan reken ik af.

'benzine is tegenwoordig echt duur.'

Ik kijk met een schuin oog naar Thomas en hij knikt instemmend. Ik bedank de meneer achter de kassa en daarna loop ik met Thomas terug naar de auto. Ik ga weer achter het stuur zitten en Thomas neemt plaatst op zijn oude plek.

'dat duurde lang zeg.'
Zegt Felix ongeduldig.

'Zeg, ga de volgende keer lekker zelf tanken'
Neemt Nadine het voor mij op.

Casper mengt zich ook in het gesprek.
'kom op jongens, we houden het wel gezellig hier he.'

Ik schenk hem een glimlach als bedankje. Daarna gooi ik de twee zakken chips naar achteren en gelijk is iedereen weer stil. Terwijl ik de motor start, hoor ik gekraak en gerammel. En lachend rijd ik weg van het tankstation.

***

Als de avond valt rijden we al bijna in België. We zijn nog niet eens in de buurt dus we moeten nog wel even een stukje rijden. Een gaap verlaat mijn mond en mijn ogen beginnen moe te worden.

'hey kijk, we zijn in België!'

Britt drukt haar gezicht enthousiast tegen het raam aan. Ik kijk ook snel even naar buiten en kan nog net het bordje zien. Ik lach een beetje, maar let al gauw weer op de weg.

Als het bijna twee uur s' nachts is rijden we langs Antwerpen. Nog een gaap verlaat mijn mond en ik voel mezelf moe worden. Bij het eerste de beste dorpje rij ik van de weg af en stop ik de auto.

'waarom stoppen we nou?'

Alec vraagt het en kijkt me nogal verbaasd aan. Net zoals een aantal andere.

'nou, ik ben nogal moe en het is al twee uur en nog best ver rijden.'
'waarom vertel je dan niet waar het is, dan kan iemand anders rijden'
Is zijn weerwoord. Ik zucht een keer diep voordat ik weer antwoord geef.

'omdat als ik het zou vertellen, de verassing weg is.'

'Nou, dan zullen we in dit dorpje iets moeten zoeken'

Dat gezegd te hebben stapt hij uit de auto. Ik stap ook de auto uit, net zoals de rest. Op het bord staat dat dit dorpje doel heet. Hele rare naam, maar oke.

'zullen we iemand gaan zoeken dan?'

Vraag ik. Ik loop alvast vooruit en de rest blijkt te volgen. Daan komt naast me lopen en slaat een arm om me heen. Vast om me gerust te stellen dat het allemaal goed komt.

'nou we hebben zowat het hele dorp gehad en het lijkt compleet verlaten. Wat doen we nu?'

Alec kijkt een keer de groep rond terwijl hij het zegt.

'ik denk dat het geen kwaad kan om hier een nachtje te slapen, ik bedoel het is niet alsof iemand er last van heeft'

Breng ik in. Het lijkt erop alsof iedereen instemt. Het besluit staat vast, we blijven hier overnachten.

Iedereen pakt zijn of haar tas uit de bus en zoekt een slaapplek uit. Nietsvermoedend van wat er deze nacht gaat gebeuren.

It's Not A Dream Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu