~7~

4 0 0
                                    

~pov Britt~

Voor de tweede keer deze nacht word ik wakker. Meteen gaan mijn gedachten naar Alec. Dromerig staar ik voor me uit. Ik draai me op mijn zij en probeer weer te slapen. Een rilling bekruipt me. Ik draai me op mijn andere zij. Een steek gaat door mijn buik. Ik grijp naar mijn buik en probeer het te minderen. Maar het wordt alleen maar erger.

Ik val uit mijn bed. Mijn hoofd begint te bonken. Ik strompel naar de badkamer. Ik laat mezelf hangen aan de wastafel en kijk naar mijn spiegelbeeld. Ik schrik ervan. Mijn ogen zijn geel geworden en mijn oren zijn puntiger. Ik wil mijn oren vastpakken als er in een keer een pijnscheut door mijn benen gaat. Ik val op grond. Mijn nagels beginnen te groeien en worden puntiger en scherper. Ik begin te schreeuwen als alle botten in mijn benen breken. Tranen rollen over mijn wangen.

Ik moet naar beneden. Ik probeer mezelf omhoog te trekken maar elke keer weer breekt er een bot. Ik kruip over de vloer naar de trap. Pijn trekt door mijn aderen. Ik verlies mijn evenwicht en ik val van de trap. Haren beginnen te groeien op mijn huid. Ik schreeuw harder en harder. Ik hoor mijn nek knakken en dan voel ik niks meer.

Levenloos lig ik onderaan de trap. De pijn is weg en mijn hart is gestopt met kloppen. Toch ben ik in de realiteit. Nog een laatste pijnscheut gaat er door mijn lichaam en dan voel ik niks meer. Mijn hart klopt weer, in mijn keel. Ik probeer met mijn tong over mijn lippen te likken, maar in plaats daarvan voel ik mijn tanden. Mijn hoektanden zijn twee keer zo lang en twee keer zo scherp geworden. Ik kijk naar mijn handen. Overal haren. En scherpe klauwen.

Ik probeer op te staan en te lopen, maar ik val voorover en neem de tafel met me mee. Ik probeer te praten maar ik kan alleen maar grommen. Ik huil naar de maan. Mijn klauwen krassen over de vloer terwijl ik naar buiten ren.

Ik huil nog een keer naar de maan. In de verte hoor ik een reactie. Er wordt gegromd door iemand. Ik ren achter het geluid aan.

Ik stop als er een grote schaduw over me heen valt. Bang kijk ik omhoog. Een grote wolf staat voor me. Hij ontbloot zijn tanden en gromt hard. Bang zet ik een paar stappen achteruit. Hij zet een paar stappen dichterbij en komt nu met zijn kop in het maanlicht te staan. Er staat een bepaalde blik op zijn gezicht en vaag herken ik die. Ik moet denken aan Alec. Maar de laatste keer dat ik hem zag was hij niet zo groot, iets minder harig en niet zo angstaanjagend.

Ik wend mijn blik af. Ik sta bijna tegen de muur aan. Ik kijk in het raam. Ik krijg de schrik van mijn leven en bijna een hartstilstand. Mijn gezicht is niet meer wat het eerst was. Ik heb een harige kop en een lange snuit. Mijn tanden zijn scherp en mijn oren zijn puntig en staan boven op mijn hoofd.

Ik kijk weer terug naar de grote wolf voor me. De wolf lijkt nu iets minder eng. Ik wil iets zeggen maar er komt alleen maar gegrom en gepiep uit mijn mond. Dan flitst er in een keer een stem door mijn hoofd. Eentje die ik uit duizenden herken.

'je hoeft niet bang te zijn, ik ben het Alec'

'wat gebeurd er met me? Met ons?'

'ik weet he...'

Voodat hij zijn zin kan afmaken komen er nog twee weerwolven aan. Alec communiceert gelijk en ik kijk niet begrijpend van de een naar de andere weerwolf. Dan 'zegt' hij tegen mij dat het Daan en Felix zijn. Ik probeer me in het gesprek te mengen, maar ik snap er niet heel veel van.

Opeens beginnen ze te lopen. We stoppen bij een huisje. Het licht gaat aan en ik hoor gestommel op de trap. Dan gaat de deur open. Joris staat in de deuropening. Zodra hij ziet wat er voor zijn deur staat zet hij drie stappen achteruit. Ik probeer te glimlachen naar hem, maar het verandert in een enge grom.

Daan en Felix lopen grommend op Joris af. Het lijkt wel alsof ze bezeten zijn door de duivel. Daan trekt zijn bek open en hapt toe. Mis. Dan hapt Felix. Hij zet zijn tanden in de schouder van Joris. Een afschuwelijk gekrijs drinkt mijn oren binnen. Daan zet ook zijn tanden in Joris' schouder. Bloed spat op de muren. Langzaam zie ik het leven uit Joris' ogen verdwijnen.

Ik ren weg. Ik beuk Alec aan de kant en begin te rennen. De haren beginnen weg te trekken en mijn nagels worden weer normaal. Ik ren naar mijn huis toe. Ik laat mijn normale zelf op mijn bed vallen en begin ongecontroleerd te snikken. Tranen vinden hun weg over mijn wangen en pijn trekt door mijn hart.

~pov Sophie~

Ik schrik wakker. Een luide grom is te horen en daarna gehuil. Paniek slaat toe. Een bonk op mijn deur laat me schrikken en bang kijk ik om me heen. Trillerig kom ik uit bed. Ik loop naar het raam toe en schuif de gordijnen een stukje open. Er is niks te zien.

Toch wil ik weten wat er aan de hand is buiten. Mijn nieuwsgierigheid heeft het gewonnen van mijn geweten. Ik neem een vestje mee en sluip de trap af, naar buiten.

Buiten komt de geur van bloed me tegemoet. Wat is er toch gebeurd? Ik begin rond te lopen. Ik loop naar rechts en sla verschillende zijstraatjes in. Hoe verder ik loop, hoe sterker de geur van bloed wordt.

Ik stop met lopen. De deur van het huisje tegenover me staat wagenwijd open. Mijn instinct zegt dat ik nu heel hard weg moet rennen, maar mijn nieuwsgierigheid neemt het over. Langzaam kom ik dichterbij. Ik loop half naar binnen en blijf stilstaan op de drempel. Er ligt een grote plas bloed op de vloer. Even kan ik niet bewegen. Verlamd van schrik sta ik te kijken.

Een verminkt lichaam ligt tegen de muur aan. Het is joris. Ik sla een hand voor mijn mond en zak door mijn knieeen op de grond. Overal op zijn arm staan tand afdrukken. Ik probeer naar adem te happen, maar het beeld van Joris blijft maar rondspoken in mijn hoofd.

Langzaam sta ik weer op. Ik kan dit niet langer aan zien. Trillerig sta ik op mijn benen. Mijn gezicht is nat van de tranen en mijn kleren zitten onder het bloed. Als de geur van bloed me nog een keer binnendringt begin ik te kokhalzen. Met een hand voor mijn mond begin ik te rennen.

Hoort dit bij het spel? Wie heeft dit gedaan? Wat is dit voor ziek spel?

Allemaal onbeantwoorde vragen spoken door mijn hoofd. Terwijl ik me laat vallen op mijn bed.

It's Not A Dream Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu