~4~

6 0 0
                                    

~pov Daan~

Ik loop met Alec, Beau en Joris richting het westen. Terwijl we lopen ben ik gekeerd in mezelf. Sinds we hier niet meer weg kunnen is dat wat ik de hele tijd doe. Eerlijk gezegd ben ik ook vreselijk bang. Dat is misschien niet het gebruikelijke voor een jongen om te zeggen, maar het is de waarheid. Er is een of andere onzichtbare barrière gevormd om het dorpje heen. We kunnen hier misschien wel nooit meer weg. Ook is er niet genoeg eten voor een heel leven en dan keer dertien. Zelfs niet voor een heel jaar. En dan is er ook nog die gekke brief. Er is een of andere gekke man die zichzelf 'the gamemaster' noemt en wil dat we zijn spel spelen. Dat gaf me echt de rillingen. Toen ik die brief las besefte ik bij mezelf dat we waarschijnlijk niet alleen zijn. Want hoe kan die brief anders hier terecht zijn gekomen. Maar aan de andere kant we zitten hier vast door iets onzichtbaars, dus ik weet niet meer wat er allemaal mogelijk is en wat niet.

Na een hele tijd lopen komen we aan bij de grens. Alec begint al gelijk het onzichtbare te onderzoeken. Ik sta eem beetje voor me uit te staren. Dan zie ik het opeens. Een glinstering in het niets. Precies waar de zon op de barrière schijnt, ontstaat er een glinstering. Ik begin te glunderen en de andere kijken me raar aan. Ik loop er heen en leg mijn handen er tegen aan. Vervolgens pak ik mijn telefoon uit mijn broekzak en houd deze dichtbij het krachtveld. Er verschijnen elektriciteits schokjes.

'jongens, het is gewoon een krachtveld.'

Blij en trots kijk ik naar de andere. Maar aan hun gezichten te zien begrijpen ze er niks van. Nou ben ik zelf niet de meest technische, maar zelfs ik snap het. Ik begin het uit te leggen en Alec lijkt het te snappen, maar Beau en Joris hebben nog steeds een vragende blik in hun ogen. Terwijl Alec het nog een keer probeert uit te leggen, denk ik na. Ik heb best wel veel films gekeken over dit soort dingen. Door deze ontdekking ontstaat er een sprankje hoop. Ineens moet ik denken aan the hunger games catching fire. Katniss schiet dan een pijl die onder stroom staat naar zo'n soortgelijk krachtveld. Maar alle hoop verdwijnt als sneeuw voor de zon als ik bedenk dat het hier waarschijnlijk nooit gaat onweren.

Teleurgesteld ga ik op de grond zitten.
Dan ineens begint de grond hevig te trillen en begint het harder te waaien.
Een angstige blik is te zien in Beau's ogen en ook een heel klein beetje in die van Alec. Langzaam beginnen ook de eerste druppels te vallen. Al snel is het verandert in een stort bui en ook de eerste flitsen verschijnen. We beginnen terug te lopen naar onze slaapplek.

Na een kwartiertje zijn we er. Wij zijn de eerste die zijn aangekomen. Alec, Beau en Joris gaan binnen zitten. Ik blijf buiten, in de regen. Het maakt me rustig en op een bepaalde manier stelt het me gerust. Ik kijk omhoog, naar de donkere lucht. Het onweert nu dus we zouden het krachtveld kapot kunnen schieten, maar dat is extreem gevaarlijk, je zou geëlektocuteerd kunnen worden. En nog belangrijker, we hebben niks om er tegen aan te schieten. Het ziet ernaar uit dat we hier vast zitten.

Al snel komt ook het groepje van Finn aan. Ze komen aanrennen en schuilen snel bij Alec en de rest. Ik let er niet op en kijk al snel weer omhoog. Niet veel later knijp ik snel mijn ogen dicht. Een felle lichtflits schijnt boven ons huis. Er lijkt iets naar beneden te vallen. De andere komen naar buiten gelopen. Met z'n allen kijken we omhoog. Ondertussen zijn ook de andere aangekomen. Er dwarrelt een stukje papier naar beneden en beland recht voor onze voeten.

Voorzichtig raap ik het op. De voorkant ziet er normaal uit, maar als ik het papiertje omdraai schrik ik me dood. Het zelfde teken als eerst staat er op. Ik draai me om naar de rest van de groep en laat het papiertje zien. Iedereen kijkt bang. Dit is zojuist uit de lucht komen vallen, wie weet wat die gast nog meer allemaal kan doen.

'misschien moeten we overwegen om het spel wel te gaan spelen. Misschien gaat die barrière dan weg.'

Thomas zet een klein stapje naar voren en kijkt bedenkelijk de groep rond.

'dat is juist wat hij wil. En we weten niet eens wat voor spel het is.'

Alec weer met z'n wijze praat.

'maar als we het negeren weten we ook niet wat hij kan doen, ik bedoel alles is mogelijk sinds we gevangen zitten door een' onzichtbare' barrière en deze brief zojuist uit de lucht is gevallen.'

Een hevige discussie is ontstaan tussen Alec en Thomas.

'laten we stemmen'

Ik moet schreeuwen om boven het geroezemoes uit te komen. Gelijk is het stil en iedereen kijkt mijn kant op, niet begrijpend wat ik bedoel.

'laten we stemmen. Of we het spel niet gaan spelen of wel. Als je voor bent steek dan je hand op'

Thomas is de eerste die zijn hand op steekt. Twijfelend steek ik mijn hand ook op, want ik zie geen andere optie. Britt steekt ook haar hand op. Sophie, Beau en Finn steken ook hun hand op. Mijn blik valt op Casper, die duidelijk in tweestrijd is met zichzelf. Maar uiteindelijk gaat ook zijn hand omhoog.

'dat is duidelijk 7 zijn er voor. We spelen dus het spel.'

Boos en teleurgesteld loopt Alec weg. Fleur wil er achteraan gaan, maar Britt houdt haar tegen. Ergens ben ik best benieuwd. Maar ik ben vooral heel bang. Bang voor de toekomst, bang voor mezelf en bang voor het onbekende.

Ik loop het huis in en ga op mijn matje zitten. Met mijn handen in mijn haar denk ik na. Ik denk na tot dat ik in slaap val. Wachtend op een nieuwe morgen, wachtend wat er gaat gebeuren.

It's Not A Dream Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu