De Kracht van Halfgoden

9 0 0
                                    

In sprookjes waarmee de Drakenkoning opgroeiden waren er twee soorten draken. De eerste waren de vriendelijke draken die altijd werden bereden door de koningen van Dragodrian. De tweede soort waren vijandige draken die prinsessen gevangen hadden genomen. Als de prins dan bij de draak was, was die in slaap gevallen door arrogantie en kon de prins hem makkelijk doden of temmen. Deze was zeker geen vriend en zijn ogen waren wagenwijd open.
Toen hij de naam Bart voor het eerst hoorde, dacht hij dat deze een illusie was van iemand die door de oppergod gestraft was doordat hij de krachten van de goden probeerde na te maken. Dat was hij echter niet en na lange tijd was hij nu een halfgod die naast hem vocht. Iemand die een koninkrijk weer tot leven had geroepen en met wie iedereen kon lachen. De vijand was misschien alert, maar zij ook.
"Een draak is een sterveling toch?" vroeg Bart aan de Drakenkoning.
Hij kende de lach die Bart maakte, iets dat hij bij meerderen had gezien. De lach van iemand in een hopeloze situatie met een plan dat zo dom was dat het wel eens zou kunnen werken.
"Ik zie waar je heen wilt." zei de Draak "Ik leid hem wel af. Ga er langs met je magie."
Bart knikte terwijl de Draak zijn knuppel uit zijn schede trok. Hij haalde een flesje vanuit zijn mantel en was niet meer te zien.
Rick-Jan de Draak stormde op de draak af, terwijl Bart naar het vuur achter de draak rende.

Emmerlie keek toe hoe Koen met de god vocht. De Kaiser was strijdvaardig, maar de god was krachtig. Ze moest helpen, en ze wist al hoe. Ze bad tot haar godin: Elria. Wat onmiddellijk effect had. De vriendelijke godin hoorde haar meteen en de hele vallei begon te trillen. Koen merkte het, maar Akadyson was te druk in zijn arrogantie om te zien hoe beesten uit het meer kwamen.
Een grote fout van de god want het volgende moment werd hij tegen de bergketen aan gemept door een glibberige hand. De god viel in het water, waar hij oog in oog kwam te staan met tientallen krokodillen.
"Dus daarom is ze onverslaanbaar in het water." bedacht Koen zich
"Akadyson!" Riep Emmerlie opeens vanaf de kade "Zeg maar hallo tegen mijn Octo en mijn Crocs!"

De steen bleef maar rollen. 200 meter naar beneden, richting Luuk. Toen opeens niet. Luuk was geen halfgod geworden omdat hij zwak was.
"Jij zal niet passeren!" zei Luuk, terwijl hij de steen langzaam omhoog duwde.
Na een paar minuten en 50 meter hoger wist hij de steen in een zijgang te gooien. De gang liep naar de ijsbanen waarmee Krokkie snel naar andere rijken in het verleden kon gaan. Nu waren deze gangenstelsels niet meer nodig.
Hij haastte zich naar buiten. Rick-Jan en Bart konden de draak wel aan met de vlam. Hij moest boven helpen.

De bamboe kwam nog steeds wel naar boven, maar lang niet meer zo snel, wat tijd gaf voor Martin om na te denken. "Het lichaam van die Bamboebeer begint nu wel heel snel af te breken. Kan het zijn dat?"
Martin besloot zijn theorie uit te testen en baande zich een weg vrij naar het lichaam van de verstopkoning en stak het in brand met zijn krachten. Het effect trad snel in werking.
De bamboe werd zwakker en kromp snel. Een minuutje later waren alle sporen van een Bamboebeer en zijn bamboebos verdwenen.
Martin wou het uitjuigen van plezier, maar ze moesten nog een god verslaan. Misschien kon Dylan zijn vuuradem wel gebruiken.

Dylan begon vermoeit te raken. Hij had nog maar weinig raketten, zijn drankjes en appels waren al genomen en het aantal krassen op zijn wapenuitrusting was niet te tellen.
De koning van de nacht zat in de weg. De andere ijs monsters waren alleen irritant en de zombie-achtige wezens niet eens een probleem. Hij had al tientallen benen van spinnen afgehakt en had meerdere reuzen in de ogen gestoken, maar de koning bleef ze terug brengen. Dylan kon niet opgeven. Zo was hij als dwerg opgegroeid. Als iemand die niet kan opgeven voor een moeilijke situatie. Zelfs de laatste woorden van zijn godenvriend was een raadsel voor hem: wat zeggen we tegen de god van de dood?
Nu wist hij het antwoord wel. Het was hetzelfde antwoord wat hij altijd tegen zichzelf zei wanneer hij dreigde de moed te verliezen om de dwergen terug naar Belegost te brengen: Niet vandaag.
Hij deed zijn zwaard terug in de schede en pakte zijn dwergenmes in zijn rechterhand en vloog in alle macht naar de ijskoning toe. De ijskoning was verbaasd maar greep de vliegende dwerg bij de keel. Dylan reikte met zijn rechterhand naar zijn keel en liet zijn mes vallen. Razendsnel pakte hij het mes op in zijn linkerhand en stook de koning neer die tot ijs verging. Een tel later was er niks meer over van het ijsleger. Dylan lachte terwijl hij tot adem kwam op de grond. Hij had een leger gestopt in zijn eentje. Wellicht zou over 1000 jaar een lied hierover worden geschreven over ijs en vuur. Hij stond weer op. Hij had misschien wel een leger verslagen, maar Luis misschien niet.

Luis was uitgeput. 18 lijken lagen voor zijn voeten die uit La Purga, Pharma, Tsurania en vanaf waar dan ook maar kwamen. Alleen zijn oude vriend Toonsergi en Aetherius stonden nog. Aetherius was kwaad geworden en sloeg maar wat om hem te kunnen raken. Tot nu toe raakte hij alleen maar lucht. Luis pakte snel een groen object uit zijn zak en gooide het over de Tsuranees heen. Hij hief zijn zwaard voor een bovenhandse zwaai en zodra het groene voorwerp de grond achter Aetherius raakte, stond Luis opeens achter hem en werd het hoofd van de oude koning doormidden gespleten. Alleen Toon stond nog tegenover hem, wat fijn was. De twee vreemdelingen hakten naar elkaar met dodelijke precisie, zonder dat iemand geraakt werd. Nu was Luis het zat. Hij liet Toon hem licht raken in de schouder en zorgde voor wat ruimte tussen hen. Toen sprak Luis: "Kick Toonsergi." Het had het gewenste effect. Toon verstijfde voor een paar seconden. Lang genoeg voor Luis om zijn keel door te snijden en hem leeg te laten bloeden. Zodra de vreemdeling niet meer was verstijfd, was hij doodgebloed. Luis was opgelucht en wierp een blik naar het meer. Net op tijd ook, want een moment later viel het lichaam van een god op het marktplein van Krokkie voor het kasteel.

Zebracraft 1.0Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu