Going crazy?

571 25 9
                                    

Er stond niemand achter me, en in de gang was niemand te bekennen, maar er stond iets op de muur geschreven met bloed. Iets wat er eerder nog niet stond. Het bloed was vers, zo vers dat het bloed nog naar beneden droop. Er stond geschreven
I will get you...

Heel mijn lichaam begon te trillen. Ik liep achteruit, tegen de muur aan. Ik liep snel naar de deur deed hem open liep naar binnen en sloot de deur gelijk nadat ik binnen was. Ik leun tegen de deur aan en ga op de grond zitten. Waarom ik? Wat heb ik ooit gedaan? Wordt ik gek? Wie heeft dat gedaan? Dit kan gewoon niet waar zijn. Ik trek mijn knieën tegen me aan en begin zachtjes te huilen.

Al mijn tranen zijn op. Ik ben uitgeput en mijn hoofd bonkt nogsteeds. Ik heb geen idee hoelang ik hier al zit. Ik staar voor me uit. Het donker in. Mijn zaklamp ligt naast me. Ik pak hem op en houd hem in mijn hand. Ik staar ernaar. Dit is het laaste wat ik eigenlijk nog heb. Deze roestige oude zaklamp. Ik sta op en knip hem aan. Het klinkt misschien dom... maar deze zaklamp heeft me nog nooit in de steek gelaten... Er verschijnt voor een paar seconde een kleine glimlach op mijn gezicht. Maar verdwijnt dan weer als sneeuw voor de zon. Ik kijk de kamer rond. De kamer is vergeleken met de anderen kamers best groot. Het valt me pas op hoe erg het hier stinkt als ik verder de kamer inloop. Ik schijn de zaklamp naar de muur en mijn ogen worden groot. Heel de muur is ondergesmeerd met bloed, net als de vloer. Overal is bloed, bloed, bloed. Wat is hier in godsnaam gebeurd? Bij de muur liggen lichamen. Sommige missen lichaamdelen. Een arm, hoofd of een been. Het is verschrikkelijk. Mijn mond valt open. En mijn ogen vullen zich weer met tranen waarvan ik dacht dat ze op waren. Deels van afschuw en deels van de stank. Bij een van de lijken licht een tape-recorder. Ik luister wat erop staat.
"God help ons...
Hij komt hij komt!
Wat hebben wij gedaan?!
God sta ons bij..."

Daarna hoor je een harde klap van een deur die open slaat en hoor de je geschreeuw, gehuil en gebeden. Daarna wordt alles stil. Net alsof er nooit wat is gebeurd. Ik staar een tijdje naar de tape-recorder vol ongeloof. Dan valt mijn blik op iets blinkend in een hand van een lijk. Ik kijk dichterbij, het lijkt wel een sleutel. Misschien komt de sleutel nog van pas? Ik heb dus geen keuze en moet de sleutel uit de hand van het lijk trekken. Ik trek de vingers van de sleutel af en ze breken van de hand af. Ik staar nu naar vingers die ooit van een levend persoon zijn geweest... ik gooi ze snel op de grond en er ontsnapt een kleine gil uit mijn mond. Ik pak de sleutel die ik ook op de grond heb laten vallen snel op en doe hem in mijn broekzak. Ik sta op en loop snel de kamer uit. Ik draai de deur op slot als ik de deur achter me sluit. Het is beter als niemand dit ziet. Ik neem de sleutel weer mee. Ik wil de gang weer uitlopen totdat me iets opvalt. Er staat een grote houten plaat tegen de muur. Het lijkt wel iets te verbergen. Ik loop ernaartoe en duw de houten plaat weg. Dan pas zie ik dat er nog een hele deur achter de plaat stond. Ik probeer hem te openen. Op slot natuurlijk... misschien past die sleutel die ik heb gevonden wel? Ik duw hem in het slot en draai hem voorzichtig om. Ik hoorde weer een zachte klik en daarna een harde krak. De sleutel was gebroken. Ik deed de deur langzaam open en gluurde naar binnen. Het eerste wat me opviel was een groot raam  in het midden van de kamer. Ik liep naar binnen en deed de deur achter me dicht. Ik loop direct naar het raam, zonder de ruimte verder te bekijken. Ik blijf voor het raam staan en kijk naar buiten. Het uitzicht is eigenlijk best mooi. In de verte staat en grote berg, maar als ik er langer naar kijk. Begint mijn ademhaling te versnellen. Boven op de berg staat hij, slender, me in de gaten te houden. Als ik met mijn ogen knipper is hij verdwenen. Ik staar verward naar de berg. Stond hij daar nou echt? Of heb ik het me ingebeeld. Ik ben niet gek! Ik wil niet gek worden... Ik staar even naar mijn voeten en knipper de tranen weg. Ik schijn met mijn zaklamp de kamer in. Op de muur staat weer met bloed geschreven
No please no...

Er staat een groot prikbord op het lege bureau. Op het prikbord hangen allerlei artikelen over slender, foto's tekeningen en stukken tekst. Het lijkt net alsof iemand hier onderzoek naar heeft gedaan. Er hangt een foto bij van een man, ongeveer rond de 40. Hij heeft een zwart pak aan, bruin haar en een snor. Die man lijkt op dat lijk dat mijn keel vastgreep ( Wat waarschijnlijk mijn verbeelding was.) Ik lees een stukje tekst dat onder de foto hangt. Het staat er snel en slordig op gekrast.

Maandag 15 november 1998
Ik ben zo dichtbij de waarheid. De informatie die ik heb gevonden heb ik bij elkaar gestopt en verborgen onder de vloer. In het huisje bij de grotten. Ik weet zeker dat het daar veilig is. Ondanks de goede vonst heeft de ontdekking me mijn hoop afgenomen. Het zal niet lang meer duren...
Fred edgars

Wat bedoelt hij met het zal niet lang meer duren? En wat heeft hem de hoop afgenomen? Ik kan beter die documenten gaan zoeken. Als ik de kamer heb rond gekeken en de deur achter me dicht heb gedaan hoor ik een hard geluid. Ik hoor mensen schreeuwen, tegen iets aanslaan en huilen. Ik kijk waar het vandaan komt. Het komt van de kamer die ik op slot heb gedaan. Nee, dit kan niet... ze waren dood ik heb dat zelf gezien... ik wordt niet gek! Het geluid wordt steeds harder en de deuren beginnen te kraken. Ik ren de gang uit, smijt de deur open en loop het trapje op. Ik hoor de geluiden nog steeds, ik open de deur en gooi hem achter me dicht zonder een keer om te kijken. Ik ben niet gek! Blijf ik in mijn gedachten herhalen. Ik loop richting de ondergaande zon. En zie de berg weer. Ik kijk naar de top. Mijn ogen stuiten op een figuur op de berg. Slender...

Ik zal die documenten vinden al is het het laatste wat ik doe....

SLENDERMANWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu